Ik weet er alles al van...

Thema 4: Voortplanting
Daar weten we toch al alles van?
Makkelijk thema!
Krijgen we ook praktijk?????
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Voortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Thema 4: Voortplanting
Daar weten we toch al alles van?
Makkelijk thema!
Krijgen we ook praktijk?????

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jongens kunnen ook de "baarmoederhals-kanker prik (HPV-prik) halen
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Prostaatkanker komt alleen bij mannen voor
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voldragen zwangerschap bij mensen duurt 9 maanden
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geslachtelijke
voortplanting

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het deel van de penis dat gevoelig is voor seksuele prikkels, is de ...
Door seksuele prikkels kan iemand een lekker gevoel krijgen. Dit heet klaarkomen of een ...
Als iemand er zelf voor zorgt dat hij klaarkomt, heet dit zelfbevrediging of ...
Lustbeleving, intimiteit en voortplanting zijn functies die horen bij ...
Foto’s, films of teksten met het doel iemand seksueel te prikkelen, noem je ...
Sleep de juiste woorden in.
porno
orgasme
eikel
masturbatie
seksualiteit

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de oranje thema's naar de juiste leeftijd van seksuele ontwikkeling. 
0 tot 5 jaar
1,5 tot 3 jaar
3 tot en met 6 jaar
6 tot en met 10 jaar
10 tot en met 12 jaar
13 tot en met 17 jaar
18 tot en met 30
30 tot en met 50
50 tot en met 100
Het ontdekken en onderzoeken
staat centraal met als belangrijkste thema hechting. 
Thema’s die centraal staan zijn, ‘ik
 en de ander’, nee-zeggen en  
 ‘vieze praatjes’. 
Verliefdheid en experimenteren  
staan centraal. Iemand liefvinden 

en vriendschap worden gekoppeld aan verliefd zijn
Verliefdheid en seksueel rollenspel staan centraal. 
Seksuele fantasie en beleving staan centraal  
Lichamelijke veranderingen, vriendschappen en seksuele identiteit staan onder ander centraal 
Het hebben van een liefdesrelatie en beleving van het lichaam staan centraal. 
Vormgeven van de liefdesrelatie en seksualiteit staan centraal. 
Centrale thema’s kunnen zijn de overgang, sekshulpmiddelen bij ouderen en verlies. 

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

intimiteit
gelijkwaardigheid
veiligheid
C. Wat is het doel van seksualiteit
B. Kun je uit de natuur richtlijnen afleiden voor seksueel gedrag.
A. Wat is de zin van seksualiteit

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Fabel
Feit
Je gender is een keuze
Je wordt met je seksualiteit geboren
Als iemand biseksueel is, is er meer kans dat die gene vreemdgaat
Nederland was het eerste land waar je met hetzelfde geslacht mocht trouwen
Alle mannen die zich vrouwelijk kleden zijn homo
Er zijn 8 landen waar de doodstraf staat op homoseksueel zijn

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het deel van het vrouwelijke geslachtsorgaan dat kan zorgen voor een orgasme?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies


Sekse betekent:
A
Op wie je verliefd wordt
B
Geslacht waar mee je geboren bent

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is genderexpressie?
A
Hoe je over je gender denkt
B
Wat je van je gender laat zien aan anderen

Slide 12 - Quizvraag

T

Wie wordt cis-gender genoemd?
A
Iemand die geboren is als jongen en zich ook een jongen voelt
B
Iemand die geboren is als jongen maar zich een meisje voelt

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Geaardheid betekent:
A
Op wie je verliefd wordt
B
Wat voor karakter je hebt

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wie is transgender?
A
Mensen die zich graag kleden als een ander geslacht dan ze bij de geboorte kregen
B
Mensen die zich niet thuis voelen bij het geslacht dat zij bij de geboorte kregen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Theorie
=gaat over het biologische lichaam.


= gaat over hoezeer je lichaam past bij je wie je bent.

= hoezeer je uiting geeft aan je genderidentiteit.

=staat helemaal los van jouw eigen gender, maar gaat over de gender(s) waar je op valt. 
Seksuele oriëntatie

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Seksuele identiteit 
Iedereen heeft een unieke seksuele identiteit, gevormd door een combinatie van de volgende elementen:
1.  je biologische geslacht: je aangeboren sekse
2. je genderidentiteit: tot welke sekse je hoort qua gevoel
3. je genderexpressie- en genderrol: uitingen en verwachtingen
4. je seksuele voorkeur: waar je op valt wat betreft sekse



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies