doelen 4 en 5

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les....

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Is dit een verhoudingstabel?
aantal meters
12
60
aantal seconden
5
25
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quizvraag

Wat moet er op de .... staan??
aantal meters
15
150
aantal seconden
6
....
A
15
B
60
C
141

Slide 6 - Quizvraag

Kader 3 heeft 76 leerlingen, deze les zijn er 52 leerlingen online. Hoeveel procent van de leerlingen is online? 

Aantal
Procenten
1
//////
52
100
76
68,4
: 76
x 52
: 76
x 52

Slide 7 - Sleepvraag

Vorig jaar...

Slide 8 - Tekstslide

10 %=
20 %=
50 %=
25 %=
delen door 2
delen door 4
delen door 10
delen door 5

Slide 9 - Sleepvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Rekenen met procenten:

Alles is 100%

Altijd eerst naar 1% rekenen

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Rekenen met %
Een broek kost 120 euro. Je krijgt 30% korting. 
Hoeveel moet je dan nog betalen?
...


Slide 17 - Tekstslide

Een broek kost 120 euro. Je krijgt 30% korting.
Hoeveel moet je dan nog betalen?

120 : 100 = 1,2
1,2 x 30 = 36
Dus de broek kost nu:
120- 36 = 84 euro

OF....

Slide 18 - Tekstslide

Een broek kost 120 euro. Je krijgt 30% korting.
Hoeveel moet je dan nog betalen?
                                 :100            x30


                                 :100             x30
Dus de broek kost nu:
120- 36 = 84 euro

 aantal euro
120
1,2
36
procenten
100
1
30

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Je krijgt 15% korting op een TV van 600 euro. Hoeveel korting krijg je?
A
15 euro
B
600 euro
C
niks
D
90 euro

Slide 21 - Quizvraag

Je krijgt 15% korting op een TV van 600 euro. Hoeveel moet je nu betalen?
A
600 - 90 = 510 euro
B
600 - 15 = 585 euro
C
600 + 90 = 690 euro
D
600 + 15 = 615 euro

Slide 22 - Quizvraag





  • Ga aan de slag met je doelen.
  • Op eigen tempo aan het werk 
  • Bij elk doel horen O-opdracht als je het doel nog niet gehaald hebt, U-opdrachten als je het doel gehaald hebt en E-opdrachten als afsluiting van het doel.
  • Zelf je werk serieus nakijken en verbeteren en leren van je fouten!!!








1) Hoe moet je rekenen met een verhoudingstabel?
2) Hoe moet je rekenen via 1 in een verhoudingstabel?
3) Hoe moet je rekenen van aantallen naar procenten?
4) Hoe bereken je de nieuwe prijs als je het kortingspercentage weet?
5) Hoe bereken je de nieuwe prijs na een prijsverhoging?


Slide 23 - Tekstslide