Het oplossen van een vergelijking m.b.v. de belansmethode.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Planning + lesdoel
5 min: Start
5 min: Herhaling
25 min: Uitleg
20 min: Werken
5 min: Afsluiting
Het oplossen van een vergelijking m.b.v. de belansmethode.
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een vergelijking?
Hoe hebben we deze de vorige les proberen op te lossen?
Slide 2 - Tekstslide
Gelijksoortige termen samennemen.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Voorbeelden
2a + 3a =
3r - 4r =
5p + 10p =
3b + 4 =
Slide 5 - Tekstslide
De balansmethode
Welke vergelijking hoort bij deze balans?
Slide 6 - Tekstslide
Welke vergelijking hoort bij deze balans?
Slide 7 - Tekstslide
Vergelijking oplossen
Wanneer je een vergelijking gaat oplossen wil je als eindantwoord :
x = ....
Slide 8 - Tekstslide
De balansmethode
3x + 5 = 10
Als je bij de weegschaal links iets doet,
moet dat rechts ook. Anders niet in
balans.
Slide 9 - Tekstslide
2x + 5 = 3x + 3
Slide 10 - Tekstslide
Samenvatting
Bij de balansmethode gaat het er dus om dat je links en rechts dezelfde berekeningen doet. Wanneer je er links 3 afhaalt moet dit rechts ook. Wanneer je links door 2 deelt moet dit rechts ook.