2kader Samen poëzie maken uit fictie

Welkom bij Poëzie 
We leren vandaag :
  • Rijmsoorten herkennen
  • Creatief zijn met woorden en zinnen
  • Dichterlijke vrijheid toepassen
  • Met z'n drietjes in stappen eigen poëzie maken 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Poëzie 
We leren vandaag :
  • Rijmsoorten herkennen
  • Creatief zijn met woorden en zinnen
  • Dichterlijke vrijheid toepassen
  • Met z'n drietjes in stappen eigen poëzie maken 

Slide 1 - Tekstslide

Inspiratie poëziebundels

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Eindrijm 
Hoeveel strofes heeft dit gedicht?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Klinkerrijm (assonantie)
Songtekst 
Suzan & Freek
"Ik kan het niet hebben als het avond is
Oh want 's avonds mis ik je vaak
Je weet dat ik niet luister als je praat als dit
En me raakt als dit
En dan gaat....."

Slide 6 - Tekstslide

Beginrijm (alliteratie)
Jules Deelder 1944-2019

Slide 7 - Tekstslide

Tekening





Vicky Francken (13 jaar)
Ik vaar 
met mijn boot
zonder roer of kompas

Ik speel
in mijn orkest
zonder begeleiding of bas

Ik kijk 
naar mijn klok
zonder wijzers of getik
Ik schets 
een meisje
een meisje zoals ik




Welke rijmvormen ontdek je?
Hoeveel strofes heeft dit gedicht?

Slide 8 - Tekstslide

Wat is dichterlijke vrijheid?
Weet je het nog?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Video

Weesrijm
Dan rijmt de zin op niets, is alleen...........

Dichterlijke vrijheid

Slide 11 - Tekstslide

De opdracht
De opdracht in stappen

Slide 12 - Tekstslide

Welkom bij Poëzie 

Slide 13 - Tekstslide

De opdracht
RUITGEDICHT

Slide 14 - Tekstslide

Ruitgedicht 


We verzamelen woorden over de komende tijd.
We maken een Ruitgedicht. 
Ze komen in de schoolkrant, te koop op de kerstmarkt.
Anoniem mag.

Slide 15 - Tekstslide

Welke woorden komen in je op
als je denkt aan
de Kerst(vakantie)?

Slide 16 - Woordweb




1 woord
2 .....woorden
3 .................woorden
4 ...............................woorden
5 ..............................................woorden
4 .................................woorden
3 ...................woorden
2 .......woorden
1 woord
ruitgedicht

Slide 17 - Tekstslide




1 kies je woord
2 twee bijvoeglijke naamwoorden erbij
3 drie woorden die eindigen op - ing (over jouw woord)
4 vier zelfstandige naamwoorden of korte zin over je woord
5 drie woorden die eindigen op - ing, over een tegengesteld woord
6 twee bijvoeglijke naamwoorden plus je nieuwe woord
7 je nieuwe woord

ruitgedicht verdieping

Slide 18 - Tekstslide

Ruitgedicht klaar?


............


Teken er een ruit omheen.
Geef je woorden kleuren.
Versier het in de kerstsfeer. 

Slide 19 - Tekstslide

De start: leesboeken 
Uit elk boek zinnen verzamelen en noteren in je schrift
Tip: vaak is de laatste zin van een hoofdstuk geschikt

Slide 20 - Tekstslide

Zinnen kiezen
Kies 
ieder
2 of 3
zinnen
uit 

Slide 21 - Tekstslide

Ieder heeft 2 of 3 stroken 

Slide 22 - Tekstslide

Schrijf gekozen zinnen op een strook
één zin per strook
Nu nog op volgorde en strofes bepalen

Slide 23 - Tekstslide

Mijn gedicht
Hoeveel strofes hebben jullie?

Welke herhaling zou mooi zijn? 

Slide 24 - Tekstslide

Voordragen, ophangen
Hoe interpreteer jij het gedicht?
Voordragen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video