In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Programme
Voca
-Le verbe être
Les devoirs
Slide 3 - Tekstslide
les buts du cours
je peux poser des questions à propos de mon école
je peux parler de mon école et mes matières
Je connais les mots de l'école
Slide 4 - Tekstslide
le matin
donner
rigolo
malade
le livre
apprendre
la récré
la semaine
grappig
de pauze
geven
de week
het boek
leren
ziek
de ochtend
Slide 5 - Sleepvraag
le matin
la maison
la langue
manger
sévère
préférer
détester
la semaine
de taal
hekel hebben
het huis
de week
streng
liever hebben
eten
de ochtend
Slide 6 - Sleepvraag
utilise: ne... pas Le chien joue de la musique.
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
avoir=hebben
Avoir: il,elle,on
Avoir: nous
Avoir: vous
Avoir: ils,elles
Avoir: tu
Avoir: j'
avons
ont
ai
avez
as
a
Slide 10 - Sleepvraag
Avoir (hebben)
Hebben = avoir j'ai tu as il/elle/on a nous avons vous avez ils/elles ont
Slide 11 - Tekstslide
ik kan het werkwoord
'être' gebruiken
être
zijn
Slide 12 - Tekstslide
être = zijn
de vormen van het onregelmatige ww. être
Slide 13 - Tekstslide
ÊTRE
Slide 14 - Tekstslide
je suis =
A
jij bent
B
hij is
C
zij is
D
ik ben
Slide 15 - Quizvraag
il est =
A
jij bent
B
hij is
C
zij is
D
ik ben
Slide 16 - Quizvraag
tu es =
A
jij bent
B
hij is
C
zij is
D
ik ben
Slide 17 - Quizvraag
on est =
A
jij bent
B
men is
C
zij is
D
ik ben
Slide 18 - Quizvraag
elle est =
A
jij bent
B
hij is
C
zij is
D
ik ben
Slide 19 - Quizvraag
tu es
elle est
il est
je suis
on est
ik ben
zij is
hij is
jij bent
men is /
we zijn
Slide 20 - Sleepvraag
vous êtes =
A
wij zijn
B
men is
C
jullie zijn
D
zij zijn
Slide 21 - Quizvraag
ils sont =
A
wij zijn
B
men is
C
jullie zijn
D
zij zijn
Slide 22 - Quizvraag
nous sommes =
A
wij zijn
B
men is
C
jullie zijn
D
zij zijn
Slide 23 - Quizvraag
elles sont =
A
zij zijn (mnl. mv.)
B
zij zijn (vrl. mv.)
Slide 24 - Quizvraag
vous êtes
elles sont
ils sont
nous sommes
on est
wij zijn
zij zijn (vrl. mv.)
zij zijn
(mnl. mv.)
jullie zijn
men is /
wij zijn
Slide 25 - Sleepvraag
Le verbe être
Je ................... (être) en cinquième
Nous .............. (être) en classe
Vous..................(être) sages/
Mais mes parents, ils ................ (être) sont à la maison.
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Video
0
Slide 28 - Video
Expressions
Slide 29 - Tekstslide
Ce sont (namen vrienden)
Oui, nous sommes dans
la même classe
Oui, je suis fort(e) en français
Slide 30 - Tekstslide
Vragen tijdens het interview:
Bonjour ça va?
Tu habites où ?
Tu as quel âge?
Tu as des frères ou soeurs?
Tu as quelles matières, le mardi?
La récré, c'est à quelle heures?
Quelle heure est-il?
Tu es en quelle classe?
Spreekvaardigheidsopdrachten: 14 & 15
mai 2013- J'm tire...
Slide 31 - Tekstslide
Les phrases-clés - Uitspraak
Maak notities!
- Tu es en quelle classe?
Tu è on kèl clas?
* Je suis en cinquième.
Zjuh swie(s) on cènkjèm
Slide 32 - Tekstslide
Les phrases-clés - Uitspraak
Maak notities!
- Tu as quelles matières le mardi?
Tu a kèll matjèèr le mardi?
* Le mardi, j'ai anglais et géographie.
Le mardi, zjee anglè ee zjeeografie
Slide 33 - Tekstslide
Les phrases-clés - Uitspraak
Maak notities!
- La récré, c'est à quelle heure?La récré, sèt à kèl eur ?
* À dix heures.
À dies eur.
Slide 34 - Tekstslide
Les phrases-clés - Uitspraak
Maak notities!
- Quelle heure est-il?
Kèll eur èt-iel?
* Il est neuf heures et demie.
iel ee nuf eur ee demie.
Slide 35 - Tekstslide
Questions?
Slide 36 - Tekstslide
le matin
donner
rigolo
malade
le livre
apprendre
la récré
la semaine
Slide 37 - Tekstslide
Les devoirs
Faites: bron D 16abc & 17abcde à la page 112
Apprenez: les phrases-clés C à la page 130
Slide 38 - Tekstslide
Programme du cours de mardi 9/2
Sujet:
1. la meilleure innovation de ces derniers temps (description, fonctionnalité(s), influence sur notre vie, ton opinion)
Comment utiliser les sources de la méthode
Rétroaction à propos des réactions du cours de lundi.
2. l'innovation la plus inutile ou la plus inquiétante (description, fonctionnalité(s), influence sur notre vie, ton opinion (aspects positifs et négatifs)