2.6 de organen voor vertering

Voeding en Vertering
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Voeding en Vertering

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we vandaag?

-Herhaling
-Uitleg onderdelen verteringsstelsel
-Aan het (huis)werk




Slide 2 - Tekstslide

Een voedingsstof is onderdeel van een
voedingsmiddel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Water is een voedingsstof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Vitamine is een voedingsmiddel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Alle voedingsstoffen zijn........
A
brandstoffen
B
reservestoffen
C
bouwstoffen
D
beschermende stoffen

Slide 6 - Quizvraag

Welke twee groepen zijn beschermende stoffen?
A
vitamines en mineralen
B
vitamines en koolhydraten
C
koolhydraten en vetten
D
mineralen en vetten

Slide 7 - Quizvraag

Energie wordt in je lichaam o.a gebruikt voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn mineralen ook wel?
A
Zouten
B
Vitaminen
C
Stenen
D
Suikers

Slide 9 - Quizvraag

Gaat er, bij iemand die op zijn kop staat,
eten van de mond naar de maag?
Leg uit waarom wel of niet?

Slide 10 - Open vraag

Combineer de functies van voedingsstoffen met de juiste omschrijving. 
Brandstoffen
Bouwstoffen
Reservestoffen
Beschermende stoffen
Zorgen ervoor dat je niet ziek wordt
Niet direct nodig, worden opgeslagen in lichaam
Leveren energie, nodig voor verbranding
Nodig voor groei, ontwikkeling en herstel bij schade, om nieuwe cellen en weefsels te maken

Slide 11 - Sleepvraag

Wat doen enzymen?
A
Enzymen verbranden voedingsstoffen
B
Enzymen maken voedingsstoffen kleiner
C
Enzymen bevatten verteringssappen
D
Enzymen nemen voedingstoffen op in het bloed

Slide 12 - Quizvraag

Welke stof kan zo zonder vertering in het bloed worden opgenomen?
A
Mineralen
B
Eiwitten
C
Vetten
D
Koolhydraten

Slide 13 - Quizvraag

Wat is geen functie van darmperistaltiek?
A
Voedselbrij kneden
B
Voedselbrij mengen
C
Voedselbrij voortduwen
D
Voedselbrij filteren

Slide 14 - Quizvraag

Lesdoelen

-Ik kan in een afbeelding de delen van het verteringsstelsel benoemen
-Ik kan de functies en kenmerken van de delen van het verteringsstelsel noemen

Slide 15 - Tekstslide

Het verteringsstelsel

Slide 16 - Tekstslide

Mondholte
Voedsel komt hier je lichaam binnen

Gebit > kauwen
Speekselklieren > speeksel

Slide 17 - Tekstslide

Keelholte

Tong gebruik je om voedsel naar de keelholte te drukken

Slide 18 - Tekstslide

Slikken (van mondholte naar slokdarm)

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Maag




Maag kneed voedsel met maagsap (zoutzuur--> bacteriën dood)

Maagportier = kringspier aan het eind van de maag/sluit maag af. Laat steeds kleine beetjes door naar de 12-vingerige darm. (tijdelijke opslagplek)

Slide 21 - Tekstslide

Twaalfvingerige darm
Verteringssappen uit de lever en alvleesklier komen erbij

Gal: 
-opslag in galblaas
-via galbuis naar 12 vingerige darm 
- maakt grote vetdruppels kleiner > emulgeren (=niet verteren)

Slide 22 - Tekstslide

Werkboek blz. 113 opdracht 8
Samen invullen

Slide 23 - Tekstslide

Dunne darm
In de wand liggen darmsapklieren
Die maken darmsap. Die verteringssappen bevatten veel water. 

In dunne darm --> veel water met opgeloste voedingsstoffen en verterigsproducten --> bloed in

Slide 24 - Tekstslide

Darmplooien
De dunne darm heeft darmplooien in de wand
Daarop staan uitstulpingen: darmvlokken

In darmvlokken liggen bloedvaten, de wand van darmvlokken is erg dun --> water met opgeloste stoffen kan door de wand heen --> bloed

Slide 25 - Tekstslide

Dikke darm
Onverteerde voedselresten komen in de dikke darm

Water wordt opgenomen in het bloed --> dikke brei blijft over

Slide 26 - Tekstslide

Blinde darm
Geen eigen functie bij de vertering
Aan de onderkant zit een uitstul-
ping

appendix = wormvormig aanhangsel

Blindedarmontsteking = appendix
is ontstoken

Slide 27 - Tekstslide

Endeldarm
Onverteerde voedselresten gaan naar de endeldarm
Daar worden ze tijdelijk opgeslagen

Het darmkanaal wordt afgesloten door een kringspier: anus

Als de endeldarm vol is --> poepen

Slide 28 - Tekstslide

Aan het (huis)werk

Lees blz. 107 t/m 111 
Mk bs 2.6 opdr 1 + 2 + 3 4 + 5

Klaar? 








https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Verteringsstelsel/verteringsstelsel.htm

Slide 29 - Tekstslide