MW kadergt 1b H11.1 AC

MW kadergt 1b H11.1
Leerdoelen: 
Je kunt van een  woordformule een letterformule maken
Je kunt van een formule een pijlenketting maken
(Je kunt controleren of twee formules gelijkwaardig zijn)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

MW kadergt 1b H11.1
Leerdoelen: 
Je kunt van een  woordformule een letterformule maken
Je kunt van een formule een pijlenketting maken
(Je kunt controleren of twee formules gelijkwaardig zijn)

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Terugblik op hoofdstuk 7
Instructie H11.1 
Zelfstandig werken
Terugblik op het proefwerk H10 
Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik H7
Ieder groepslid schrijf voor zichzelf in stilte op wat die nog weet over pijlenkettingen, formules, rekenvolgorde, etc. 

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik H7
In jullie groepje gaan jullie overleggen wat de belangrijkste dingen zijn die jullie per persoon hebben opgeschreven. 
Schrijf dit in het midden blok.

Slide 4 - Tekstslide

Instructie H11.1 
Letterformule maken:
Aantal pizza's × 4,95 + 3 = bedrag
p × 4,95 + 3 = b 
Dat is alles voor het maken van een letterformule

Slide 5 - Tekstslide

Maak van deze woordformule een letterformule.

afstand = 10 + 6 x tijd
A
t = 10 + 6 x a
B
10 + 6 x 5 = 40
C
a = 10 + 6 x t
D
16 x t = a

Slide 6 - Quizvraag

Wat zou de letterformule kunnen worden van
kosten = 2 + 0,50 x aantal km
A
k = 2 + 0,50
B
k = 2 + 0,50 × a
C
K = 2 + 0,50 × ak

Slide 7 - Quizvraag

Maak van deze woordformule een letterformule.
aantal weken x 3 + 5 = winst
A
w x 3 + 5 = w
B
aw x 3 + 5 = w
C
p x 3 + 5 = m
D
a x 3 + 5 = w

Slide 8 - Quizvraag

Pijlenketting maken
Zoek het IN-getal en zet die vooraan, zet het UIT-getal achteraan
Wat gebeurt er het eerst met het IN-getal?
Denk aan de rekenvolgorde! 
3 × i  + 5 = g
×3        +5 
i--------> -------> g 

Slide 9 - Tekstslide

De pijlenketting die hierbij hoort...
A
bedrag ---x0,25---> aantal flessen
B
aantal flessen ---x0,25--->aantal flessen
C
aantal flessen ---x0,25---> bedrag
D
bedrag ---x0,25---> bedrag

Slide 10 - Quizvraag

Welke pijlenketting hoort hierbij?
24 × a - 22 = q
A
a --× 24--> -- - 22--> q
B
24 -- - 22--> -- × a --> q
C
a-- - 22 --> --× 24--> q
D
24 --× a--> -- - 22--> q

Slide 11 - Quizvraag

Zijn er nog vragen?
A
Ja , over het maken van een letterformule
B
Ja, over het maken van een pijlenketting
C
Nee, ik kan aan de slag met het huiswerk
D
Nee, maar ik heb nog wel hulp nodig

Slide 12 - Quizvraag

Aan het werk!
Maken hoofdstuk 11.1 en 11.2 
Tot en met opdracht 10
Volg je eigen leerroute

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Terugblik op het proefwerk 
  Wie heeft de meeste punten gescoord bij vraag 3? Waarom?       FOTO 1                                                FOTO 2 

Slide 15 - Tekstslide

Proefwerken bekijken
Controleer de punten goed en stel vragen

Slide 16 - Tekstslide

EXIT-ticket
Wat is een letterformule voor:
Aantal doosjes × 75 + 4 = Aantal schroeven
aantal stappen  × 0,75 = meters
12 × aantal taarten = aantal aardbeien
Welke pijlenketting horen bij deze formules?    

Slide 17 - Tekstslide

Afsluiting
Denk aan het huiswerk, jouw leerroute tot opdracht 10

Leerdoelen:
Je kunt van een woordformule een letterformule maken
Je kunt van een formule een pijlenketting maken

Slide 18 - Tekstslide