Les: Scheiden (Ontromen en bactofugeren)

Les: Scheiden- Ontromen en bactofugeren van melk
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Les: Scheiden- Ontromen en bactofugeren van melk

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen - scheiden 
Jij:
  • Kan principe van scheiden toelichten
  • Kan proces van scheiden: Ontromen en Bactofugeren uitleggen
  • kunt de processtappen herkennen in een PID
  • kan toelichten wat ondermelk, room en bactofugaat is
  • Kan het proces van meten en regelen van roomgehalte en sterilisatie bactofugaat uitleggen



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Principe van Scheiden / centrifugeren
Scheiden: 
  • Op basis van verschil in deeltjesgrootte --> Dat kan bijvoorbeeld door filtratie of zeven
  • Of op basis van verschil in soortelijk gewicht --> dat kan bijvoorbeeld door centrifugeren
Centrifugeren: 
  • Lijkt op bezinken maar gaat veel sneller
  • Centrifugale kracht is groter dan zwaartekracht

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Centrifugale kracht
De centrifugale kracht (Fc) is dan weer afhankelijk van:
  • Grootte van het deeltje
  • Soortelijke massa = gewicht per volume eenheid
  • Straal (r)
  • De snelheid van de centrifuge (zeg maar toerental = aantal omwentelingen / minuut)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proces van scheiden in de zuivel
Ontromen:
  • Scheiden van 2 vloeistoffen met verschil in soortelijke massa (Ondermelk en room)
Bactofugeren:
  • Scheiden van micro-organismen uit een vloeistof (melk)


Proces:
  • Temperatuur van scheiden = 55-58 graden C
  • Toerental = 4800 omwentelingen per minuut (pakket schotels) 
  • Schotels = voor dunne melklaagjes / = minder turbulentie / = beter scheiding

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proces en productvariabelen
Product variabelen:
  • Deeltjesgrootte is mede bepalend voor effect scheiden: Hoe groter het deeltje des te beter de scheiding --> Daarom vet % in ondermelk nooit 0%
  • Viscositeit. Hoge viscositeit = minder goede scheiding. Daarom room meestal niet > 40% vet.
Procesvariabelen:
  • Diameter van de schotels
  • Toerental van de seperator
  • Afstand van de stijggaten tot de centrale as
  • Bij een bactofuge stijggaten daarom aan de buitenzijde van de schotels

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontromen van melk

  • Door middel van centrifugaal kracht gescheiden
  • Room (vet) en Ondermelk (water).

  • Water is zwaarder dan vet hierdoor 
wordt het water naar buiten 
geslingerd en het vet roomt zich aan
de binnenkant (bij de as) op.


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontromen van melk
Het product stroomt via de stijggaten tussen de schotels
De zwaardere deeltjes slaan tegen de onderkant van de boven schotel onder invloed van CF kracht

Slide 9 - Tekstslide

groot vetbolletje wordt automatisch naar binnen geslingerd. Hoe groter het vetbolletje hoe makkelijker te scheiden. 

Kleine vetbolletjes gaan makkelijker met de (onder)melkstroom mee. 

bolletje 2 "bedenkt" zich door de platen. 
Wanneer wordt melk room?
A
Melkvet
B
Melkvet 40%
C
melkvet > 10%
D
Vette melk

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke temperatuur heeft de melk in een seperator en waarom?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Regeling vetgehalte room
Na het ontromen is de melk verdeeld in twee vloeistoffen:
  • room (40%) = Vetgehalte sturen door drukregeling (3)
  • ondermelk (0,05%) = drukregeling 5

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

gewicht per kilogram
Gewicht per liter
gewicht per volume eenheid
Gelijk aan densiteit
Gelijk aan viscositeit
Soortelijk gewicht is?

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Filmpje, tot ca. 1:00 afspelen, beeld stop zetten, uitleg zware delen en lichte deeltjes. 
Dit moment is ook goed te gebruiken als voorbeeld voor bactofuge, ziet 'vuil/bacteriemateriaal' ophopen in buitenste deel.

productinvoer --> 
licht gele --> room
oranje --> melk
Zwarte --> bacteriën.

Zelflossend onderdeel ophoping viezigheid verwijderen
Bactofugeren van melk
Na het ontromen gaat de stroom
ondermelk verder in het proces.
In de ondermelk kunnen nog 
schadelijke bacteriën zitten, 
deze kunnen met behulp van de 
bactofuge eruit gehaald worden.

Slide 15 - Tekstslide

werking is bijna hetzelfde als de centrifuge. Alleen bij ondermelk.
Lossen slib, Bactofugaat
  • Principe is zakken bodemtrommel
  • Slib schiet weg in fractie van 1/100 sec
  • Onder de bodemtrommel zit laagje sluitwater. Slib komt in opvangring

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke schadelijk bacterie kan met een bactofuge verwijderd worden
A
Alle bacteriën
B
Boterzuur bacteriën
C
Ziekmakende bacteriën
D
Melkzuur bacteriën

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bactofugeren van melk
Bactofugeren met  het steriliseren van het slib


Slide 18 - Tekstslide

De bactofuge is zelf-lossend, het slib (melk met bacteriemateriaal) wordt door stoom gesteriliseerd waardoor deze weer aan de melk toegevoegd kan worden. dit is een kleine hoeveelheid waardoor er geen kooksmaak aan de melk komt.
Bacteriemateriaal is zwaarder dan de ondermelk en zal in de centrifuge naar buiten geslingerd worden. De ondermelk zal naar "binnen" kruipen en afgevoerd worden.
Wat zou de reden kunnen zijn dat we het bactofugaat (slib) gaan steriliseren?
A
Langer houdbaar maken
B
Afdoden van het ziekmakend boterzuur
C
Boterzuur overleeft pasteurisatie
D
Kwaliteit wordt dan beter

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ontromen en bactofugeren in proces

Slide 20 - Tekstslide

Ondermelk thermiseren met ontromer en bactofuge.
In deze afbeelding gaat het om de plek van de bactofuge in het systeem.

De bactofuge zit in het productieproces na de centrifuge/ontromer.
De bactofuge is zelf-lossend, het slib (melk met bacteriemateriaal) wordt door stoom gesteriliseerd waardoor deze weer aan de melk toegevoegd kan worden.

rond de 50 graden celcius is de beste temperatuur om de room van de ondermelk te scheiden

na het centrifugeren wordt de melk 56  graden door de terugwinning van warmte. 


Waarom hebben schotels in een seperator een hellinkshoek?
A
Daarmee makkelijker te stapelen
B
Betere scheiding
C
Voor oppervlakte vergroting
D
Ruimte besparing

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke appendages zijn nodig om vetgehalte van room te kunnen regelen bij een seperator
A
Flowmeter, vetgehaltemeter, regelklep
B
Massaflowmeter, regelklep, temperatuurmeter
C
Massaflowmeter, vetgehaltemeter, regelklep
D
Massaflowmeter, regelklep

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Steriliseren van bactofugaat
  • Bactofugaat wordt gesteriliseerd en gaat retour in de kaasmelk
  •  Het steriliseren kan via directe stoominjectie  (DSI) of een buizenwarmtewisselaar
  • Zie ook PID

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktijkopdracht
  • Bestudeer de product en hulpstromen in de PID
  • Beschrijf hoe de product- en hulpstromen gemeten en geregeld worden
  • Kleur de product stromen: melk, room, bactofugaat in in de PID. Doe dat met verschillende kleuren.
  • Presenteer dit aan elkaar en de docent
timer
30:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check: Leerdoelen - scheiden 
Jij:
  • Kan proces van scheiden: Ontromen en Bactofugeren uitleggen
  • kunt de processtappen herkennen in een PID
  • kan toelichten wat room is en bactofugaat
  • Kan het meten en regelen van roomgehalte en sterilisatie bactofugaat uitleggen



Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies