Onderneem! Les Proactief handelen vanuit visie

Les 3 Proactief handelen 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Onderneem!MBOStudiejaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 3 Proactief handelen 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij
het woord 'proactief'?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent reactief zijn?
A
Je hebt er geen zin in en blijft liever in bed
B
Je maakt bewuste keuzes in het leven
C
Je treedt graag op de voorgrond
D
Je maakt beslissingen op basis van impulsen. Je denkt niet na voordat je iets doet.

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer ben je proactief?
A
Als je impulsief bent en doet waar je zin in hebt
B
Als je keuzes maakt op basis van waarden en denkt voordat je handelt
C
Als je erg druk bent en graag op de voorgrond treed
D
Als je vaak boos op een ander reageert als iets je irriteert.

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Pro actief
Reactief
Ik zal het proberen
Zo zit ik nu eenmaal in elkaar
Ik zal het doen
Ik kan het veel beter
Ik moet wel
Ik kies ervoor
Ik kan het niet
Er moet een manier zijn

Slide 5 - Sleepvraag

Bij reactief taalgebruik leg je de verantwoordelijkheid buiten jezelf. Bij proactief taalgebruik laat je zien dat je zelf verantwoordelijk bent voor je keuzes. Ben je pro actief heb je de houding=het lukt. Reactieve houding=het lukt niet.
reactief taalgebruik                        proactief taalgebruik
- Ik zal het proberen                                                                   - Ik zal het doen
- Zo zit ik nu eenmaal in elkaar                                             - Ik kan het veel beter
- Ik kan er niets aan doen                                                        - Laat ik eens kijken wat                                                                                                                   de mogelijkheden zijn
- Ik moet wel                                                                                   - Ik kies ervoor
- Ik kan het niet                                                                             - Er moet een manier zijn

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mijn taalgebruik is meestal:
A
Reactief
B
Proactief

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wees proactief
Proactiviteit gaat dus over:
  • het maken van keuzes
  • het nemen van verantwoordelijkheid
  • het bespreekbaar maken van dingen
  • zelf actie ondernemen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cirkel van invloed
op school (waar zou je meer
invloed op uit kunnen oefenen?)

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Pro actief versus reactief
Je hebt invloed op HOE je reageert.

Kom er in de volgende vragen achter hoe jij reageert. 

Slide 11 - Tekstslide

Elke dag hebben we wel honderd kansen om te kiezen hoe we reageren;  proactief ( vooruitziend) of reactief (reagerend). Je hebt invloed op HOE je reageert.
 Kom er in de volgende quiz achter wat jouw eerste reactie is. 

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Hoe zou jij reageren?
A
Haar de huid vol schelden en daarna wegstormen
B
Haar confronteren en vertellen hoe je je voelt
C
Haar vergeven
D
Haar buitensluiten, dat deed ze ook bij jou.

Slide 13 - Quizvraag

Speel het geluidsfragment af.. De proactieve manier van reageren is antwoord B en C. Reactief is A en D. Reactieve mensen handelen vanuit impuls. Proactieve mensen denken eerst, voordat ze handelen. 
Wees proactief
'Proactiviteit zijn' heeft dus te maken met het maken van keuzes. Je hebt iedere dag talloze keuzes waarbij je je proactief of reactief kunt opstellen. 


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DEEL I: Wees proactief

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies