V4 les 4
1 / 14
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
In hoeverre ben je toegekomen aan de weektaak (Magister) en beheers je de bijbehorende leerdoelen?
A
Ik heb alle opdrachten van de weektaak gemaakt, ik heb het gevoel dat ik de leerdoelen beheers
B
Ik heb de meeste opdrachten van de weektaak gemaakt, ik twijfel of ik de leerdoelen beheers
C
Ik heb een gedeelte van de weektaak gemaakt, ik beheers de leerdoelen nauwelijks
D
Ik ben niet toegekomen aan de weektaak, ik beheers de leerdoelen niet.
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Als geboortejaar van de Republiek kun je zowel 1588 als 1648 aanwijzen.
Geef voor elk van deze geboortejaren een argument.
Geef voor elk van deze geboortejaren een argument.
Slide 4 - Open vraag
Kern van een juist antwoord is:
- In 1588 besloten de opstandige gewesten verder te gaan zonder vorst waardoor de Republiek ontstond als zelfstandige staat 1
- In 1648 werd de Republiek als zelfstandige staat formeel erkend (door Spanje)
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Wat voor een argumenten gebruikt Mark Rutte om zijn standpunt over het gebruik van de term 'Gouden Eeuw' te onderbouwen?
Slide 7 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
1560: Omstreeks dit jaar verhuist Jan Poppen van Denemarken naar Amsterdam. Hij is dan 18 of 20 jaar en gaat werken in een haringpakkerij.
1579: Jan Poppen drijft handel met het Oostzeegebied, daarna ook met Spanje en Portugal en hij hoort tot de pioniers van de walvisvaart op de Witte Zee.
1597: Jan Poppen is een van de financiers van de eerste reis naar Azië.
1602: Jan Poppen wordt gekozen als bewindhebber van de VOC.
1616: Jan Poppen overlijdt. Zijn vermogen wordt geschat op 500.000 gulden,
waarvan hij 200.000 gulden heeft gestoken in de Beemster.
de moedernegotie
de driehoekshandel
de handel in specerijen
de zoutziederijen
de Leidse wolnijverheid
de uitvinding van de molengang
Slide 11 - Sleepvraag
Voorbeeld van een juist antwoord is:
− 1 (de moedernegotie) past bij 1579, want Jan Poppen was
Oostzeehandelaar (waarschijnlijk in graan).
− 3 (de handel in specerijen) past bij 1597/1602, want Jan neemt deel
aan de eerste reis naar Azië om de specerijen direct uit Indië te halen / wordt bewindhebber van de VOC.
− 5 (de uitvinding van de molengang) past bij 1616, deze wordt bij het
droogmalen van de Beemster (waarin Jan heeft geïnvesteerd) toegepast.
− 6 (de zoutziederijen) past bij 1560, want zout vormt een onderdeel van
de handel met het Oostzeegebied / is onmisbaar in de haringpakkerij, waar Jan zijn loopbaan begint.
Slide 12 - Open vraag
Gebruik het schilderij. Met dit schilderij kun je een aantal kanten van het bijzondere karakter van de Republiek in de Gouden Eeuw laten zien. Geef aan waardoor dit schilderij past bij:
- de moedernegotie en
- het burgerlijk karakter van de Republiek en
- de culturele bloei van de Republiek.
Toelichting: Adolf Croeser (1612-1668) was een handelaar in koren uit het Oostzeegebied in Delft.
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat heb je deze les geleerd? Zijn er nog vragen die onbeantwoord zijn gebleven?
Slide 14 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
