Hollands Glorie

Hollands Glorie
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Hollands Glorie

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Bourgondische Nederlanden
  • (Het ontstaan van) De Republiek 1477 (1515 – 1648) 1795
  • De Franse tijd 1795 – 1815
  • Het koninkrijk der Nederlanden 1815- heden

Slide 2 - Tekstslide

Neder Landen
 Economische ontwikkeling Neder Landen voornamelijk in zuiden
(HC1)

Erfopvolging:


Bourgondische vorsten starten centralisatie:
- Staten-Generaal (1464)
- Rechtbank en Rekenkamer (1473)

Slide 3 - Tekstslide

Karel V
Karel V zet centralisatie door:
collaterale raden (1531)
- Raad van State
- Geheime raad
- Raad van Financiën (+centrale belastingen)

Vertegenwoordiging van de landsheer door landsvoogd en stadhouder

1555: troonsafstand -> Filips II

Slide 4 - Tekstslide

Geloof
Zowel Karel V als Filips II vervolgen protestanten
"Bloedplakkaten" (vanaf 1550)

1566: Smeekschrift
Weigering leidt tot Beeldenstorm
Alva komt om wraak te nemen ('67) via Bloedraad

1568: aanval Willem van Oranje en start Opstand

Slide 5 - Tekstslide

Highlights
1572: Den Briel
1574: Ontzet van Leiden
1576: Pacificatie van Gent (Spaanse troepen moeten vertrekken)
1578: Alteratie van Amsterdam
1579: Unie van Atrecht en Utrecht
Utrecht is basis voor Republiek
1581: Plakkaat van Verlatinghe
Zoektocht nieuwe landsheer faalt
1588: Armada & Republiek

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Prinsgezinden
Maurits van Oranje
Soevereiniteit bij de Staten-Generaal
Leger en landgewesten
Landbouw en dorpen
Edelen meer te zeggen
Oorlog met Spanje is nodig
Contra-remonstranten
Staatsgezinden
Johan van Oldenbarnevelt
Soevereiniteit bij de gewesten

Vloot en zeegewesten
Handel en steden
Regenten meer te zeggen
Oorlog belemmert handel
Remonstranten

Slide 8 - Tekstslide

Bestand

1609-1621
Twaalfjarig Bestand

Conflict Oranje en Van Oldenbarnevelt komt tot explosie

1619: executie Van Oldenbarnevelt

Slide 9 - Tekstslide

Geloof
Willem van Oranje: vrijheid van godsdienst
Handel is belangrijker dan religie

Gewetensvrijheid kenmerkt de Republiek
Vervolgden uit Europa komen naar NL

Draagt bij aan Gouden Eeuw

17de eeuw: weinig censuur door burgercultuur en afwezigheid staatskerk


Slide 10 - Tekstslide

Bestand
Na 1621 vele veroveringen onder Frederik Hendrik

Oorlog kost geld: Holland wil stoppen
1648: Vrede van Münster

1650: na dood Willem II géén nieuwe stadhouder: Eerste Stadhouderloze Tijdperk

Johan de Witt is raadspensionaris

Slide 11 - Tekstslide

Engeland
Buitenlandbeleid gericht op handel

Relatie met Engeland verloopt moeizaam
1650/52: Eerste Zeeoorlog
1666: Tweede Zeeoorlog: Tocht naar Chatham
1672: Rampjaar
Chaos: De Witt vermoordt, Willem III stadhouder

1688: Glorious Revolution
Willem III wordt koning van Engeland

Slide 12 - Tekstslide

Krimp
Langzaam nemen Frankrijk en Engeland de positie van de Republiek over

Verlies economische voorsprong door oorlogen en mercantilisme
Géén krimp koloniaal rijk

Schuldenlast neemt toe in 18de eeuw
1702: Stadhouderloze Tijdperk
Decentraal bestuur is niet slagvaardig genoeg

Slide 13 - Tekstslide

Inhoud
  • Bourgondische Nederlanden
  • (Het ontstaan van) De Republiek 1477 (1515 – 1648) 1795
  • De Franse tijd 1795 – 1815
  • Het koninkrijk der Nederlanden 1815- heden

Slide 14 - Tekstslide

Verlichting
Verlichting heeft óók invloed in de Republiek

Patriotten zijn aanhangers van de Verlichting:
méér inspraak burgers in bestuur

1747: Willem IV wordt stadhouder na Franse invasie in Oostenrijkse Successieoorlog

Als erfstadhouder gedraagt hij zich vanuit Paleis Ten Bosch steeds meer als een vorst...

Slide 15 - Tekstslide

Onrust
Eind 18de eeuw: onrust in de kolonies

1776: Onafhankelijkheid VS
Republiek kiest kant Amerikanen

1780-84: Verlies in Vierde Engelse Zeeoorlog

Willem V en regenten krijgen de schuld

1781: "Aan het volk van Nederland"

Slide 16 - Tekstslide

Verlichting
1786: Hollandse steden en later staten keren zich van Willem V af

Na aanhouding Wilhelmina van Pruisen roept Willem V hulp in van schoonvader

1787: Pruisen herstelt positie Willem V

1789: Franse Revolutie
1794: Franse invasie leidt tot Bataafse Revolutie en Bataafse Republiek (tot 1806)

Slide 17 - Tekstslide

Einde
1796: Algemene Vergadering moet grondwet schrijven -> federale staat (mislukt)
1798: door Frankrijk gesteunde coupe leidt tot grondwet met sterk centraal gezag
(kiesrecht, vrijheden, parlement)

Napoleon irriteert zich aan "democratische" bestuursvorm en installeert broer als koning

Frans belang staat boven Nederlands belang:
einde Republiek

Slide 18 - Tekstslide

Inhoud
  • Bourgondische Nederlanden
  • (Het ontstaan van) De Republiek 1477 (1515 – 1648) 1795
  • De Franse tijd 1795 – 1815
  • Het koninkrijk der Nederlanden 1815- heden

Slide 19 - Tekstslide

Koninkrijk
1815: Congres van Wenen en Restauratie

Nederland wordt erfelijke, constitutionele monarchie met beperkt kiesrecht

1830: Belgische Opstand

Ondanks verzet conservatieven laat Willem II een nieuwe grondwet maken door Thorbecke
(1848)


Slide 20 - Tekstslide

Grondwet
Liberale grondwet:
- Beperking macht koning
- Ministeriële verantwoordelijkheid
- Censuskiesrecht
- Klassieke grondrechten

Drie grote kwesties:
1. Uitbreiding kiesrecht (m/v)
2. Schoolstrijd
3. Sociale kwesite


Slide 21 - Tekstslide

Democratisering
Voorstanders uitbreiding: socialisten, vrouwen, (links) liberalen

Tegenstanders: Conservatief liberalen en conservatief confessionelen

1887: Uitbreiding naar gegoede burgerij

Door groeiende welvaart groeit het aantal kiesgerechtigden

Slide 22 - Tekstslide

Schoolstrijd
Alléén openbare scholen krijgen subsidie van de overheid

Confessionelen willen financiële gelijkstelling
Overheid betaald maar bepaald niet

Bij een grondwetswijziging mbt kiesrecht willen de confessionelen alléén instemmen als bijzondere scholen subsidie krijgen

1917: Pacificatie

Slide 23 - Tekstslide

Grondwet

Grondwetswijziging 1917:
1. Algemeen mannenkiesrecht
2. Passief vrouwenkiesrecht
3. Financiële gelijkstelling onderwijs
4. Evenredige vertegenwoordiging

Hierdoor wordt partijpolitiek belangrijker

1919: Actief vrouwenkiesrecht

Slide 24 - Tekstslide

Na-oorlogs
Nederland is een verzuilde samenleving:
Iedere zuil heeft een eigen partij, school, verenigingen, enz.

Eerste verkiezingen na WO2 nog  steeds grotendeels verzuild, maar:
1946-1958: Rooms-rode coalitie --> samenwerking PvdA en KVP

Nederland na WO2 niet meer neutraal: aansluiting NAVO, EGKS & Marshallhulp 

Slide 25 - Tekstslide

Groei
Vanaf 1948 economische groeiperiode: 
1. Geleide loonpolitiek: 
a. Lonen bevriezen
b. Weinig luxe (sober leven) -> leven in teken van wederopbouw
Typisch PvdA (Willem Drees) - > sociaal economische gelijkheid
2. Duits economisch herstel (wirtschaftswunder)
3. Marshallhulp
(4. Later gasvoorraad)

Slide 26 - Tekstslide

Verzorgingsstaat

Dankzij economische groei is verzorgingsstaat mogelijk
De overheid is verantwoordelijk voor een sociaal vangnet

Mogelijk door het poldermodel

Voorbeeld maakbare samenleving

Slide 27 - Tekstslide

Ontzuiling
Economische groei leidt tot culturele veranderingen
1. Consumptiemaatschappij: supermarkten, luxe producten, forenzen 
2. Ontzuiling & secularisatie --> Radio Veronica, TROS

Ontzuiling heeft ook gevolgen voor politiek: 
Oprichting D'66 (géén zuil) & ontstaan fusiepartij CDA

Slide 28 - Tekstslide

Jeugd
Na WO2: babyboom
Door welvaart hoeven jongeren niet meer te werken: vrije tijd
Gevolg: ontstaan jeugdculturen
Nozems: geïnspireerd door popmuziek uit VS (Elvis)
Hippies: afzetten tegen consumptie-maatschappij en materialisme (Beatles), pacifistisch
Provo's: verzet tegen bestaande machtsverhouding met ludieke acties

Slide 29 - Tekstslide

Feminisme

  •  1956: afschaffing handelings-onbekwaamheid vrouwen (Tenderloo)
  • Meer meisjes gaan vanaf jaren '60 naar hoger onderwijs
  • Gevolg: Tweede Feministische Golf --> Dolle Mina & Man Vrouw Maatschappij

  • Grotere vrijheden door 'pil' (1964) en versoepeling echtscheiding

Slide 30 - Tekstslide

Migratie
Na-oorlogse regering bevorderd emigratie naar Canada & Australië 

1948: Soevereiniteitsoverdracht Indonesië -
1958: Nederlanders en Indo's niet meer welkom in Indonesië
1975: onafhankelijkheid Suriname

Daarnaast: gastarbeiders uit Zuid Europa
Oliecrisis (1973) maakt einde aan economische groei NL (én vraag naar gastarbeiders)

Slide 31 - Tekstslide