1vwo H5: bijvoeglijk naamwoord

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

H5: Magasin et boutique

• Prononciation: Voca et texte A
• het bijvoeglijk naamwoord

Prononciation: Voca en texte A

• Plusiers élèves lisent le texte A
• Vous aller entendre vocabulaire A et B
• On lit le vocabulaire 

Het bijvoeglijk naamwoord

Waar zegt een bijvoeglijk naamwoord iets van?
Geef een voorbeeld in het Nederlands

bijvoeglijk naamwoord
in het Frans

Wat valt je op bij de onderstaande zinnen:
Il est grand.
Elle est grande.

Bijvoeglijk naamwoord 

Stappenplan

1. Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
2. Waar zegt het wat van? 
3. ZNW: m/v, enk/mw
4. Schema: 

Bijvoeglijk naamwoord 

Geef de goede vorm van het bijvoeg.nw: la petit fille 

1. bijvoeglijk naamwoord: petit
2. Waar zegt het wat van?  la fille
3. ZNW: m/v, enk/mw            v/enk 
4. Schema:  la petite fille

Bijvoeglijk naamwoord 

Geef de goede vorm van het bijvoeg.nw: les pantalons vert

1. bijvoeglijk naamwoord: vert
2. Waar zegt het wat van? les pantalons
3. ZNW: m/v, enk/mw            m/mv
4. Schema:  les pantalons verts

Bijvoeglijk naamwoord 

• le pantalon gris (m/enk)
• les pantalons gris (m/mv) --> + s
• les pantalons gris
•  Geen extra S erachter!

Bijvoeglijk naamwoord 

• la jupe jaune(v/enk)
• la jupe jaune (v/enk) --> + e
• la jupe jaune
•  Geen extra E erachter!
• Kan wel bij la jupe préféréE

les grand garçons

1. Goed
2. Fout

le pantalon bleue

1. Goed
2. Fout

les jupes préférées

1. Goed
2. Fout

la grand fille

1. Goed
2. Fout

Schrijf de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord op:
la maison (vert)

Schrijf de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord op:
le T-shirt (gris)

Schrijf de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord op:
la jupe (jaune)

Schrijf de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord op:
la jupe (lievelings)

Schrijf de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord op:
les pantalons (blauw)

Schrijf de goede vorm van het bijvoeglijk naamwoord op:
les (grote) garçons

Samengevat: het bijvoeglijk naamwoord

Het zegt iets over het zelfstandig naamwoord

• Stappenplan

1. Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
2. Waar zegt het wat van? 
3. ZNW: m/v, enk/mw
4. Schema: 

• geen extra 's' als er al een staat
• geen extra 'e' als er al een staat