We maken een ronde door de klasJe vertelt 4 dingen over jezelf in het Duits waarvan in ieder geval: je naam en je leeftijd.
De andere twee dingen mag je zelf weten, maar 1 daarvan mag niet hetzelfde zijn als de persoon voor je.
Je krijgt 3 minuten de tijd om het voor te bereiden.
(hulpmiddel: je buurman/vrouw en een woordenboek)