B4: Het zenuwstelsel

Basisstof 4 Het zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel
Zenuwen
Reflex
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Basisstof 4 Het zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel
Zenuwen
Reflex

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van deze les
  • kun je de bouw en functie van het zenuwstelsel beschrijven
  • kun je de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven
  • kun je een reflexboog beschrijven

Slide 2 - Tekstslide

Het zenuwstelsel
Bestaat uit:
Het centrale zenuwstelsel:
  • hersenen
  • ruggenmerg

Zenuwen (verbinden alle lichaamsdelen met het CZ)

Slide 3 - Tekstslide

functie zenuwstelsel
  • verwerken van de impulsen die van zintuigen afkomen
  • regelen van de werking van spieren en klieren

een klier is een orgaan die bepaalde stoffen maakt. Denk aan een zweetklier, talgklieren, speekselklieren en hormoonklieren

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Juist of onjuist? Het centrale zenuwstelsel bestaat uit hersenen, ruggenmerg en zenuwen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Juist of onjuist? Je tong is via een zenuw verbonden met je hersenen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Juist of onjuist? Het zenuwstelsel kan de werking van een speekselklier regelen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Zenuwcel

Slide 9 - Tekstslide

Zenuw

Slide 10 - Tekstslide

In de afbeelding is een zenuw schematisch getekend.
Welke letter geeft een isolatielaag aan?
A
A
B
B
C
C

Slide 11 - Quizvraag

In de afbeelding is een zenuw schematisch getekend.
Wat is de functie van deel B?
A
Beschermen
B
Impulsen geleiden
C
Isoleren

Slide 12 - Quizvraag

Reactie
Bewust: impulsen gaan van je zintuigen naar je hersenen

Reflex: impulsen gaan via het ruggenmerg terug naar je spieren

Slide 13 - Tekstslide

Reflexboog

Slide 14 - Tekstslide

Je stoot je teen aan de tafelpoot. Hierdoor trek je jouw voet automatisch terug.
Welke weg leggen de impulsen af om ervoor te zorgen dat je automatisch je voet terugtrekt?
A
De impulsen worden direct naar de hersenen gestuurd.
B
De impulsen worden via schakelcellen naar de hersenen gestuurd.
C
De impulsen worden direct naar de beenspieren gestuurd.
D
De impulsen worden via schakelcellen naar de beenspieren gestuurd.

Slide 15 - Quizvraag

Lezen en maken
Opdracht 1 t/m 9 van 5.4

Slide 16 - Tekstslide