Deel 2 bloed en bloedsomloop: bouw en werking van het hart

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Anatomie en fysiologie bloed en bloedsomloop

deel 2

Lesdoelen

Na deze les kun je de ligging van het hart benoemen.

Na deze les kun je de bouw van het hart benoemen.

Kort herhalen grote en kleine bloedsomloop

Na deze les kun je de functie van het hart benoemen.

Na deze les kun je de bouw van een bloedvat benoemen.

Na deze les weet je de prikkelgeleiding van het hart.

Inhoud van de presentatie

- Woordweb ''het hart''

- Ligging van het hart

- Bouw van het hart en bloedvat

- De bloedsomloop (kort)

- Functie van het hart

- prikkelgeleiding van het hart

- Quiz met oplossingen opdracht verleden week

Het hart

Het hart

Ligging van het hart

Hart ligt in de borstholte direct achter het borstbeen (sternum) in de ruimte tussen de longen.

De ruimte tussen de longen heet mediastinum.

Het hart is ongeveer zo groot als een vuist en ligt op het middenrif

De hartpunt (apex) wijst naar links.

De boezems liggen boven en de kamers onder.

De bloedsomloop

Het bloed circuleert in twee gescheiden systemen die in het hart bij elkaar komen.

- De grote bloedsomloop (lichaamscirculatie)

- De kleine bloedsomloop (longcirculatie)

Functie bloedsomloop

Grote bloedsomloop:

Vervoeren van zuurstofrijk bloed naar alle organen in het lichaam en het afvoeren van zuurstofarm bloed naar het hart.

Kleine bloedsomloop:

Vervoeren van zuurstofarm bloed naar de longen en het afvoeren van zuurstofrijk bloed naar het hart.

Functie van het hart

Rondpompen van het bloed via de grote- en kleine bloedsomloop.

Quiz: algemene vragen+ oplossingen opdracht verleden week

Het hart ligt in de borstholte:

1. achter het borstbeen met de punt naar rechts.
2. achter het borstbeen met de punt naar links.
3. meestal geheel links van het borstbeen.
4. meestal geheel rechts van het borstbeen.

De dikste hartwand is die van:

1. Linker kamer
2. Linker boezem
3. Rechter kamer
4. Rechter boezem

Vanuit de rechter kamer van het hart ontspringt:

1. De bovenste holle ader
2. De halsslagader
3. De aorta
4. De longslagader

Wat is een algemeen kenmerk van alle slagaders?

1. Zij voeren bloed van het hart af.
2. Zij bezitten kleppen in de wand.
3. Zij bezitten een dunne elastische wand.
4. Zij bevatten zuurstofrijk bloed.

Een gezonde volwassene heeft 4 tot 6 li bloed in zijn lichaam

1. juist
2. onjuist

Fibrinogeen is een...

1. orgaan
2. stollingseiwit
3. mineraal
4. kalksupplement

De longader bevat zuurstofrijk bloed

1. juist
2. onjuist

De mitralisklep is de klep tussen de rechter boezem en de li kamer

1. juist
2. onjuist

De intima van een ader/slagader betekent...

1. middelste laag wand ader
2. buitenste laag wand ader
3. vlies v de ader
4. binnenste laag wand ader

Het epicard is...

1. het eigenlijke hart zelf
2. de kransslagaders op het hart
3. buitenste vlies / laag dat het hartweefsel omgeeft
4. de kransaders op het hart

Met arterie bedoelt men een..

1. slagader
2. ader
3. hartklep
4. grote bloedsomloop

Wat zorgt voor de rode bloedkleurstof van het bloed?

1. ijzer
2. ketchup
3. hemoglobine
4. fosfaat

Leukocyten (witte bloedlichaampjes)
zorgen voor...

1. vervoer van zuurstof naar de weefsels
2. bloedstolling
3. afweer en immuniteit
4. goede bloeddoorstroming

Vragen??

Opdracht

-Maak de kennistoets thema 6 in edition/digitale werkboek(evaluatie/studiehulp) over bloed en bloedsomloop

Lees de theorie en maak de opdrachten in edition/ digitale werkboek over thema 7 'ademhalingsstelsel'ter voorbereiding van het college van volgende week