In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat weet je al over de Middeleeuwen?
Maak op een A3 een groeimindmapover de Middeleeuwen.
Hoe doe je dat ook alweer ?
Je begint met een kleur en schrijft op wat je op dit moment allemaal weet over de de Middeleeuwen. Elke volgende les begin je met een andere kleur en schrijf je de nieuwe informatie met een andere kleur op. Aan het einde van deze 2 weken heb je een mindmap met alle informatie van de filmpjes, naslagwerken over de Middeleeuwen en kun je zien wat je allemaal hebt geleerd.
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat zou jij te weten willen komen over de Middeleeuwen?
Schrijf dit op de achterkant van je Mindmap, zodat je aan het af en toe even kan spieken of je ook al de antwoorden op je vragen hebt gevonden in de filmpjes en informatie die je hebt gezien en gelezen.
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
De middeleeuwen de tijd van
( 800 - 1500)
ridders, kastelen, kruistochten, horigen, de adel, monniken, christendom, stadsrechten, gilden
- De verschillen tussen kastelen in de vroege en late middeleeuwen en de belangrijke onderdelen van een kasteel.
- Hoe je een ridder kon worden en wat de kruistochten waren.
- Hoe de kasteelbewoners zich verdedigden.
- Wie er in en rond een kasteel woonden en welke beroepen er waren.
- Hoe steden zijn ontstaan.
- Begrippen zoals horigen, vrije boeren, een gilde , de adel, de pest, monniken, klooster, kantelen, donjon.
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat denk je dat het verschil is tussen een kasteel in De vroege Middeleeuwen en De late Middeleeuwen.
Tekst
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
palissade
brug
gracht
motte
donjon
Slide 7 - Tekstslide
In het begin van de middeleeuwen waren kastelen nog van hout gemaakt. Hier zie je dat. Wel verdedigde de mensen die in het kasteel woonde zichzelf al. Door middel van een gracht, soms met en soms zonder water. Hier overheen lag dan een (ophaal)brug. Ook was er een houten muur omheen gebouwd, dit heet een palissade. Zoals je ziet was er een huis hoger gebouwd, hier woonde de rijke familie (van adel). Ze bouwden hun huis, die heette een donjon, op een motte (verhoging). In de andere huizen binnen de palissade woonden 'gewone' mensen.
slotgracht
ophaalbrug
toren
kantelen
Slide 8 - Tekstslide
in de late middeleeuwen werden kastelen van steen gemaakt. Dat zijn de kastelen die we nu nog steeds kunnen zien. Hieromheen lag bijna altijd een slotgracht, dat is een gracht om een slot heen. Slot is een ander woord voor kasteel. Een kasteel uit deze tijd bestond uit torens en muren. Op de torens hing vaak de familievlag en op zaten kantelen, dat zijn de bovenkanten van de muren met gaten erin. Binnen in het kasteel woonde de familie. Degene die op het kasteel werkte, woonde vaak in het zelfde huis. Alleen dan op de zolder of in een bijgebouw.
Jonkvrouw, graaf en kasteelheer zijn mensen van adel dat betekent dat je familie (via de vader) van adel was dit zorgde voor privileges en verantwoordelijkheden. Ze hadden bijvoorbeeld veel land en waren verantwoordelijk voor het reilen en zeilen voor het landgoed (gebied) of zaten in besturen. De minstreel maakte muziek en zorgde voor het amusement op het kasteel bij etentjes.
extra info De Adel in bijlage 1
maliënkolder
Slide 11 - Tekstslide
maar wat droegen ridders nu eigenlijk. Wie kan dit woord uitspreken?
Een Maliënkolder, het bestond uit allemaal ijzeren ringetjes. Eroverheen droegen ze dan een jas of een harnas.
Slide 12 - Tekstslide
als ridder gingen vechten droegen ze een harnas. Hierbij was hun hele lichaam bedekt. Hun schouders en heupen waren nog extra beschermt, ook hadden ze een helm. Maar omdat ze nog wel iets wilde zien hadden ze een vizier.
de kruisboog werd vooral vanuit het kasteel gebruikt.
Op het veld werd de pijl en boog gebruikt.
Pijl en boog waren vooral gevaarlijk toen de kastelen nog van hout waren, want als ze vuurballen op de pijlen deden kon de vijand het kasteel in de fik steken.