Ouderen H1-2

Wat is zelfredzaamheid?

zelfredzaamheid is....
A
Geen mensen om je heen willen hebben
B
Mensen nodig hebben bij dagelijkse dingen
C
Zelf achter je hulpbehoefte komen.
D
Je op eigen kracht zoveel mogelijk redden
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Wat is zelfredzaamheid?

zelfredzaamheid is....
A
Geen mensen om je heen willen hebben
B
Mensen nodig hebben bij dagelijkse dingen
C
Zelf achter je hulpbehoefte komen.
D
Je op eigen kracht zoveel mogelijk redden

Slide 1 - Quizvraag

Dagbesteding is belangrijk omdat .....
A
de oudere dan zelfredzaam wordt
B
de oudere dan medicijnen krijgt
C
de mantelzorger dan ontlast wordt
D
de oudere dan verzorgd kan worden

Slide 2 - Quizvraag

Wat is leefstijl?
A
Leefstijl is iemands persoonlijke manier van leven
B
Leefstijl is de plek waar je graag leeft
C
Leefstijl is je manier van denken
D
Leefstijl is wat jij graag eet

Slide 3 - Quizvraag

Kaarten is een... (meerder antwoorden mogelijk)
A
sociale activiteit
B
sportieve activiteit
C
educatieve activiteit
D
recreatieve activiteit

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen normen en waarden?
A
Norm is een regel, waarden is waarom jij dat belangrijk vindt
B
Waarden is een regel, norm is waarom jij dat belangrijk vindt
C
Normen en waarden zijn allebei hetzelfde. Het zijn allebei regels
D
Norm is een regel en een waarden is een mening

Slide 5 - Quizvraag

Een cultuur is een groep mensen met dezelfde
A
gedachten
B
waarden, normen en gewoonten

Slide 6 - Quizvraag

Een cultuur is een groep mensen met dezelfde
A
gedachten
B
waarden, normen en gewoonten

Slide 7 - Quizvraag

1. Mensen in de dagbesteding krijgen altijd begeleiding.
2. In het weekend is er geen dagbesteding
A
Stelling 1 is juist
B
Stelling 2 is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Wat houdt dementie in?
Dementie is een verzamelnaam voor meer dan vijftig ziektes die.....:
A
Het spier- en zenuwstelsel beinvloeden
B
Te maken hebben met het achteruitgaan van de zintuigen
C
Waarbij het gedrag verandert en het denkvermogen achteruit gaat
D
Waarbij het gedrag verandert en het denkvermogen vooruit gaat.

Slide 9 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met cognitieve ontwikkeling
A
Dat je steeds meer gaat nadenken over het leven
B
ontwikkeling van het denken, waarnemen, geheugen en spraak en taal.
C
Heeft te maken met je gezichtsvermogen
D
Je ontwikkeling gaat steeds meer achteruit.

Slide 10 - Quizvraag