T5 B3 KT

B3 Beenverbindingen
  • Zitten volgens de plattegrond
  • Spullen op tafel
       Boek, werkboek, schrift
  • Tas van tafel
  • Lees blz. 13 t/m 16
timer
5:00
Kennen/Kunnen
  • Ik kan 4 soorten beenverbinding opsommen en herkennen
  • Ik kan de verschillende onderdelen van een gewricht benoemen en de functie uitleggen.
  • Ik kan 2 soorten gewrichten herkennen en benoemen.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

B3 Beenverbindingen
  • Zitten volgens de plattegrond
  • Spullen op tafel
       Boek, werkboek, schrift
  • Tas van tafel
  • Lees blz. 13 t/m 16
timer
5:00
Kennen/Kunnen
  • Ik kan 4 soorten beenverbinding opsommen en herkennen
  • Ik kan de verschillende onderdelen van een gewricht benoemen en de functie uitleggen.
  • Ik kan 2 soorten gewrichten herkennen en benoemen.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Herhalen
  • Botten verbinden
  • Botten bewegen
  • Tijd voor hw
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Wat is geen functie van het skelet?
A
Zorgen voor vorm
B
Beweging mogelijk maken
C
Organen op de juiste plek houden
D
Organen beschermen

Slide 3 - Quizvraag

Welk onderdeel van een bot zorgt voor stevigheid?
A
Lijmstof
B
Beenmerg
C
Kalkzout
D
Kraakbeen

Slide 4 - Quizvraag

Beenverbindingen
  • Vergroeide botten (aan elkaar vastgegroeid)
  • Naden (botten liggen dicht tegen elkaar aan)
  • Kraakbeen (een zacht laagje, beetje beweging)
  • Gewricht (veel beweging mogelijk)

Slide 5 - Tekstslide

Houdt de botten bij elkaar/ het gewricht heel
Zorgt dat de botten soepel kunnen bewegen
Gaat slijtage van het bot tegen
Een gewricht

Slide 6 - Tekstslide

Gewrichten
  • Kogelgewricht (veel beweging mogelijk)
  • Scharniergewricht (beweging in 1 richting mogelijk)

Slide 7 - Tekstslide

Je duim zit vast aan je hand met een ...
A
kogelgewricht
B
scharniergewricht
C
rolgewricht
D
draaigewricht

Slide 8 - Quizvraag

Je knie is een voorbeeld van een ...
A
kogelgewricht
B
scharniergewricht
C
rolgewricht
D
draaigewricht

Slide 9 - Quizvraag

Ga aan de slag met:
  • Lezen blz. 13 t/m 16
  • Maken Opdr. 9 t/m 12 blz. 13

Klaar met het bovenstaande?
  • Verder werken/lezen
  • Samenvatten
  • Ander huiswerk
  • Boek lezen
Zs = Werken in stilte
  • Geen vinger opsteken
  • Aan het werk
  • Stil en stoor niemand
  • Blijf op je plek
timer
6:00

Slide 10 - Tekstslide

Ga aan de slag met:
  • Lezen blz. 13 t/m 16
  • Maken Opdr. 9 t/m 12 blz. 13

Klaar met het bovenstaande?
  • Verder werken/lezen
  • Samenvatten
  • Ander huiswerk
  • Boek lezen
Zf = Werken met fluisteren
  • Geen vinger opsteken
  • De docent komt langs
  • Aan het werk
  • Fluister alleen met de persoon naast je
  • Blijf op je plek

Slide 11 - Tekstslide