5-03 H4 laatste les voor de toets

EHV1C
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

EHV1C

Slide 1 - Tekstslide

Dagmenu
Huiswerk controle
Vragenronde
Zelfstandig werken/ leren
Quiz

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerkcontrole
4.2

Slide 3 - Tekstslide

Vragenronde 
Wie heeft er vragen?

Slide 4 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat: Hoofdstuk afmaken/ invulsamenvatting/ leren
Hoe: zelfstandig
Hoe lang: 15 min

Slide 5 - Tekstslide

Toets
Regels
Soorten vragen
Nakijken

Slide 6 - Tekstslide

Regels:
1. Camera’s aan
2. Krijg ik een melding van afdwaling / gebruik Cntr-toets etc. direct 1.0
3. Je zit alleen in een ruimte, dus ik zie je niet overleggen.
4. Toets klaar? Opslaan en tvg direct verlaten. Zie ik je na afloop toets nog ingelogd staan dan krijg je een.............Na de toets mag je uit de les

Slide 7 - Tekstslide

Soorten vragen
Volgorde vragen
Kennisvragen
Bronvragen

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken
Stap 1: Niet vragen of ik de toets al heb nagekeken
Stap 2: Ik kijk de toets na
Stap 3: Overleg met andere geschiedenisdocent
Stap 4: Cijfers terug
Stap 5: Toets bespreken op school

Slide 9 - Tekstslide

Bekendste leerling van ....
Moest de gifbeker drinken
De grondlegger van de geschiedsschrijving 
De eed van ....
Hippocrates
Plato
Socrates
Herodotos
Pythagoras

Slide 10 - Sleepvraag

Stelling: de Grieken geloofden in meerdere goden.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Waarom gingen de oude Grieken koloniseren?
A
De oude Grieken vonden het leuk om te reizen
B
De oude Grieken ontdekten per toeval nieuw land
C
De oude Grieken moesten vluchten voor oorlog
D
De oude Grieken gingen op zoek naar vruchtbare grond

Slide 12 - Quizvraag

Democratie in?
A
Athene
B
Sparta
C
Korinthe
D
Milete

Slide 13 - Quizvraag

Hoe komt het dat wij veel weten van de oude Grieken?
A
Ze schreven veel
B
Ze hebben de verhalen doorverteld
C
Er is veel bewaard gebleven van die tijd

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een stadsstaat?
A
Een stad
B
Een stad met platteland
C
Een zelfstandig landje
D
Een eiland

Slide 15 - Quizvraag

Een groep mensen hadden de macht, vaak uit rijke families
A
Democratie
B
Monarchie
C
Tirannie
D
Aristocratie

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een kolonie?
A
Een stuk land
B
Een stuk land bestuurd door een stadstaat
C
Een stuk land buiten Griekenland bestuurd door een stadstaat
D
een stuk land buiten Griekenland

Slide 17 - Quizvraag

Het volk heeft de macht, hoe heet dat?
A
Tirannie
B
Democratie
C
Aristocratie

Slide 18 - Quizvraag

Wie is de grondlegger van de geschiedsschrijving?
A
Herodotos
B
Archimedes
C
Plato
D
Hippocrates

Slide 19 - Quizvraag

Wat is het politieke en economische centrum van de stadsstaat?
A
Agora
B
Akropolis
C
Ostracisme

Slide 20 - Quizvraag

"Wie teveel macht kreeg kon verbannen worden in Athene"
Welk begrip past hier het beste bij?
A
Tirannie
B
Monarchie
C
Democratie
D
Ostracisme

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de overeenkomst tussen een tiran en een koning?
A
De macht is erfelijk
B
Het zijn alleenheersers
C
Ze leefden in Athene
D
Ze zijn slecht voor de bevolking

Slide 22 - Quizvraag

Wie hadden er geen macht bij de Atheense democratie?
A
Vrouwen
B
Arme Grieken
C
Rijke Grieken
D
Boeren

Slide 23 - Quizvraag

Hoe heet de Atheense vergadering van mannen met burgerrecht?

Slide 24 - Open vraag

Rond welk jaar werden de stadstaten gesticht?
A
3000 v.Chr.
B
1000 v.Chr.
C
500 v.Chr.
D
500 n.Chr.

Slide 25 - Quizvraag

Wie was Hippocrates?
A
Een arts
B
Een filosoof
C
Een wiskundige
D
Een historicus

Slide 26 - Quizvraag