Black Friday

Black friday
Thanksgiving
Cyber monday
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
PAVSecundair onderwijs

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Black friday
Thanksgiving
Cyber monday

Slide 1 - Tekstslide

Black Friday

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je over
black friday?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Waar komt Black Friday oorspronkelijk vandaan?
A
Europa
B
Azië
C
De Verenigde Staten

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer valt Black Friday?
A
Laatste vrijdag van december
B
Vrijdag na Thanksgiving
C
Eerste vrijdag van oktober
D
In november

Slide 6 - Quizvraag

Wat doen winkels op Black Friday?
A
Sluiten voor de dag
B
Grote kortingen aanbieden
C
Nieuwe producten lanceren
D
Uitverkoop organiseren

Slide 7 - Quizvraag

Waarom valt Black Friday de dag na Thanksgiving?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het nadeel van Black Friday?

Slide 9 - Open vraag

Welke winkel in het filmpje doet niet mee met Black Friday?
A
Primark
B
Dille en Kamille
C
Mediamarkt
D
Aldi

Slide 10 - Quizvraag

Waarom doen bepaalde winkels niet mee?

Slide 11 - Open vraag

Wachten jullie om spullen te kopen tot Black friday?

Slide 12 - Open vraag

Ga jij vandaag je slag slaan?
A
Ja
B
Nee
C
Wat is er vandaag dan?

Slide 13 - Quizvraag

Koop jij weleens producten online?
A
Ja, best vaak
B
Heel soms
C
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Retourneer jij weleens je producten?
A
Ja
B
Soms
C
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Weet jij waarvan de naam 'black' komt in black friday?

Slide 16 - Open vraag

Cyber monday

Slide 17 - Tekstslide

Cyber monday

Slide 18 - Woordweb

Thanksgiving

Slide 19 - Tekstslide

Wat weet je over
thanksgiving?

Slide 20 - Woordweb

Slide 21 - Video

Wat is Thanksgiving?

Slide 22 - Open vraag

Waar wordt Thanksgiving gevierd?
A
Engeland
B
Ierland
C
Verenigde staten
D
België

Slide 23 - Quizvraag

Sinds wanneer viert men Thanksgiving?
A
1950
B
1650
C
1621
D
1921

Slide 24 - Quizvraag

Waarom werd vroeger Thanksgiving gevierd?
A
de oogst te vieren
B
bijna kerstmis
C
voor de kinderen zoals bij ons Sinterklaas
D
Omdat de president dan jarig is.

Slide 25 - Quizvraag

De scholen zijn op Thanksgiving open.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Met wie wordt er voornamelijk Thanksgiving gevierd?
A
met vrienden
B
met buren
C
met familie

Slide 27 - Quizvraag

Wat staat er bijna altijd op het menu?
A
kip
B
konijn
C
vis
D
kalkoen

Slide 28 - Quizvraag

In welke stad vindt er elk jaar een optocht met ballonnen plaats?
A
Washington DC
B
Chicago
C
New York
D
Los Angeles

Slide 29 - Quizvraag

Waarvoor ben jij dankbaar?

Slide 30 - Open vraag