2.2: Natje, droogje, klimaat (2.2.1: Klimaat en neerslag)

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1

2.2: Natje, droogje en klimaat

2.2.1: Klimaat en neerslag

We maken samen een woordweb: wat weet jij over het klimaat? 

Reisdoelen

1. Je kunt uitleggen wat klimaat is.

2. Je kunt uitleggen waarom de temperaturen rond de evenaar hoger zijn dan rond de polen.

3. Je kunt uitleggen waarom het klimaat invloed heeft op de vegetatie en de oogst.

Het vak M&M bestaat uit 4 onderdelen:

1. oriëntatie (waar gaat het over)

2. aardrijkskunde (onderzoekt de aarde)

3. geschiedenis (onderzoekt het verleden)

4. actualiteit (onderzoekt het nieuws)

Deze paragraaf gaat dus over: 

1. Oriëntatie
2. Aardrijkskunde
3. Geschiedenis
4. Actualiteit

Beschrijf in een paar zinnen wat het weer vandaag is. 

Wat is het weer? 

Het weer verschilt van dag tot dag. Het weer bestaat uit de volgende onderdelen:

1. Temperatuur (hoe warm is het)
   
2. Neerslag (Water dat uit de lucht op de aarde valt als water, sneeuw of hagel)
   
3. Wind
   
4. Zonneschijn

De plaats op de aarde is van invloed op het weer! 

temperatuur

wind

Neerslag

zonneschijn

Waar is de gemiddelde temperatuur op aarde het hoogste?

1. Bij gebieden rondom de polen.
2. Aan gebieden die aan zee liggen.
3. Bij gebieden waar veel droogte heerst.
4. Bij gebieden rondom de evenaar.

Klimaat

Het klimaat is anders dan het weer. Het klimaat is het gemiddelde weer, gemeten over een periode van 30 jaar. 

Het klimaat in een land heeft grote invloed op de plantengroei (vegetatie). 

Soms neemt het klimaat extreme vormen aan. Dit heeft invloed op de oogst van boeren. 

Het klimaat gaat over..

1. Het alledaagse weer
2. Het weer over een periode van een week
3. Het gemiddelde weer over een langere periode
4. De opwarming

Over welke periode kan je het klimaat van een gebied bepalen?

1. 10 jaar
2. 20 jaar
3. 30 jaar
4. 40 jaar

Het klimaat vertelt ons, wat voor weer het morgen wordt.

1. Waar
2. Niet waar

Ik maak mij zorgen over het klimaat

Ja, wel een beetje

Niet echt

Helemaal niet

De Klimaatgrafiek

Om een overzicht te geven van het klimaat in een bepaald gebied, worden de temperatuur en de neerslag weergegeven in een klimaatgrafiek. 

Een klimaatgrafiek geeft het gemiddelde weer in één jaar, van januari tot december. 

Je ziet 6 uitspraken. Enkele uitspraken horen bij het weer en andere bij het klimaat. Sleep de uitspraken naar de juiste kolom.

Weer

Klimaat

Het is vandaag 25 graden, lekker warm! 

De zomers in Spanje zijn altijd lekker warm.

Het regent al de hele dag! Wat vervelend! 

Het waaide zo hard dat ik van mijn fiets ben gevallen!

In de afgelopen 30 jaar zijn de zomers in Nederland steeds warmer geworden.

In Egypte is het warmer dan in Nederland.

Bekijk de foto en lees de stellingen.
Stelling 1: Op deze bron zie je een voorbeeld van het weer op die dag.

Stelling 2: Uit de plantengroei die je op deze bron ziet, kun je afleiden welk klimaat er in het gebied heerst.

1. Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist.
2. Stelling 1 is onjuist, stelling 2 is juist.
3. Stelling 1 en 2 zijn beide juist.
4. Stelling 1 en 2 zijn beide onjuist.

Stel, je houdt bij jou in de tuin een maand lang de temperatuur bij. Meet je dan het weer of het klimaat?

1. het weer
2. het klimaat

Reisdoelen

1. Je kunt uitleggen wat klimaat is.

2. Je kunt uitleggen waarom de temperaturen rond de evenaar hoger zijn dan rond de polen.

3. Je kunt uitleggen waarom het klimaat invloed heeft op de vegetatie en de oogst.