Pallas 6

Pallas-quiz 2021
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pallas-quiz 2021

Slide 1 - Tekstslide


Pallas-quiz

Ronde 1 Mythologie

Slide 2 - Tekstslide


Wie is géén broer of zus van Zeus?
A
Demeter
B
Hefaistos
C
Hera
D
Poseidon

Slide 3 - Quizvraag


Welke god is hier afgebeeld?
A
Apollo
B
Ares
C
Hermes
D
Dionysos

Slide 4 - Quizvraag


Hoe heette de moeder van Herakles?
A
Alkmene
B
Deianeira
C
Megara
D
Dionysos

Slide 5 - Quizvraag

Hoe heette de koning wiens stallen Herakles als één van zijn werken schoon moest maken?

Slide 6 - Open vraag

Wat was het zevende werk van Herakles?
A
het zwijn
B
de paarden
C
het hert
D
de stier

Slide 7 - Quizvraag

Met de hulp van welke titaan wist Herakles de appels van de Hesperiden te bemachtigen?

Slide 8 - Open vraag


Wie waren geen stel?
A
Zeus en Hera
B
Apollo en Artemis
C
Ares en Aphrodite
D
Hades en Persephone

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heette de architect die in opdracht van de koning van Kreta het labyrint bouwde?
A
Ikaros
B
Pittheus
C
Minos
D
Daidalos

Slide 10 - Quizvraag


Welke afbeelding hoort er niet bij?
A
B
C
D

Slide 11 - Quizvraag

Waar ligt de Olympus, woonplaats van de goden?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 12 - Quizvraag


Pallas-quiz

Ronde 2 Griekenland

Slide 13 - Tekstslide

Waar ligt de hoofdstad van Griekenland?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 14 - Quizvraag

Waar of niet waar?

De Grieken hebben een koning.
A
ONWAAR
B
WAAR

Slide 15 - Quizvraag


Wat is geen Grieks gerecht?
A
tzatziki
B
stifado
C
köfte
D
mousaka

Slide 16 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Een Griek consumeert jaarlijks
ca. 30 liter olijfolie.
A
ONWAAR
B
WAAR

Slide 17 - Quizvraag

Wat zegt een Griek als het hard regent?
"Het regent ... "
A
kikkers
B
regentonnen
C
oude wijven
D
stoelpoten

Slide 18 - Quizvraag

Waar of niet waar?
In Griekenland is het een uur vroeger dan in Nederland.
A
ONWAAR
B
WAAR

Slide 19 - Quizvraag


Hoeveel inwoners heeft Griekenland?
A
8 miljoen
B
11 miljoen
C
13 miljoen
D
15 miljoen

Slide 20 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Het woord καλαμάρι betekent 'goedendag'
A
ONWAAR
B
WAAR

Slide 21 - Quizvraag

Wat krijg je te eten als je in Griekenland κοτόπουλο bestelt?
A
aardappel
B
rijst
C
paprika
D
kip

Slide 22 - Quizvraag

Waar of niet waar?
De man van de Engelse koningin Elizabeth II was een Griek.
A
ONWAAR
B
WAAR

Slide 23 - Quizvraag


Pallas-quiz

Ronde 3 
Grieks?!

Slide 24 - Tekstslide

Welk woord is NIET uit het Grieks afkomstig?
A
hypnose
B
enthousiasme
C
paniek
D
kalender

Slide 25 - Quizvraag


Welk woord hoort er niet bij?
A
ἔπειτα
B
ἐνθάδε
C
αὐτίκα
D
νῦν

Slide 26 - Quizvraag


Welke combinatie is fout?
A
δεινὸν δεσπότην
B
νήσου μακροῦ
C
θεοὶ φοβεραί
D
κόραις ἀθανάτοις

Slide 27 - Quizvraag


Welk woord hoort er niet bij?
A
παρέχω
B
ἐπιθυμέω
C
ἀκούω
D
κρατέω

Slide 28 - Quizvraag


Wat is géén partikel?
A
μέν
B
οὖν
C
δή
D
ἐκ

Slide 29 - Quizvraag

Welke voornaam is NIET uit het Grieks afkomstig?
A
Anastasia
B
Irene
C
Silvana
D
Sjors

Slide 30 - Quizvraag


Wat is geen functie van de dativus?
A
meewerkend voorwerp
B
bijvoeglijke bepaling
C
bijwoordelijke bepaling
D
aanvulling na voorzetsel

Slide 31 - Quizvraag


Op welk woord staat géén accent?
A
καί
B
τοῦτο
C
οὐ
D
κεφαλὴ

Slide 32 - Quizvraag

Hoeveel letters komen er in het Griekse alfabet na de omikron?
A
5
B
9
C
11
D
13

Slide 33 - Quizvraag


Welk woord hoort er letterlijk niet bij?
A
abacus
B
betaling
C
muziek
D
pipet

Slide 34 - Quizvraag


beta-ling
mu-ziek
pi-pet



abacus

Slide 35 - Tekstslide