3.3 Bataafse Revolutie 2

3.3 Bataafse Revolutie
In deze les sluiten wij paragraaf 3.3 af 

Als het kan zit je via je laptop in de lesson-up
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.3 Bataafse Revolutie
In deze les sluiten wij paragraaf 3.3 af 

Als het kan zit je via je laptop in de lesson-up

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Herhalen - quiz 
Aantekening - Bataafse Revolutie
Wat past bij wat? 
Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Welk idee past niet bij de Verlichting?
A
Vrijheid
B
Gelijkheid
C
Rationalisme
D
Radicalisme

Slide 3 - Quizvraag

Hoe moest volgens Montesquieu het bestuur geregeld zijn?

Slide 4 - Open vraag

Frankrijk was ongelijk omdat
A
De derde stand betaalde belasting maar niet mocht meepraten
B
De eerste stand al het vuile werk opknapte en niet mocht meebesturen
C
De adel onder het absolutisme steeds meer privileges verloor
D
De geestelijkheid verplicht naar de koning moest luisteren

Slide 5 - Quizvraag

Wat was een verschil tussen de Franse revolutie en de Bataafse revolutie?

Slide 6 - Open vraag

Wat is een overeenkomst tussen de Franse revolutie en de Bataafse revolutie
A
De adel had veel privileges
B
Het gewone volk wilde meer inspraak in het bestuur
C
Beide revoluties zorgen voor een nieuwe grondwet
D
De Pruisen weten in beide gevallen de revolutie te beëindigen

Slide 7 - Quizvraag

Aantekening 3.3

Slide 8 - Tekstslide

Een nieuwe Bataafse revolutie
1795: de Fransen willen de revolutie 'verspreiden' en de gewone burgers van Europa 'bevrijden'. In de Republiek verjagen ze de stadhouder.
Gevolg: 
Uitroepen van de Bataafse Republiek, deze had een Nationale Vergadering en vrij stemrecht
Niet iedereen is vrij: slavenopstand Curacao

Slide 9 - Tekstslide

Waar vluchtte de stadhouder naar toe?
A
Engeland
B
Pruisen
C
Frankrijk
D
Oostenrijk

Slide 10 - Quizvraag

Een nieuwe grondwet
In de Nationale Vergadering ruziet men vooral. Pas na een staatsgreep in 1798 komt er een grondwet.
Het is een heel vooruitstrevende grondwet! Nederland krijgt gelijke rechten, wetten en plichten.
Maar... In 1799 en 1801 zijn er weer staatsgrepen.

Slide 11 - Tekstslide

Welke wetten waren in de Gouden Eeuw het belangrijkst?
A
Wetten van de Staten-Generaal
B
Wetten van het gewest
C
Wetten van de stad
D
Wetten van de vroedschap

Slide 12 - Quizvraag

Aan de slag
Maak 6 tm 10

Slide 13 - Tekstslide