Retrieval Practice | PTO 3

Knelpunten SO
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Knelpunten SO

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet toets
https://quizlet.com/768911250/test

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Proefwerk 3

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concept 8,9 en 10
India

Concept 8,9 en 10
India
Concept 8,9 en 10
India
Concept 11
Landschap Nederland
.




CP

Ligging
Smelten noordpool
Noord- en Zuid-Korea



Kolonialsime

Landschap-zones
Bevolkings-kenm


erken & BNP
Wereld-systeem

Belangen
Klimaat-adoptatie Nederland
1
India algmeen
3
Human Development Index
5
Regionale ongelijkheid
6
Globalisering en Tijd-Ruimte Compressie
7
Internationale productieketen
8
Speciaal Economische Zones
9
Moesson
2
Koloniaal verleden
10
Pleistoceen
12
Holoceen
11
Bewijzen ijstijd
4
Demografische ontwikkelingen India

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niveau 1: Het voorbeeld
Landen die hoog scoren op het 
Human Development Index
zijn landen met:

1.  Een hoog BNP/Inwoner
2. Een hoge levensverwachting
3. Een goed onderwijs systeem
Land
     HDI Score
Nederland
BNP/Inwoner
Hoog, omdat ..........
Nederland Sterftecijfer
Laag, omdat ..........
India
BNP/Inwoner
Laag, omdat ...........
India
Sterftecijfer
..........................................

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niveau 2: Invulopdracht
Kenmerken van India
Omschrijving
Historisch
Cultureel
Economisch
Demografisch

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niveau 3: Fouten speuren
Stelling
  Juist / Onjuist
Tijd-ruimtecompressie heeft ervoor gezorgd dat de wereld meer is geglobaliseerd.
........................................
De belangrijkste reden waarom buitenlandse bedrijven zich vestigen in India zijn de lagere lonen.
 .......................................
Een seizoen met veel aflandige wind zorgt veel veel neerslag 
in India.
 .......................................
Het holoceen kenmerkt zich als een koude en droge periode.

........................................

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niveau 4: Leg het uit
Stelling
Uitleg
Buitenlandse bedrijven kunnen zich makkelijker vestigen in de SEZ van India dan in SEZ van China.
omdat....................................................
India bevind zich in de tweede fase van het demografische transitiemodel.
omdat....................................................
Veel van de productie (van spullen) vind plaats in India.
omdat....................................................
Het pleistoceen was een koude en droge periode in de Nederlandse geschiedenis waarin veel zand is afgezet.
omdat....................................................

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niveau 5: Blok&variabel oefenen
Ontwikkeling India
Fragmentarische ontwikkeling
..............
Culturele diversiteit
..............
Moesson periode
..............
Speciaal Economische Zone
..............
Landschap Nederland
Stuwwallen?
..............
Keileem?
..............
Fossiele resten?
..............
Zwerfkeien?
..............

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet
https://quizlet.com/join/A5xDxSXpV?i=1fo1jg&x=1bqt

Slide 10 - Tekstslide

https://quizlet.com/_b4cj0w?x=1jqt&i=1fo1jg 
Samenvatting 5.1

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting 5.2

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting 5.3
\

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting 6.1
\

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting 6.2

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mini SO | Concept 8

R


2p

Geef een omschrijving van het begrip demografische druk?

T1


3p
Noteer de figuurnummers 1 en 2 onder elkaar op je blad. 
(1p) Kies uit: Duitsland – India;
(2p) Verklaar je antwoord.

T2


3p
Gebruik de bron.
In het Noorden van India wonen veel mensen.
Geef hiervoor drie mogelijke verklaringen.

I


2p
Binnen India zijn de verschillen groot.
(1p) Geef hiervoor een historische verklaring;
(1p) Bedenk een gepaste oplossing voor dit probleem.

Slide 16 - Tekstslide

Houdt PTD aan

Mini SO | Concept 9

R


2p
India is een opkomend land.
Wat wordt hiermee bedoeld?

T1


3p
(1p) Wat is tijd-ruimte compressie;
(2p) Waarom heeft dit ervoor gezorgd dat India zich economisch snel
heeft kunnen ontwikkelen.

T2


3p
India behoort tot de BRICS-MIT landen.
(1p) Benoem de BRICS-MIT landen
(2p) Geef een voordeel dat India heeft ten opzicht van de andere 
landen.

I


2p
India heeft een duale economie.
(1p) Beschrijf wat dit inhoudt;
(1p) Beschrijf waarom dit onwenselijk is.

Slide 17 - Tekstslide

Houdt PTD aan

Mini SO | Concept 10

R


2p
(1p) Wat is een moesson?
(1p) Hoe ontstaat dit?

T1


3p
Zijn de volgende uitspraken goed of fout?
1. De neerslag wordt onder andere bepaald door stijgingsregens.
2. De droge periode wordt veroorzaakt doordat het gebied in de regenschaduw ligt.

T2


3p
De moessons worden onvoorspelbaar. Beschrijf een nadelig gevolg hiervan voor het platteland en de steden.

I


2p
Leg aan de hand van een natuurlijke factor uit waarom er watertekorten ontstaan in Chennai. Leg daarbij ook uit waarom het bijzonder is dat het tekort zich in juli voordeed.

Slide 18 - Tekstslide

Houdt PTD aan

Mini SO | Concept 11 (deel 1)

R


2p
Benoem twee klimatologische kenmerken van een glaciale periode.

T1


3p
Gedurende de laatste ijstijd was de zeespiegel aanzienlijk lager en werd Nederland bedekt met dikke lagen zand en löss.
Verklaar dit

T2


3p
In Nederland zijn gedurende de ijstijd veel stuwwallen gevormd.
(1p) Wat zijn stuwwallen?
(2p) Waarom vinden we dit alleen in het midden Nederland?

I


2p
Momenteel bevinden wij ons in een interglaciale periode.
Beschrijf waardoor het komt dat op korte termijn het onwaarschijnlijk is dat er een nieuwe ijstijd zal komen.

Slide 19 - Tekstslide

Houdt PTD aan

Mini SO | Concept 11 (deel 2)

R


2p

Beschrijf het verschil tussen absolute- en relatieve zeespiegelstijging.


T1


3p
(1p) Benoem twee oorzaken van zeespiegelstijging;
(2p) Ligt beide oorzaken toe.

T2


3p
Gebruik de bron,
Tussen 500 v.chr en 800 n. chr is veel veen verdwenen
Wat is hiervan de oorzaak?

I


2p
Als gevolg van de transgressie van de zee zijn duinen ontstaan.
Beschrijf hoe duinen kunnen ontstaan terwijl de zee blijft stijgen;
Wanneer ontstaan duinen en wanneer verdwijnen duinen?

Slide 20 - Tekstslide

Houdt PTD aan