Les 6 OEE berekenen op basis van tijd

Cursus verliezen beperken
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMBO

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Cursus verliezen beperken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Week 1 - Introductie OEE
Week 2 - Beschikbaarheidsgraad
Week 3 - Prestatiegraad
Week 4 - Kwaliteitsgraad
Week 5 - De OEE berekenen 1
Week 6 - De OEE berekenen 2
Week 7 - Herhaling lesstof
Week 8 - Schriftelijke eindtoets

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na deze les:

Kun je de OEE berekenen op basis van tijd!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een machine die ideaal presteert....
  • Draait altijd 
  • Op maximale snelheid en
  • Alle producten zijn in één keer goed!

O.E.E. is 100%

Slide 4 - Tekstslide

Samengevat: een machine die ideaal presteert:
• draait altijd,
• op maximale snelheid en
• alle producten zijn in-een-keer goed.
Voor de OEE geldt de afspraak dat als de prestatie van de machine aan al deze
drie voorwaarden voldoet, de effectiviteit (OEE) 100% is. 

Slide 5 - Tekstslide

Uit de OEE-berekening komen verschillende cijfers. Het volgen van het OEE-cijfer
is van belang om te weten of alle ingezette verbeteracties op de machine het
verwachte resultaat geven. Maar veel belangrijker dan het OEE-cijfer zijn de drie
graden binnen de OEE en de verdieping naar de verschillende types machineverliezen zoals korte stops, geplande stilstanden, enzovoorts. Deze getallen
leveren bruikbare verbeterinformatie.
De bedenker van OEE, Seiichi Nakajima, onderscheidde 6 groepen machineverliezen- de zogenaamde Six Big Losses. In de OEE-berekening heeft elke
graad twee van de zes machineverliezen. De meest gebruikte set van zes
machineverliezen staat hieronder:
Besch i kbaarheidsg raad
Machineverlies 1: Technische Storingen
Machineverlies 2: Wachten (a.g.v. geplande en ongeplande stilstanden)

Prestatiegraad
Machineverlies 3: Snelheidsverlies
Machineverlies 4: Korte Stops
Kwal iteitsgraad
Machineverlies 5: Opstartverliezen
Machineverlies 6:Afkeur en Herbewerken

OEE op basis van tijd
  • We kunnen nu de OEE berekenen op basis van aantallen
  •  ....maar de OEE berekenen o.b.v. tijd is minder gevoelig voor fouten
  • Verschil zit in diverse maximumsnelheden tijdens productie

Slide 6 - Tekstslide

In de hoofdstukken 2 tot en met 5 is de eenvoudigste vorm van OEE berekenen
besproken. Eenvoudig, omdat in de prestatiegraad en de kwaliteitsgraad de
getallen boven (de teller) en onder de streep (de noemer) in aantallen zijn
uitgedrukt (en niet in tijd). De hoofdstukken over de prestatiegraad en de
kwaliteitsgraad zijn afgesloten met de opmerking dat het berekenen van beide
graden met de teller en noemer in aantallen rekenfouten kan opleveren. Dat is
wanneer in de OEE-berekening producttypen zijn opgenomen met verschillende
maximum snelheden. We maken dat in dit hoofdstuk duidelijk aan de hand van
een rekenvoorbeeld.

Slide 7 - Tekstslide

Uit de OEE-berekening komen verschillende cijfers. Het volgen van het OEE-cijfer
is van belang om te weten of alle ingezette verbeteracties op de machine het
verwachte resultaat geven. Maar veel belangrijker dan het OEE-cijfer zijn de drie
graden binnen de OEE en de verdieping naar de verschillende types machineverliezen zoals korte stops, geplande stilstanden, enzovoorts. Deze getallen
leveren bruikbare verbeterinformatie.
De bedenker van OEE, Seiichi Nakajima, onderscheidde 6 groepen machineverliezen- de zogenaamde Six Big Losses. In de OEE-berekening heeft elke
graad twee van de zes machineverliezen. De meest gebruikte set van zes
machineverliezen staat hieronder:
Besch i kbaarheidsg raad
Machineverlies 1: Technische Storingen
Machineverlies 2: Wachten (a.g.v. geplande en ongeplande stilstanden)

Prestatiegraad
Machineverlies 3: Snelheidsverlies
Machineverlies 4: Korte Stops
Kwal iteitsgraad
Machineverlies 5: Opstartverliezen
Machineverlies 6:Afkeur en Herbewerken

Prestatiegraad uitdrukken in tijd

Slide 8 - Tekstslide

We leggen eerst uit hoe je de prestatiegraad kunt uitrekenen in eenheden van tijd.
Met behulp van de cyclustijd.

De cyclustijd is de tijd die nodig is om één product te maken, bijvoorbeeld 4
seconden per product. Ook hier geldt weer: het ideaal is de norm. De ideale
cyclustijd is gebaseerd op de maximale snelheid van de machine. Deze maximale
snelheid kan bijvoorbeeld de snelheid zijn die de machineleverancier garandeert.
Met de prestatiegraad bereken je het verschil tussen de werkelijke tijd die nodig
was om de producten te maken ten opzichte van de theoretische, ideale tijd
waarin de machine de producten had kunnen maken.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een rekenvoorbeeld

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prestatiegraad in aantallen was hetzelfde...

Slide 11 - Tekstslide

Welke van de twee berekeningen is nu de beste, die op basis van de cyclustijd of
die op basis van geproduceerde eenheden? Wanneer bij een berekening op basis
van het aantal producten de ideale cyclustijd van twee verschillende productgroepen
die je in een dienst draait ver uiteenlopen (bijv. 4 seconden/product en 2
seconden/product), dan kan de uitkomst uit de pas gaan lopen met de werkelijkheid.
Zoals in het onderstaande voorbeeld.
Prestatiegraad o.b.v. tijd. Ff oefenen...
Stel dat in een dienst een machine non-stop 240 minuten lang 3.000 blauwe producten maakt met een theoretische maximale cyclustijd van 4 seconden per product en daarna 240 minuten lang non-stop 3.000 rode producten met een theoretisch maximale cyclustijd van 2 seconden per product.

Non-stop houdt indat de beschikbaarheidsgraad 100% is. Wat is dan de prestatiegraad?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prestatiegraad o.b.v. tijd. Ff oefenen...

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Uit deze twee berekeningen blijkt een flink verschil van 7% tussen de prestatiegraden.
De eerste berekening is op basis van een weging van de gebruikte tijd, de
tweede over de weging naar het aantal stuks.
Welke berekening is nu beter?
De werkelijke output ten opzichte van de verwachte output bepaalt de effectiviteit
van de machine niet, maar de werkelijke tijd die de machine nodig heeft voor het
maken van de producten ten opzichte van de theoretisch benodigde tijd- de
ideale normtijd. Dit laatste benadert het oorspronkelijke doel van OEE volgens
Nakajima het meest, namelijk weergeven welk deel van de machinecapaciteit
46
effectief gebruikt is en welke tijdverliezen er optreden. De berekening met behulp
van de cyclustijden is complexer dan die met behulp van geproduceerde
eenheden. Je kunt de OEE handmatig berekenen of geautomatiseerd. Voor de
handmatige berekening is de prestatiegraadberekening in eenheden van tijd
lastiger. Overigens is het verschil in uitkomst tussen de prestatiegraadberekeningen
alleen groot in het geval dat er producten met grotere verschillen in
maximum snelheden (ideale cyclustijden) zijn. Als er met een maximum snelheid
gaat rekenen die voor alle producten geldt, maakt het geen verschil welke van de
twee berekeningen je neemt. Het ligt dan voor de hand om vanwege de eenvoud
de berekening op basis van eenheden van hoofdstuk 5 te gebruiken.
En als je wilt dat de operators van de machine zelf handmatig de OEE moeten
kunnen uitrekenen is het raadzaam de berekening uit te drukken in de taal die zij
spreken: in aantallen geproduceerde eenheden. Dat geldt dan zowel voor de
prestatiegraad als de kwaliteitsgraad.
6.2 De
Kwaliteitsgraad o.b.v. tijd

Slide 15 - Tekstslide

Het maken van producten die niet aan de kwaliteitseisen voldoen is kwalijk, omdat
er dan niet efficiënt met de grondstoffen en soms verpakkingsmaterialen is
omgegaan. Meestal drukken we dat uit in een afkeurpercentage of in een
materiaalg raad.
De OEE berekent de effectiviteit van een machine. Een machine is maximaal
effectief als alle beschikbare tijd gebruikt wordt om op maximale snelheid goede
producten te maken. Het maken van afkeur is niet effectief, omdat de tijd die is
besteed aan het maken van afkeur verloren tijd is. Voor een zuivere OEEberekening
moeten we de kwaliteitsgraad uitrekenen in eenheden van tijd en niet
in aantallen. OEE is tenslotte een instrument om het effectief benutten van de
beschikbare machinecapaciteit te meten. Daarnaast maakt het nogal uit of je 100
producten afkeurt die je met een maximum snelheid van 100 per uur kunt maken
of met een maximum snelheid van 1.000 per uur. In het eerste geval heb je
theoretisch een uur productie verspild, in het tweede geval nog geen 7 minuten.
Je kunt de kwaliteitsgraad berekenen in eenheden van tijd, door het in een dienst
geproduceerde aantal goede producten te vermenigvuldigen met de Ideale
Cyclustijd. Deel de uitkomst door het totaal aantal producten (de goede én de
afgekeurde), vermenigvuldigt met de Ideale Cyclustijd. Zie het voorbeeld op de
volgende bladzijde.
47
Kwaliteitsgraad o.b.v. tijd

Slide 16 - Tekstslide

Uit de OEE-berekening komen verschillende cijfers. Het volgen van het OEE-cijfer
is van belang om te weten of alle ingezette verbeteracties op de machine het
verwachte resultaat geven. Maar veel belangrijker dan het OEE-cijfer zijn de drie
graden binnen de OEE en de verdieping naar de verschillende types machineverliezen zoals korte stops, geplande stilstanden, enzovoorts. Deze getallen
leveren bruikbare verbeterinformatie.
De bedenker van OEE, Seiichi Nakajima, onderscheidde 6 groepen machineverliezen- de zogenaamde Six Big Losses. In de OEE-berekening heeft elke
graad twee van de zes machineverliezen. De meest gebruikte set van zes
machineverliezen staat hieronder:
Besch i kbaarheidsg raad
Machineverlies 1: Technische Storingen
Machineverlies 2: Wachten (a.g.v. geplande en ongeplande stilstanden)

Prestatiegraad
Machineverlies 3: Snelheidsverlies
Machineverlies 4: Korte Stops
Kwal iteitsgraad
Machineverlies 5: Opstartverliezen
Machineverlies 6:Afkeur en Herbewerken

Slide 17 - Tekstslide

De uitkomst van deze berekening is hetzelfde als de uitkomst van de berekening
van de kwaliteitsgraad in stuks, zoals in hoofdstuk 4. Net als bij de prestatiegraad
ontstaan er verschillen in de uitkomst van beide typen berekeningen als de
maximum snelheden van de producten verschillen.
Een voorbeeld:

Stel dat in een dienst een machine 3.000 blauwe producten maakt met een theoretische maximale cyclustijd van 4 seconden per product en daarna 3.000 rode producten met een theoretisch maximale cyclustijd van 2 seconden per product.

De kwaliteitsdienst keurt vanwege kwaliteitsafwijkingen 200 blauwe producten en 1.500 rode producten af. Wat is dan de kwaliteitsgraad?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil in kwaliteitsgraad is duidelijk te zien als:
  • Er een groot verschil in ideale cyclustijden is tussen de verschillende productsoorten;
  • De kwaliteitsgraad onder de 98 á 99% is;
  • De percentages afkeur tussen de verschillende productsoorten flink verschillen (zoals in het voorbeeld 200 stuks afkeur van de blauwe producten en 1.500 stuks van de rode).

Slide 21 - Tekstslide

Ook hier een fors verschil van 7% tussen de kwaliteitsgraden. Zo'n verschil in
kwaliteitsgraad is alleen duidelijk te zien als:

- Er een groot verschil in ideale cyclustijden is tussen de verschillende
productsoorten;
- De kwaliteitsgraad onder de 98 á 99% is;
- De percentages afkeur tussen de verschillende productsoorten flink
verschillen (zoals in het voorbeeld 200 stuks afkeur van de blauwe
producten en 1.500 stuks van de rode).
OEE op basis van tijd

Slide 22 - Tekstslide

Een fors en onacceptabel verschil van 9,5%. Ten opzichte van de OEE op basis
van de ideale cyclustijden (in eenheden van tijd) is dat 9,5 I 49,3 x 100% = 19%
verschil.

Wanneer kun beter in eenheden van tijd rekenen?
De verschillen in het bovenstaande voorbeeld zijn onacceptabel groot. De OEEberekening
in tijdseenheden is de zuiverste en meest oorspronkelijke vorm. Aan
de andere kant, als de verschillen in ideale cyclustijden klein zijn, kan het geen
kwaad om de berekening met geproduceerde eenheden te gebruiken in plaats van
die met de cyclustijd. De reden is dat het belangrijk is om de taal van de operators
te gebruiken. Operators denken en praten nu eenmaal eerder in aantallen
producten dan met iets abstracts als de theoretische cyclustijd. Overigens speelt
dit alleen bij het handmatig berekenen van de OEE. In geautomatiseerde OEEsystemen
voldoet de nauwkeuriger methode op basis van de ideale cyclustijden
prima.

En toch doet voor veel mensen het berekenen van de kwaliteitsgraad in eenheden
van tijd nogal kunstmatig aan. Zij herkennen zich meer in gebruikelijke termen
zoals afkeurpercentage, en eventueel de yield (of First-Time-Right), eenvoudige
delingen van het aantal goede producten door het totaal aantal geproduceerde
producten. In het volgende hoofdstuk leggen we een variant van de OEEberekening
uit, die betrouwbaar en accuraat is, maar waarbij de kwaliteitsgraad is
uitgedrukt in termen van geproduceerde eenheden en niet in tijd.
OEE op basis van tijd

Slide 23 - Tekstslide

Een fors en onacceptabel verschil van 9,5%. Ten opzichte van de OEE op basis
van de ideale cyclustijden (in eenheden van tijd) is dat 9,5 I 49,3 x 100% = 19%
verschil.

Wanneer kun beter in eenheden van tijd rekenen?
De verschillen in het bovenstaande voorbeeld zijn onacceptabel groot. De OEEberekening
in tijdseenheden is de zuiverste en meest oorspronkelijke vorm. Aan
de andere kant, als de verschillen in ideale cyclustijden klein zijn, kan het geen
kwaad om de berekening met geproduceerde eenheden te gebruiken in plaats van
die met de cyclustijd. De reden is dat het belangrijk is om de taal van de operators
te gebruiken. Operators denken en praten nu eenmaal eerder in aantallen
producten dan met iets abstracts als de theoretische cyclustijd. Overigens speelt
dit alleen bij het handmatig berekenen van de OEE. In geautomatiseerde OEEsystemen
voldoet de nauwkeuriger methode op basis van de ideale cyclustijden
prima.

En toch doet voor veel mensen het berekenen van de kwaliteitsgraad in eenheden
van tijd nogal kunstmatig aan. Zij herkennen zich meer in gebruikelijke termen
zoals afkeurpercentage, en eventueel de yield (of First-Time-Right), eenvoudige
delingen van het aantal goede producten door het totaal aantal geproduceerde
producten. In het volgende hoofdstuk leggen we een variant van de OEEberekening
uit, die betrouwbaar en accuraat is, maar waarbij de kwaliteitsgraad is
uitgedrukt in termen van geproduceerde eenheden en niet in tijd.
Extra oefenmateriaal

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies