Literature H4 oefentoets
1 / 26
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
The Lesson
Je kan de titel op twee manieren uitleggen. Geef beide manieren.
Je kan de titel op twee manieren uitleggen. Geef beide manieren.
Slide 2 - Open vraag
The lesson.
stanza 6: 'they collapsed like rubber dinghies'
Welk stijlfiguur wordt hier gebruikt?
stanza 6: 'they collapsed like rubber dinghies'
Welk stijlfiguur wordt hier gebruikt?
A
pun
B
simile
C
personificatie
D
alliteratie
Slide 3 - Quizvraag
The lesson.
Als reactie waarop heeft Roger McGough dit gedicht geschreven?
Als reactie waarop heeft Roger McGough dit gedicht geschreven?
Slide 4 - Open vraag
Little Johnny's confession.
Voelt Little Johnny zich schuldig over wat hij gedaan heeft? Waarom denk je dat?
Voelt Little Johnny zich schuldig over wat hij gedaan heeft? Waarom denk je dat?
Slide 5 - Open vraag
Little Johnny's confession.
Wat is de achterliggende gedachte van dit gedicht?
Wat is de achterliggende gedachte van dit gedicht?
Slide 6 - Open vraag
Little Johnny's confession.
Waarom denk je dat er in het gedicht gesproken wordt over Pluto, Mighty Mouse en Biffo the Bear?
Waarom denk je dat er in het gedicht gesproken wordt over Pluto, Mighty Mouse en Biffo the Bear?
Slide 7 - Open vraag
A Martian sends a postcard home.
Leg uit wat er in regel 25 t/m 30 bedoeld wordt.
Leg uit wat er in regel 25 t/m 30 bedoeld wordt.
Slide 8 - Open vraag
A Martian sends a postcard home.
regel 7: 'when the sky is tired'
Welk stijlfiguur wordt hier gebruikt?
regel 7: 'when the sky is tired'
Welk stijlfiguur wordt hier gebruikt?
Slide 9 - Open vraag
A Martian sends a postcard home.
Van welk stijlfiguur maakt de dichter het vaakste gebruik in dit gedicht?
Van welk stijlfiguur maakt de dichter het vaakste gebruik in dit gedicht?
Slide 10 - Open vraag
A Martian sends a postcard home.
Wat was de bedoeling van 'Martian poetry'?
Wat was de bedoeling van 'Martian poetry'?
Slide 11 - Open vraag
Ballad of Claudy
Geef drie kenmerken van een ballad.
Geef drie kenmerken van een ballad.
Slide 12 - Open vraag
Ballad of Claudy
Geef 3 voorbeelden van imagery in Ballad of Claudy.
Geef 3 voorbeelden van imagery in Ballad of Claudy.
Slide 13 - Open vraag
Ballad of Claudy
In welk stanza verandert de stemming?
In welk stanza verandert de stemming?
Slide 14 - Open vraag
Ballad of Claudy
stanza 8: 'And Christ, little Katherine Aiken is dead'
Wat is er speciaal aan deze zin?
stanza 8: 'And Christ, little Katherine Aiken is dead'
Wat is er speciaal aan deze zin?
Slide 15 - Open vraag
Ballad of Claudy
Tijdens 'The Troubles' had je twee partijen.
1. Geef van beide partijen de naam.
Tijdens 'The Troubles' had je twee partijen.
1. Geef van beide partijen de naam.
Slide 16 - Open vraag
Ballad of Claudy
2. Beide partijen schilderen veel murals. Geef van elke partij één kenmerk van hun murals.
2. Beide partijen schilderen veel murals. Geef van elke partij één kenmerk van hun murals.
Slide 17 - Open vraag
Genesis and Catastrophe
Welk stijlfiguur gebruikt Dahl in de titel?
Welk stijlfiguur gebruikt Dahl in de titel?
A
metafoor
B
irony
C
alliteratie
D
foreshadowing
Slide 18 - Quizvraag
Genesis and Catastrophe
Van welke vorm van irony maakt Dahl gebruik in de dit verhaal en geef een voorbeeld.
Van welke vorm van irony maakt Dahl gebruik in de dit verhaal en geef een voorbeeld.
Slide 19 - Open vraag
Genesis and Catastrophe
Geef een reden waarom Dahl de naam Hitler pas in regel 166 noemt.
Geef een reden waarom Dahl de naam Hitler pas in regel 166 noemt.
Slide 20 - Open vraag
Lamb to the Slaughter
Verklaar de titel op twee manieren.
Verklaar de titel op twee manieren.
Slide 21 - Open vraag
Lamb to the Slaughter
Wie vertelt het verhaal en waarom is dat belangrijk?
Wie vertelt het verhaal en waarom is dat belangrijk?
Slide 22 - Open vraag
Lamb to the Slaughter
Waarom gaat Mary naar de kruidenier?
Waarom gaat Mary naar de kruidenier?
Slide 23 - Open vraag
I spy
Leg de titel uit.
Leg de titel uit.
Slide 24 - Open vraag
I spy
Noem twee dingen die Charlie doet waaruit blijkt dat hij bang is.
Noem twee dingen die Charlie doet waaruit blijkt dat hij bang is.
Slide 25 - Open vraag
I spy
Hoe creëert het verhaal spanning?
Hoe creëert het verhaal spanning?
