Chapter 2; prepositions of Time & place

Welcome back!
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome back!

Slide 1 - Tekstslide

What's the plan?
- quick recap; Past perfect
- prepositions of Time & place
- practice
- Homeworkcheck
- Doel behaald? 
- Gimkit

Slide 2 - Tekstslide

Goal
- I know the three prepositions of time & place.
- I 've checked my homework with my newfound knowledge.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe maak je de past perfect?
past perfect = had + 3e vorm (voltooid deelwoord)

Slide 4 - Tekstslide

PAST PERFECT
  • The past perfect gebeurt voor een andere gebeurtenis in de verleden tijd



  • had + ww + ed
  • had + derde rijtje

Slide 5 - Tekstslide

Past perfect

Slide 6 - Tekstslide

Prepositions
Prepositions zijn voorzetsels. 

Wie weet wat voorzetsels zijn?

Slide 7 - Tekstslide

Prepositions of time
- Geeft aan wanneer iets gebeurd
'on': dagen en datums/data
I have a game on Saturday.
In: maanden, jaren, seizoenen en specifieke delen van de dag
I woke up in the afternoon.
At: tijden en feestdagen
I saw my aunt at Christmas.

Slide 8 - Tekstslide

Prepositions of place
- Geeft aan waar iets gebeurd
On: openbaar vervoer en iets ligt ergens bovenop
My phone is on the table.
In: plekken in de natuur, landen en als iets ergens in is
He took photos in the cathedral.
At: specifeke locaties, huisnummers en (namen van) gebouwen
I am at the station.

Slide 9 - Tekstslide

prepositions of time and place
Now practise!
Choose between in, at, on

Slide 10 - Tekstslide

My birthday is ____ January.
timer
0:20

Slide 11 - Open vraag

My mother has red lipstick _____ her lips.
timer
1:00

Slide 12 - Open vraag

I will meet them there __ 9 o'clock.
timer
0:20

Slide 13 - Open vraag

My mother is _____ the phone with my aunt.
timer
0:20

Slide 14 - Open vraag

I will go on holiday _______ three days.
timer
0:20

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Link

Prepositions of time and place
Right! Voorzetsels noemen we ook wel de 'kast woorden'.

We gaan het nu hebben over de voorzetsels die te maken hebben met wanneer of waar iets gebeurd ('time and place')

In het Nederlands hebben we bijvoorbeeld sinds en tot

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Prepositions of time and place
Goal check;

Slide 19 - Tekstslide

What are the 3 prepositions
of time & place?

Slide 20 - Woordweb

Time for Gimkit? 

Slide 21 - Tekstslide

homework

Study:


- Vocabulary A + C
- past perfect & prepositions of Time & place
- irregular verbs.

Slide 22 - Tekstslide