Beschouwing

Beschouwing



1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Beschouwing



Slide 1 - Tekstslide

Doel: 

Ik snap het verschil tussen een beschouwing en betoog.

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling!! 



Slide 3 - Tekstslide

Wat is een betoog?

Slide 4 - Open vraag

Andere naam voor
een mening

Slide 5 - Woordweb

Waarom moet je een tegenargument altijd weerleggen?

Slide 6 - Open vraag

Welk tekstdoel past bij een betoog?
A
informeren
B
overtuigen
C
amuseren
D
instrueren

Slide 7 - Quizvraag

Het slot van een betoog is vaak een....
A
mening
B
tegenargument
C
conclusie
D
opsomming

Slide 8 - Quizvraag

Beschouwing 

In een beschouwing zet iemand je aan het denken.
Je krijgt verschillende meningen. 

NIET DE MENING VAN DE SCHRIJVER!!! 

Slide 9 - Tekstslide

Hoe doet de schrijver dat? 

  • feiten
  • oorzaken gevolgen
  • laat mensen aan het woord die er wat van weten 
  • voor- en nadelen 



Slide 10 - Tekstslide

In een beschouwing probeert de schrijver je
A
te overtuigen
B
aan het denken te zetten

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een beschouwing en een betoog?

Slide 12 - Open vraag

Belangrijk! 

Schrijver wil je niet overtuigen van zijn gelijk; hij wil je na laten denken! 

Je mag zelf je mening vormen. 

 

Slide 13 - Tekstslide

De opdrachten: 

4.4 Beschouwing 

Opdracht 1 en 2 

bladzijde 102 - 108 

Slide 14 - Tekstslide


A

Slide 15 - Quizvraag

Hoe herken je of iets een feit of een mening is?

Slide 16 - Open vraag

Drogredenen?

Slide 17 - Woordweb

Succes!!

Slide 18 - Tekstslide