Hoofdletters versus kleine letters

Eerste woord van een zin.
A
hoofdletter
B
kleine letter
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Eerste woord van een zin.
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 1 - Quizvraag

naam van een persoon
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 2 - Quizvraag

naam van een krant of tijdschrift
A
kleine letter
B
hoofdletter

Slide 3 - Quizvraag

talen en dialecten
A
kleine letter
B
hoofdletter

Slide 4 - Quizvraag

historische gebeurtenissen
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 5 - Quizvraag

Is onderstaand woord correct geschreven?
"kerstmis"
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag

Is onderstaand woord correct geschreven?
"lente"
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quizvraag

Is onderstaand woord correct geschreven?
"het Arabisch"
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quizvraag

Is onderstaand woord correct geschreven?
"de Poolster"
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag

Is onderstaand woord correct geschreven?
"instagram"
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag

Verbeter indien nodig.
"het Noorden"

Slide 11 - Open vraag

Verbeter indien nodig.
"christendom"

Slide 12 - Open vraag

Verbeter indien nodig.
"het west-vlaams"

Slide 13 - Open vraag

Verbeter indien nodig.
"paasmaandag"

Slide 14 - Open vraag

Verbeter indien nodig.
"belgacom"

Slide 15 - Open vraag