In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Proeftoets Bronnen van energie
Slide 1 - Tekstslide
Beoordeel de stellingen: 1. Aardwarmte is een hernieuwbare energiebron. 2. Aardolie is een grijze energiebron.
A
Stelling 1 is juist
B
Stelling 2 is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Geen van de stellingen is juist
Slide 2 - Quizvraag
Primaire energiebron
Secundaire energiebron
Zonnestraling
Aardgas
Benzine
Elektriciteit
Aardolie
Kernenergie
Uranium
Water
Bruinkool
Steenkool
Diesel
Wind
Slide 3 - Sleepvraag
Geef twee redenen waardoor het energieverbruik in de wereld toeneemt.
Slide 4 - Open vraag
In Nederland staan meer dan 40 thermische centrales.
Wat zijn twee mogelijke brandstoffen voor een thermische centrale?
A
biomassa en steenkool
B
aardwarmte en windkracht
C
zonne-energie en aardwarmte
D
biomassa en windkracht
Slide 5 - Quizvraag
Wat is het belangrijkste kenmerk van hernieuwbare energiebronnen? Noteer de juiste letter.
A
Ze leveren veel energie
B
Ze raken niet op
C
Ze stoten veel CO2 uit
D
Ze zijn kort geleden ontdenkt
Slide 6 - Quizvraag
Leg in 4 stappen uit hoe steenkool ontstaat. Maak gebruik van de woorden 'veen' en 'bruinkool'
Slide 7 - Open vraag
Aardgas en aardolie zit opgeslagen in een reservoirgesteente. Geef eerst een voorbeeld van een reservoirgesteente. Geef daarna een eigenschap van het reservoirgesteente.
Slide 8 - Open vraag
Hieronder zie je zes voorbeelden van fossiele en duurzame energiebronnen. Herken jij ze? Zet ze bij het juiste rijtje
Fossiele energie
Duurzame energie
Slide 9 - Sleepvraag
Als gevolg van klimaatverandering stijgt de zeespiegel op 2 manieren. Welke zijn dat?
Slide 10 - Open vraag
Welke soort energiecentrale is dit?
A
Kerncentrale
B
Stuwmeer
C
Getijdencentrale
D
Windmolen
Slide 11 - Quizvraag
Windenergie heeft als grote voordeel dat het duurzaam is. Toch zijn er enkele nadelen. Noem er 2.
Slide 12 - Open vraag
Wat is een nadeel van biomassa?
A
Het neemt veel ruimte in
B
Het is bijna onuitputtelijk
C
Het is klimaat neutraal
D
Wanneer je het verbrandt komen er broeikasgassen vrij
Slide 13 - Quizvraag
Wat wordt bedoeld met energietransitie?
Slide 14 - Open vraag
Welk van de onderstaande maatregelen helpt om de Nederlandse energievoorziening te verduurzamen?
A
Alle werkende Nederlanders mogen met 40% korting reizen met het openbaar vervoer.
B
De belasting op het rijden van dieselauto’s gaat omlaag.
C
Eigenaren van zonnepanelen ontvangen vanaf 2022 een lager bedrag voor de stroom die ze zelf aan het elektriciteitsnet leveren.
D
Er wordt toestemming verleend voor de bouw van een olieraffinaderij.
Slide 15 - Quizvraag
In Zuidoost-Frankrijk wordt veel hydro-elektriciteit opgewekt. Geef een landschapskenmerk waarom juist daar deze vorm van energie opgewekt kan worden.
Slide 16 - Open vraag
38,7% van alle energie in Frankrijk wordt op wat voor een manier opgewekt?
A
Kernenergie
B
Waterkracht
C
Olie
D
Steenkool
Slide 17 - Quizvraag
Dankzij economische groei blijft de vraag naar energie in Brazilië toenemen. Wat zijn nog meer oorzaken voor de toenemende vraag naar energie?
A
afname van de sloppenwijken en toename grootschalige landbouw
B
bevolkingsgroei en industrialisering
C
nieuwe vondsten van aardolie- en uraniumvoorraden
D
snelle verstedelijking en toename gebruik bio-ethanol
Slide 18 - Quizvraag
Frankrijk maakt volop gebruik van kernenergie. Filémon en Simone hebben er een discussie over. Is kernenergie nu een duurzame energiebron of niet? Filémon zegt van wel, maar Simone is het niet met hem eens. Geef een argument voor beide meningen.
Slide 19 - Open vraag
Gebruik bron 5. Leg uit waarom alle kerncentrales in Frankrijk bij rivieren of aan zee zijn gebouwd.
Slide 20 - Open vraag
Klik op de afbeelding om hem groter te maken
Uit welke delen bestaat een kerncentrale? Sleep het juiste antwoord achter het nummer hieronder.
1:
2:
3:
Koelsysteem
Productie van elektriciteit
Kernreactor
Slide 21 - Sleepvraag
Gebruik bron 5. Leg uit waarom er in het noorden van Frankrijk veel thermische centrales staan.
Slide 22 - Open vraag
Veel Braziliaanse steden hebben favela's. Wat is de oorzaak voor het ontstaan van favela's?
Slide 23 - Open vraag
Geef vanuit de bron een verklaring voor het feit dat de meeste waterkrachtcentrales in het zuiden te vinden zijn.
Slide 24 - Open vraag
Bekijk de cirkeldiagrammen links. Neem de cijfers van de twee cirkeldiagrammen over en noteer per cijfer het bijbehorende land. Kies uit Nederland en Brazilië
Slide 25 - Open vraag
Begin jaren 70 stapte Brazilië over andere energiebronnen dan alleen aardolie. Waarom?
Slide 26 - Open vraag
Waar wordt bio-ethanol van gemaakt?
A
aardappels
B
suikerriet
C
rijst
D
bomen
Slide 27 - Quizvraag
In welke zin wordt uitgelegd hoe het succes van de Braziliaanse bio-ethanol heeft geleid tot verdringing?
A
Waar eerst alleen blanke boeren waren, zie je nu ook boeren met een donkere huidskleur.
B
Waar eerst alleen de VS bio-ethanol produceerde, doet Brazilië nu ook mee.
C
Waar eerst met de hand gewerkt werd, worden nu machines gebruikt.
D
Waar eerst natuur was, staan nu suikerrietplantages.
Slide 28 - Quizvraag
Noem een nadeel en een voordeel van bio-ethanol
Slide 29 - Open vraag
Opbouw van São Paulo
Combineer de omschrijving aan de juiste foto's
São Paulo heeft een groot cbd met rijkere en middenklassengezinnen.
Daaromheen liggen 3 soorten sloppenwijken:
Favela's
Informele nederzetting
Verstedelijkte kernen
Zelfbouwhuisjes op illegale en gevaarlijke plekken zonder stroom of riolering.
Grond van landontwikkelaar die niet aan regels houdt, flats nog niet klaar (beetje stroom)
waren vroeger favela's of informele nederzettingen, nu helemaal aangesloten op voorzieningen.
Slide 30 - Sleepvraag
Hieronder twee stellingen. Zijn ze juist of onjuist? 1. De klimaatgrafiek laat een tropisch regenwoudklimaat zien. 2. Deze klimaatgrafiek is niet van een stad in Brazilië.
A
Beiden juist
B
Beiden onjuist
C
1. juist 2. onjuist
D
1. onjuist 2. juist
Slide 31 - Quizvraag
Lees de uitspraken over duurzame energiebronnen in Brazilië. Neem de getallen van de uitspraken over en geef aan of ze economisch, politiek, sociaal of natuurlijk van aard zijn. 1 ‘Sinds de vestiging van de waterkrachtcentrale is het aantal werklozen flink afgenomen.’ 2 ‘De grootschalige teelt van soja en suikerriet gaat ten koste van grote stukken bos.’ 3 ‘De leefstijl van de Kayapo-indianen staat door de aanleg van de stuwdam onder druk.’ 4 ‘Uit het ontstane stuwmeer ontsnapt een grote hoeveelheid methaan, een krachtig broeikasgas.’
Slide 32 - Open vraag
Een waterkrachtcentrale levert groene stroom. Toch protesteert een milieuorganisatie als Greenpeace tegen de aanleg van waterkrachtcentrales in het Amazonegebied. Wat is hiervoor de juiste verklaring?
A
Bij de bouw van de stuwdammen worden de mensenrechten van de werknemers geschonden.
B
De kosten voor een waterkrachtcentrale zijn veel te hoog en verdienen zich pas na jaren terug.
C
Voor de bouw van waterkrachtcentrales wordt veel regenwoud gekapt
D
Ook al is de CO2-uitstoot van zo’n centrale minimaal, er treedt toch luchtvervuiling op.
Slide 33 - Quizvraag
Leg uit hoe ontbossing kan leiden tot een afname van de biodiversiteit.
Slide 34 - Open vraag
Nederlandse boeren gebruiken soja voor in het veevoer. Leg uit dat de Nederlandse boer bijdraagt aan de ontbossing in Brazilië.
Slide 35 - Open vraag
Een gebied bereikbaar maken met o.a. een weg.
A
Ontginnen
B
Ontsluiten
Slide 36 - Quizvraag
Leg uit dat met de aanleg en aanwezigheid van de Belo Monte-stuwdam de economische belangen botsen met de culturele en natuurlijke belangen.