GHZ-Epilepsie

Epilepsie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Epilepsie

Slide 1 - Tekstslide

Epilepsie

Slide 2 - Woordweb

Wat is epilepsie?
Aanvalsgewijze verstoring van de prikkeloverdracht in de hersenen
Aanval ontstaat plotseling en is tijdelijk
Verschillende vormen en oorzaken

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Type epilepsie
Focale of partiële aanvallen -> gedeelte van de hersenen
Gegeneraliseerde aanvallen -> meerdere gedeeltes

Slide 5 - Tekstslide

Eenvoudige partiële aanvallen
Niet altijd herkenbaar als epileptische aanval
Variërende verschijnselen
Bewustzijn is helder 
Ervaringen: lichte spiertrekking, geuren ruiken, geluiden waarnemen, aura (kleine aanval voor grote), staren
Ervaringen zijn afhankelijk van het deel van de hersenen

Slide 6 - Tekstslide

Complexe partiële aanval
Wel (gedeeltelijke) stoornis in het bewustzijn
Automatismen/doelloze handeling rondlopen, smakken, bewegingen in gezicht
Onwillekeurige bewegingen
Afhankelijk van het betrokken gebied in de hersenen

Slide 7 - Tekstslide

Gegeneraliseerde aanval
Beide hersenhelften zijn betrokken
Stoornis in het bewustzijn, niet bewust van de aanval
Absences
Tonisch-clonische aanval

Slide 8 - Tekstslide

Tonisch-clonische aanval
Tonische fase, ledematen zijn stijf, ogen dicht, gelaat is cyanotisch en cliënt is volledig buiten bewustzijn en soms incontinent.
Clonische fase, er zijn trekkingen van ledematen, hoofd en romp.
Posticale stupor, cliënt ligt stil, is niet aanspreekbaar en verliest speeksel. 

Kan ook afzonderlijk optreden
tonisch: persoon is alleen verstijfd
clonisch: persoon begint gelijk met schokken

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Status epilepticus
Langer dan 5 minuten
Stopt vaak niet vanzelf
Kan levensbedreigend zijn
Aanvallen volgen elkaar op
Medicatie: midazolam, diazepam, conazepam

Slide 11 - Tekstslide

Epilepsie in de GHZ
1 op de 3 personen met een verstandelijke beperking heeft epilepsie
Gedrag soms moeilijk te herkennen vanwege beperking

Slide 12 - Tekstslide

Epilepsie en verstandelijke beperking:

  • Ernstiger vormen van epilepsie
  • Een mix van aanvalstypen
  • Een hogere frequentie van aanvallen
  • Een hogere gevoeligheid bijwerkingen medicatie
  • Anti-epileptica werkt niet altijd
  • Verhoogd risico op status epilepticus

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit waarom epilepsie vaak voorkomt met mensen met een verstandelijke beperking.

Slide 14 - Open vraag

Welke verpleegkundige interventies neem je bij een patiënt met een status epilepticus?

Slide 15 - Open vraag


  1. Voorkom letsel bij cliënt gedurende de aanval; 
  2. Houd schudkrampen niet tegen en laat cliënt liggen 
  3. Stop niets tussen de tanden 
  4. Houd de tijd bij gedurende de aanval (ernst, interventies)
  5. Geef medicatie die is voorgeschreven door arts.
  6. Houd de tijd bij nadat je interventie medicatie hebt gedaan
  7. Indien geen effect of onvoldoende effect dan direct arts waarschuwen.
  8. Geef geen drinken of eten tijdens en kort na de aanval.
  9. Leg cliënt na de aanval op bed en laat hem uitrusten.
  10. Voer na een insult de controles uit (bij diabeet inclusief bloedsuikercontrole

Slide 16 - Tekstslide

Vragen?

Slide 17 - Tekstslide