3hv-3.3.1

3.3 Het hart
Op tafel:
Laptop (lessonup)
(online)boek 3.3
Etui

Vraag van vandaag:
Waarom tekenen mensen een hartje zoals een hartje en niet als een echt hart?
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.3 Het hart
Op tafel:
Laptop (lessonup)
(online)boek 3.3
Etui

Vraag van vandaag:
Waarom tekenen mensen een hartje zoals een hartje en niet als een echt hart?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom tekenen mensen een hartje zoals een hartje en niet als een echt hart?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aristoteles
3 boezems
Galenus
2 boezems

Slide 3 - Tekstslide

Een hart bestaat uit twee hartkamers. Aristoteles was een griekse wetenschapper en hij dacht dat er nog een derde kamer tussen de twee kamers zat. Een andere wetenschapper, Galenus, was het er niet mee eens. Hij zei dat er maar twee kamers waren en dat er in de rechterkamer een extra holte was.

Mensen in de Middeleeuwen raakten in de war door dit meningsverschil en wisten niet wie ze nou moesten geloven. Uiteindelijk tekenden ze in 1320 aan de bovenkant van het hart een inkeping. Op die plek zou de derde hartkamer van Aristoteles moeten zitten of de holte volgens Galenus. Vanaf toen zijn ze deze vorm van het hart gaan gebruiken als symbool voor de liefde.
Planning
  • Herhaling
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Volgende keer

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt de delen van het hart en de aansluitende bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies. 
  • Je kunt beschrijven hoe een hartslag verloopt.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ligging: in de borstholte

Functie: pomp voor de bloedsomloop

Bouw: het hart bestaat uit twee helften. Elke helft heeft een:
  • boezem (boven): pompen het bloed naar de kamers
  • kamer (onder): pompen het bloed naar de organen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie
Wat: 1. Teken de onderdelen van het hart (boezems, kamers, bloedvaten, kleppen) + namen
2. Noteer hoe het bloed stroomt
3. Laat zien aan de hand van kleur of dit bloed zuurstofrijk of zuurstofarm is
4. Noteer hoe het hartritme verloopt
Hoe: groepjes van 2 personen, tekstboek 
Klaar: maken opdrachten 3.3: 
H: 1, 2, 3, 5, 8, 11
V: 3.3: 1, 3, 4, 5, 6, 7, 9






Slide 8 - Tekstslide

Laatste 10 min bespreken

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

het hart.
schematische weergave.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hartkleppen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Halvemaanvormige kleppen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fasen hartslag
De hartslag bestaat uit 3 fasen:
1. boezems trekken samen, kamers vullen zich
2. kamers trekken samen, bloed naar slagaders
3. hartpauze: boezems stromen ondertussen vol
Onthoud: linkerkant en rechterkant trekken tegelijk samen!

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hartcyclus
1.  samentrekken van de boezems
  • bloed stroomt kamers in
  • alleen hartkleppen open
2. samentrekken van de kamers
  • bloed wordt door de slagaders gepompt
  • alleen halvemaanvormige kleppen open
3. hartpauze
  • boezems en kamers ontspannen zich
  • bloed stroomt het hart in
  • alleen hartkleppen open


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het hart krijgt zelf zuurstofrijkbloed dankzij de:
A
Longader
B
Kransslagader
C
Kransader
D
Aorta

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke kamer heeft de meest gespierde wand en waarom ?
A
De rechterkamer, want die pompt het bloed naar de longen.
B
De linkerkamer, want die pompt het bloed naar de longen.
C
De rechterkamer, want die pompt het bloed naar het hele lichaam.
D
De linkerkamer, want die pompt het bloed naar het hele lichaam.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het hart pompt zuurstofrijk bloed in de:
A
Longslagader
B
Longader
C
Aorta
D
Holle ader

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De juiste volgorde van de hartslag is:
A
boezems-hartpauze-kamers
B
kamers-hartpauze-boezems
C
boezems-kamers-hartpauze
D
kamers-boezems-hartpauze

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken havo
Wat: Maak opdrachten in online boek:
                   3.3: 1, 2, 3, 5, 8, 11
Hoe: Individueel
Hulp: De tekst
Tijd: 5 min in stilte, daarna  mag je zachtjes overleggen
Klaar: klaaropdracht of ander vak hw

timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken vwo
Wat: Maak opdrachten in online boek:
                   3.3: 1, 3, 4, 5, 6, 7, 9
Hoe: Individueel
Hulp: De tekst
Klaar:  ander vak hw

timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende keer
Weektaak:
havo/top: online paragraaf 3.3 - opdr. 1, 2, 3, 5, 8, 11
vwo: online paragraaf 3.3 - opdr. 1, 3, 4, 5, 6, 7, 9

Volgende les:
3.3 Het hart




Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling
Bespreken werkblad bloedvaten

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hersenhaarvaten
halsader
longslagader
longader
leverader
onderste holle ader
nierader
halsslagader
longslagader
longader
leverslagader
aorta
poortader
darmslagader
nierslagader

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuurstofrijk
Alle slagaders + longader

Zuurstofarm
Alle aders + longslagader

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. rechterboezem -> rechterkamer-> longslagader -> longhaarvaatjes/longen -> longader -> linkerboezem -> linkerkamer
2. rechterboezem -> rechterkamer-> longslagader -> longhaarvaatjes/longen -> longader -> linkerboezem -> linkerkamer -> aorta -> beenslagader -> voet

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. voet -> beenader -> onderste holle ader -> rechterboezem
4. rechterboezem -> rechterkamer -> longslagader -> longhaarvaatjes/longen -> longader -> linkerboezem -> linkerkamer -> aorta -> darmslagader -> darmen
5. darmen -> poortader -> leverhaarvaten/lever -> leverader ->onderste holle ader -> rechterboezem

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. nieren -> nierader -> onderste holle ader -> rechterboezem -> rechterkamer -> longslagader -> longhaarvaatjes/longen -> longader -> linkerboezem -> linkerkamer -> aorta -> halsslagader -> hersenen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies