Dorpskrant les 10: verdieping verschillende tekstsoorten


            Nederlands
Creatief schrijven & spelling
        Dorpskrant:les 10
               Vwo/gym 2
            P2 2024-2025
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


            Nederlands
Creatief schrijven & spelling
        Dorpskrant:les 10
               Vwo/gym 2
            P2 2024-2025

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les ga je leren...
...hoe een beschouwende tekst wordt opgebouwd (inhoud in grote lijnen).
...hoe een overtuigende tekst wordt opgebouwd (inhoud in grote lijnen).
...hoe een informatieve tekst wordt opgebouwd (herhaling).
...hoe amuserende of activerende teksten eruit kunnen zien.
...welke verplichte onderdelen je verwerkt bij deze verschillende tekstsoorten.


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke tekstsoorten verwerk je in je krant volgende week?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke onderdelen moeten alle verschillende tekstsoorten bestaan?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Informeren
Tekstdoel                       Tekstsoort                          Tekstvorm
informerende/uiteenzettende tekst
nieuwsbericht, werkstuk,schoolboektekst,achtergrondartikel in krant/tijdschrift

ingezonden brief, column,weblog
beschouwende tekst
Opiniëren
overtuigen
betogende tekst
recensie,commentaar, meningtekst in krant/tijdschrift, column
activeren
amuseren
activerende tekst
reclametekst,advertentie,sollicitatiebrief
amuserende tekst
strip, verhaaltje, mop

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een blik op de inhoud van:

1. een beschouwende tekst
2. een overtuigende tekst

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1/5 Beschouwende tekst
  • De schrijver of spreker bespreekt meerdere standpunten.
  • De bedoeling is dat de lezer of luisteraar nadenkt over het onderwerp.
  • Een beschouwende tekst heeft niet tot doel te overtuigen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1/5 Wat is een beschouwing?
  • In een beschouwing kan de  lezer zijn eigen mening bepalen over een onderwerp. De schrijver geeft NIET zijn/haar mening.
  • Een beschouwing kan bijvoorbeeld de voor- en nadelen van een verschijnsel beschrijven;
  • of een beschouwing laat verschillende meningen van deskundigen of betrokkenen zien.
  • Vaak worden de oorzaken, gevolgen en mogelijke oplossingen behandeld. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1/5 Beschouwende tekst
Aan de ene kant + aan de andere kant zijn goede manieren om mensen te laten nadenken (beschouwen).

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Over welk onderwerp kun je een tekst schrijven waarin meerdere kanten van de zaak beschreven worden? (voor/tegen, voordeel/nadeel, probleem/oplossing)

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Stel, je neemt als onderwerp 'een telefoonverbod op school'. Welke onderdelen kun je dan bespreken?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende teksten is geen beschouwing?
A
artikel over keuzes rondom dure geneesmiddelen
B
artikel waarin wordt gezegd dat vaccineren voor iedereen verplicht is.
C
artikel waarin verschillende soorten duurzame energie kritisch besproken worden
D
artikel waarin oplossingen voor wapenbezit onder jongeren worden gegeven

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van een beschouwing?
A
informeren
B
overtuigen
C
opiniëren
D
amuseren

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van een beschouwing in grote lijnen:
Zie filmpje!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

2/5 Betoog
Opbouw van een betoog:

  • Inleiding: aandacht trekken lezer + stelling/standpunt.
  • Kern: drie argumenten voor (eventueel twee tegen met weerlegging.
  • Slot: conclusie + uitsmijter.


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van een betoog in grote lijnen:
Zie filmpje!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3/5 Een informatieve tekst schrijven

5W1H-vragen:
wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3/5 Nieuwsbericht schrijven (informatieve tekst)
Hoe schrijf je een nieuwsbericht? Gebruik de antwoorden op de 5W1H-vragen.
  1. Bedenk een titel voor het nieuwsbericht.
  2. Schrijf het nieuwsbericht:
  • voeg de antwoorden op de 5W1H-vragen samen.
  • zet de zinnen in een goede volgorde.
  • pas je zinnen aan als dat nodig is.
  • zorg dat iemand anders het verhaal kan begrijpen.

Slide 20 - Tekstslide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

3/5 Hoe ziet een informatieve tekst eruit?
Titel
Inleiding: stel vragen, begin met een anekdote, noem de aanleiding voor het schrijven, introduceer het onderwerp
meerdere alinea's met informatie (verschillende deelonderwerpen in het middenstuk)
Vaak een foto
Witregels tussen de alinea's.

Slide 21 - Tekstslide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Artikelen controleren?
  1. Beginnen alle zinnen met een hoofdletter?
  2. Eindigen alle zinnen met een punt of een vraagteken?
  3. Staan er geen spelfouten in?
  4. Ziet het eruit als een nieuwsbericht? (inleiding, alinea's, afbeelding)?
  5. Heb ik passende titels en tussenkopjes?
  6. Heb ik verder alle eisen van de opdracht verwerkt (spellingsregels, beeldspraak/stijlfiguren, zie verder rubric)?

Slide 22 - Tekstslide

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Amuserende teksten (voorbeelden)
Activerende teksten (voorbeeld)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot slot een quiz!
Wat zijn de verschillen tussen een betoog en een beschouwing?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke tekstsoort is onpartijdig?
A
betoog
B
beschouwing

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke weerlegt tegenargumenten?
A
betoog
B
beschouwing

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor welke tekstsoort mag je bronnen gebruiken?
A
betoog
B
beschouwing

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke bevat een stelling/standpunt?
A
betoog
B
beschouwing

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke tekstsoort bevat zowel voor- als tegenargumenten?
A
Betoog
B
Beschouwing

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Einde les

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies