In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Modale werkwoorden geven dus extra betekenis (modus, wijze) aan de zin.
--> Wij kunnen een ijsje kopen.(können)
(wij kopen ijs)
--> Wij mogen in de zee zwemmen.(dürfen)
(wij zwemmen in zee)
--> Wir können ein Eis kaufen.
--> Wir dürfen im Meer schwimmen.
--> Wir mögen Äpfel!!