Lay-out van een tekst

Lezen hoofdstuk 6

Opmaak en afbeeldingen


1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lezen hoofdstuk 6

Opmaak en afbeeldingen


Slide 1 - Tekstslide

DOELEN

 Je kunt:

- de functie van afbeeldingen bij een een tekst benoemen

- de functie van de opmaak van een tekst benoemen

- rekening houden met afbeeldingen en de opmaak als je een tekst leest

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Lay-out van een tekst
Een tekst heeft een bepaalde lay-out of opmaak. De titel, de tussenkopjes, het lettertype, de lettergrootte, het gebruik van kolommen en de tekstkleur bepalen de lay-out.

De lay-out van een tekst is dus hoe de tekst eruit ziet.


Slide 4 - Tekstslide

Opmaak 
  • Titel
  • Tussenkop
  • Lettertype
  • Lettergrootte
  • Kolommen
  • Tekstkleur

Slide 5 - Tekstslide

Afbeeldingen
Vaak worden ook afbeeldingen gebruikt om de tekst te ondersteunen. Een schrijver kan bijvoorbeeld gebruikmaken van foto’s, tekeningen, schema’s, (land)kaartjes, tabellen, grafieken en diagrammen.

Slide 6 - Tekstslide

Afbeeldingen
  • Tekeningen
  • Schema's 
  • Kaartjes
  • Tabellen
  • Grafieken
  • Diagrammen

Slide 7 - Tekstslide

Functies afbeelding
   De afbeelding is bedoeld:
  • om de aandacht van de lezer te trekken.
  • om nieuwe informatie aan de tekst toe te voegen.
  • om de tekst duidelijker te maken.

Slide 8 - Tekstslide

Voordat jullie aan de slag gaan
eerst een paar controlevragen.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe wordt de lay-out van een tekst ook wel genoemd?
A
Titelpagina
B
Opmaak
C
Bladwijzer
D
Uiterlijk

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de functie van een tabel bij een tekst?
A
De aandacht van de lezer trekken.
B
De lezer aansporen om iets te doen.
C
Nieuwe informatie aan de tekst toevoegen.
D
De tabel is ter decoratie.

Slide 11 - Quizvraag

Bekijk en lees de tekst.

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de functie van de afbeelding in het midden?
a. aandacht trekken
b. informatie toevoegen
c. tekst duidelijker maken
A
aandacht trekken
B
informatie toevoegen
C
tekst duidelijker maken

Slide 13 - Quizvraag

Welke tekstvorm bestaat altijd uit tekst en een afbeelding?
a krantenbericht
b filmrecensie
c advertentie
d boek
A
krantenbericht
B
filmrecensie
C
advertentie
D
roman

Slide 14 - Quizvraag

Wat valt niet onder de opmaak van een tekst?
a. de afbeelding (plaatje)
b. het lettertype
c. de titel
d. de lettergrootte
A
de afbeelding bij de tekst
B
het lettertype
C
de titel
D
de lettergrootte

Slide 15 - Quizvraag

Bekijk en lees de tekst.

Slide 16 - Tekstslide

Wat is de functie van het plaatje in deze advertentie?

a. aandacht trekken
b. informatie toevoegen
c. tekst duidelijker maken
A
aandacht trekken
B
informatie toevoegen
C
tekst duidelijker maken

Slide 17 - Quizvraag

Onder aan de advertentie staan twee zinnen.

Zijn dit feiten of meningen?
a. feiten
b. meningen
c. een feit en een mening
A
Feiten
B
Meningen
C
Een feit en een mening

Slide 18 - Quizvraag

Welke functies zijn het belangrijkste bij een poster?
A
Aandacht trekken en je tot handelen aanzetten.
B
Informatie uit de tekst duidelijker maken.
C
Nieuwe informatie aan de tekst toevoegen.
D
De lezen amuseren.

Slide 19 - Quizvraag

Behoren tekeningen, schema's, landkaartjes, tabellen, grafieken en diagrammen ook tot de afbeeldingen in een tekst?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Welke functie heeft een afbeelding bij de tekst meestal?
A
De lezer aansporen om iets te doen.
B
Nieuwe informatie aan de tekst toevoegen.
C
Informatie uit de tekst duidelijker maken.
D
De aandacht trekken.

Slide 21 - Quizvraag

Welke functie heeft een tabel meestal in een tekst?
A
De aandacht van de lezer trekken.
B
Nieuwe informatie aan de tekst toevoegen.
C
De tabel is ter versiering van de tekst.
D
De lezer aansporen om iets te doen.

Slide 22 - Quizvraag

GELEERD?

Je kunt:

- de functie van beelden bij een een tekst benoemen

- de functie van de opmaak van een tekst benoemen

- rekening houden met afbeeldingen en de opmaak als je een tekst leest

Slide 23 - Tekstslide

Opdrachten
Maak opdracht 1 en 2  op blz. 152 - 153

Slide 24 - Tekstslide