Klas 2 introductie les

Iedereen startklaar?


1. Je bent startklaar als de les begint, dit houdt in:
  • Telefoon zit in de telefoontas;
  • Pet af, oortjes uit en jas uit;
  • Boek, opgeladen laptop, (schrift) en pen(nen) op tafel.

2. Je leer- en huiswerk is gedaan.


1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Iedereen startklaar?


1. Je bent startklaar als de les begint, dit houdt in:
  • Telefoon zit in de telefoontas;
  • Pet af, oortjes uit en jas uit;
  • Boek, opgeladen laptop, (schrift) en pen(nen) op tafel.

2. Je leer- en huiswerk is gedaan.


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Je me présente

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video

Je me présente
Je m'appelle Madame van Leen
J'ai deux enfants
Mes hobbies sont:
les langues et les voyages 
le sport et la nature 

Slide 6 - Tekstslide

Je me présente:

Slide 7 - Woordweb

Hoe ziet een les Frans er uit?

- Uitleg / instructie 
- Activiteit (klassikaal / individueel / duo / groepje)
- Zelfstandig werken / individuele begeleiding 
- Afsluiting (wat heb je geleerd?)


Slide 8 - Tekstslide

Wat heb je elke les nodig?
* Plezier
* Opgeladen laptop
* Boek
* Etui
* Eventueel: schrift
* Soms: koptelefoon/oortjes

Slide 9 - Tekstslide

Activité
Je gaat kijken en luisteren naar een liedje en daarna ga je 2 vragen beantwoorden:

Wat betekent "la rentrée scolaire?"
Wat wil het meisje graag?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Qu'est-ce que c'est "La Rentrée (scolaire) " en néerlandais?

Slide 12 - Open vraag

Qu'est-ce que la fille veut? "Rester dans ma chambre" en néerlandais?

Slide 13 - Open vraag

Vocabulaire et grammaire: wat weet je nog? 

  • We gaan een quiz doen in lessonup!

Slide 14 - Tekstslide

Traduisez:
Quinze
A
14
B
15
C
16
D
17

Slide 15 - Quizvraag

Traduisez:
Le quartier
A
Het dorp
B
De straat
C
De wijk
D
De stad

Slide 16 - Quizvraag

Traduisez:
La géographie
A
Aardrijkskunde
B
Natuurkunde
C
Biologie
D
Geschiedenis

Slide 17 - Quizvraag

Traduisez:
La copine
A
De zus
B
De vriendin
C
Het meisje
D
De vrouw

Slide 18 - Quizvraag

Traduisez:
L'anglais

A
Nederlands
B
Duits
C
Engels
D
Frans

Slide 19 - Quizvraag

Traduisez:
Mardi
A
Maandag
B
Donderdag
C
Zaterdag
D
Dinsdag

Slide 20 - Quizvraag

Traduisez:
Difficile
A
Makkelijk
B
Anders
C
Moeilijk
D
Snel

Slide 21 - Quizvraag

Traduisez:
Le frère
A
De broer
B
De zus
C
De oom
D
De neef

Slide 22 - Quizvraag

Traduisez:
être
A
Hebben
B
Eten
C
Werken
D
Zijn

Slide 23 - Quizvraag

Traduisez:
Maar
A
Avec
B
Mais
C
Donc
D
Et

Slide 24 - Quizvraag

Traduisez:
Getrouwd
A
Marié
B
Regardé
C
Divorcé
D
Parlé

Slide 25 - Quizvraag

Traduisez:
Sept
A
Negen
B
Zeven
C
Tien
D
Twee

Slide 26 - Quizvraag

Traduisez:
Groot
A
Petit
B
Zut
C
Grand
D
Merci

Slide 27 - Quizvraag

Traduisez:
Nous avons
A
Wij zijn
B
Jullie zijn
C
Jullie hebben
D
Wij hebben

Slide 28 - Quizvraag

Traduisez:
Elle est
A
Hij is
B
Zij heeft
C
Zij is
D
Hij heeft

Slide 29 - Quizvraag

Traduisez:
Le matin
A
De middag
B
De ochtend
C
De nacht
D
De avond

Slide 30 - Quizvraag

Traduisez:
Ton, ta, tes
A
Jouw
B
Mijn
C
Zijn
D
Haar

Slide 31 - Quizvraag

Traduisez:
Qui
A
Die
B
Dat
C
Wie
D
Wat

Slide 32 - Quizvraag

Traduisez:
J'aime
A
Ik heb een hekel aan
B
Ik houd van
C
Ik werk
D
Ik heb liever

Slide 33 - Quizvraag

Traduisez:
Travailler
A
Maken
B
Werken
C
Oefenen
D
Luisteren

Slide 34 - Quizvraag

Traduisez:
L'élève
A
De docent
B
Het kind
C
De vriend
D
De leerling

Slide 35 - Quizvraag

Hoe ging de quiz?
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll

La prochaine fois... 
  • Neem je A boek mee! 
  • Oefen thuis nog eens met jezelf voorstellen

Slide 37 - Tekstslide