In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Vandaag
Wat op examen?
Waar moet je opletten
Opdracht
Slide 1 - Tekstslide
Instellingsexamen
Meerdere opdrachten
Ga uit van 3 opdrachten > Mail/brief/kaart/formulier
A2 niveau
Slide 2 - Tekstslide
Schrijven A2
Ik kan korte, eenvoudige notities en boodschappen opschrijven. Ik kan een zeer eenvoudige persoonlijke brief schrijven, bijvoorbeeld om iemand voor iets te bedanken.
Slide 3 - Tekstslide
Hoe ziet het examen er uit
- meerdere onderdelen
- mail/brief
- persoonlijke boodschap
- formulier invullen (zie H12.2)
Slide 4 - Tekstslide
Waar word je op beoordeeld?
Hou je je aan de opdracht?
Woordenschat
Zijn de zinnen verbonden (and, but, because etc)
Spelling / grammatica
Niet leesbaar/ niet af = geen cijfer!
Slide 5 - Tekstslide
Tip 1: Prepare
maak een kort lijstje van alle dingen die je moet vermelden.
Bij het maken van een afspraak zijn dat dingen als: hoe laat, waar, met wie en hoelang.
Zoek onbekende woorden op in het woordenboek.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Taalgebruik
Informeel taalgebruik
social media, review (recensie) schrijft over een hotel, camping of restaurant.
Formeel taalgebruik zakelijke contacten – vakantie boeken. Wanneer je contact hebt met bijvoorbeeld een verhuurder of eigenaar, gebruik je formele taal.
Slide 8 - Tekstslide
Hoe begin/eindig je een informeel bericht?
Slide 9 - Woordweb
Tip 2: Opening and closing
Opening:
Dear + voornaam, of nog informeler met Hi + voornaam.
Afsluiting:
Bijvoorbeeld Thanks, Cheers, Bye, Best wishes, of Have a nice weekend, plus je eigen voornaam.
Slide 10 - Tekstslide
Standaardzinnen afsluiting
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Tip 3: Check and double-check
Lees je bericht nog eens na.
Is je bericht duidelijk?
Gebruik ook de spelling- en grammaticacontrole op je computer.
Slide 13 - Tekstslide
Oefenen Nu Engels
- Hoofdstuk 12 t/m 14 gaan over writing (schrijven), je kan hier een paragraaf uit kiezen om uitleg over te krijgen in de les. Je kan de exam exercises van elke paragraaf gebruiken om te oefenen voor het examen. (Deze kan je naar de docent sturen om ze na te kijken)
- Je kunt uitleg vragen over een of meerdere grammatica onderdelen die je nog lastig vindt.