Unit 2: Voorbereidingsles Summative Writing

Week 1
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Week 1

Slide 1 - Tekstslide

Les

Lesdoelen

Je weet wat je moet kennen voor de Summative Writing.
Je herhaalt de lesstof van de unit.

Slide 2 - Tekstslide

In deze Summative Writing:
Waar gaat de reis heen?
  • Verkeer (traffic)
  • De weg wijzen (giving directions)
  • Reizen (to travel)
  • Activiteiten (activities)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 1: Vocabulaire
Wat zie jij op de afbeelding?

Schrijf minimaal 5 zinnen over wat je ziet in de afbeelding.


Schrijf complete Nederlandse zinnen!

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 2: Grammatica
1. Ik ga met de fiets naar school.
Eerst _______________________________________
2. Ik ga de tweede straat rechtsaf.
Daarna _____________________________________
3. De bus stopt bij de bushalte.
Vervolgens _________________________________
4. Zij gaan naar het winkelcentrum om te shoppen.
Dan _________________________________________

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 3: Grammatica
Zijn de zinnen goed of fout? Verbeter de foute zinnen!

1. Wij vertrekken om acht uur naar het vliegveld.
2. Vervolgens wij gaan met het vliegtuig naar Spanje.
3. Daarna wij nemen de taxi naar een hotel.
4. Bij het hotel je kan zwemmen want er is een zwembad.
5. Op zondag gaan wij weer terug naar huis.
6. Dan ik ga naar school op maandag. 


Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 4:            Het formaat
Wat voor tekst is dit?
________________________

Waarom denk je dit?
________________________

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 5:
Schrijf een brief naar een vriend van je over een optreden (performance) van een artiest waar je dit weekend heen gaat. Beschrijf:

  • Waar ga je heen? (Bestemming)
  • Waarom ga je er heen? (Activiteiten)
  • Hoe ga je er heen? (vervoersmiddelen)

Slide 10 - Tekstslide

Anonieme feedback!
1. De docent spreekt voldoende (a sufficient amount) Nederlands in de lessen.

2. De docent stimuleert mij om Nederlands te praten in de lessen.

3. Heb je nog andere (other) tips?

Slide 11 - Tekstslide