LES 1 - INTRODUCTIE

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

LES 1 - INTRODUCTIE

JdW-kijkwijzer

Lesopbouw:

1. Vooraf:
   Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
   
   
2. Instructie:
   Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
   
   
3. Toepassing:
   Actieve verwerking, Formatief handelen 
   
   
4. Evaluatie:
   Afsluiting

              Startklaar

• Op je plek zitten 
• Telefoon in het Zakkie 
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Mirna en Hugo zijn verliefd. Ze vallen op het andere geslacht, ze zijn zoals de meeste mensen heterosexueel. 

Puck en Louise hebben verkering. Ze zijn vrouw en vallen allebei op vrouwen. Ze zijn lesbisch. 

Freek en Richard zijn verliefd en allebei man. Ze zijn gay of homoseksueel. 

Marit is verliefd maar diegene niet op haar. Ze zit hierdoor even flink in de put.

'Verliefd zijn' past niet in één hokje. Je kunt op allerlei soorten mensen en op allerlei manieren verliefd op iemand worden.

Ben jij al eens verliefd geweest?

Deze les hebben we geleerd wat gezondheid is. Volgende keer aan we het hebben over een gezonde leefstijl

JA!

Weet ik niet

Nee

Welke woorden komen
in je op bij het woord
verliefdheid?

           Leerdoelen

Aan het einde van deze les... 

1. kun je vertellen waar de tekst over gaat (R) 
2. kun je iedere alinea kort samenvatten (T1)
3. kun je jouw samenvatting vergelijken met de samenvatting van een ander (T2)

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

              Verliefd zijn

Vanaf het moment dat jij in de puberteit belandt, begin je anders naar je leeftijdsgenoten te kijken. Je begint volwassen te worden en hier hoort ook verliefd worden bij.

Verliefd zijn is een ontzettend leuk gevoel.

Je voelt vlinders in je buik en je denkt de hele dag aan degene op wie je verliefd bent. 

Inleiding

Door een goede inleiding voelen leerlingen zich betrokken en begrijpen ze het belang van wat ze gaan leren. Dit vergroot hun motivatie en leerresultaten. 

Aan de slag!

Kijk goed naar de tekst, 

maar lees de tekst nog niet!

Beantwoord de vragen op het werkblad. 

Ben je klaar?

Lees de tekst alvast een keer door.

           Instructie

We lezen zo de tekst. Onderstreep de woorden die je (nog) niet kent.

Na het lezen van de tekst maak je twee opdrachten:

1. Zoek de betekenis van de woorden die je nog niet kende op via Google.
   
2. Maak van iedere alinea een korte samenvatting.

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

           Instructie

We lezen zo de tekst. Onderstreep de woorden die je (nog) niet kent.

Na het lezen van de tekst maak je twee opdrachten:

1. Zoek de betekenis van de woorden die je nog niet kende op via Google.
   
2. Maak van iedere alinea een korte samenvatting.

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

'Vlinders in je buik'

Aan welke woorden denk je nu?

           Instructie

Je hebt de tekst nu een keer aandachtig gelezen.

Je maakt zo onderstaande twee opdrachten met je schoudermaatje.

1. Zoek de betekenis van de woorden die je nog niet kende op via Google.
   
2. Maak van iedere alinea een korte samenvatting.

We doen eerst een stukje samen.

Tip!

Werk goed samen! 

• Verdeel de woorden die je op wil zoeken.
• Verdeel de alinea's die je samen gaat vatten.

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

Samenvatten

Lees de samenvattingen hieronder.

Welke verschillen zie je?

Wat vind je goed? Wat kan beter?

Samenvatting 1

Iedereen reageert anders als hij verliefd is. Sommigen doen stoer, anderen worden verlegen. Maar iedereen krijgt een raar gevoel in zijn buik. 

Samenvatting 2

Als je verliefd bent gedraag je je anders en krijg je een raar gevoel in je buik.

Een lange samenvatting is beter

dan een korte samenvatting

1. Waar
2. Niet waar

Een samenvatting is beter als er

meer moeilijke woorden in staan

1. Waar
2. Niet waar

Je schrijft een samenvatting

in jouw eigen woorden

1. Waar
2. Niet waar

           Instructie

DUS:

• Een samenvatting hoeft niet lang te zijn
• Een samenvatting hoeft geen moeilijke woorden te bevatten
• Je schrijft een samenvatting in jouw eigen woorden

MAAR een samenvatting...

• bevat alleen de belangrijkste dingen uit de tekst
• is kort en duidelijk

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

Samenvatten

Nu jullie!

Volg het Stappenplan samenvatten
om de tekst goed samen te vatten.

Stappenplan samenvatten

1. Lees de tekst goed (Tip: het dikgedrukte tussenkopje is belangrijk!)
2. Markeer de belangrijkste woorden
3. Stel jezelf vragen:
   *Waar gaat deze tekst over?
   *Wie of wat is belangrijk in de tekst?
   *Wat is het belangrijkste dat er gebeurt?
4. Schrijf in je eigen woorden een korte tekst.

Typ hier jouw samenvatting van 'Signalen van de hersenen naar de buik'.

           Aan de slag

Werk samen met je schoudermaatje.

1. Zoek de betekenis van de woorden die je nog niet kende op via Google.
2. Maak van iedere alinea een korte samenvatting.

Tip!

Werk goed samen! 

• Verdeel de woorden die je op wil zoeken.
• Verdeel de alinea's die je samen gaat vatten.

Stappenplan samenvatten

1. Lees de tekst goed
2. Markeer de belangrijkste woorden
3. Stel jezelf vragen:
   Waar gaat deze tekst over?
   Wie of wat is belangrijk in de tekst?
   Wat is het belangrijkste dat er gebeurt?
4. Schrijf in je eigen woorden een korte tekst.

6. Actieve verwerking

De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen

           Afsluiting

Je hebt zojuist bij iedere alinea een samenvatting gemaakt.

Wissel jullie samenvatting met de samenvatting van een ander groepje.

Kijk de samenvatting na door de volgende vragen te beantwoorden:

• Klopt de informatie?
  
• Is het kort en duidelijk?
• Zijn alleen de belangrijkste dingen opgeschreven?

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

Typ hier de woorden uit de tekst die je (nog) niet kent of begrijpt.

           Begrippen
           uit deze les

• samenvatting
• verliefd
• signalen
• wisselwerking
• somber(heid)
• 
  

Maak hier een korte samenvatting van deze les.