1.3 Cilinder en cirkel (2 delen)

• Wiskunde
• Voortgezet speciaal onderwijs

Aan het eind van de les weet ik uit welke onderdelen een balk bestaat

Aan het eind van de les weet ik wat een diagonaal is

Aan het eind van de les weet ik uit welke onderdelen een cilinder bestaat

1.3 Cilinder en cirkel

Samen: opdracht 37 en 39 op blz. 28 van leerboek

Zelfstandig: opdracht 38, 41,42 op blz. 28 t/m 30 van leerboek

Kan ik antwoord geven op het doel

geen huiswerk 

figuren herhalen

cilinder, bol, piramide, balk, kubus, kegel, prisma

Welke naam hoort bij welk figuur?

1

2

3

4

5

6

Herhalen: vierkant, kubus en balk

paragraaf 1.3 Cilinder en cirkel

Opdracht 37

Samen maken

opdracht 37 staat op blz. 28

Gebogen vlakken

Cilinder

Cilinder

Grondvlak

Cilindermantel

Cirkel

volgende les gaan we oefenen
met zelf cirkels tekenen

Aan de slag

Samen: opdracht 37 en 39 op blz. 28 van leerboek

Zelfstandig: opdracht 30, 31, 34, 35, 38, 41, 42 op blz. 28 t/m 30 van leerboek

Ben je klaar?
Steek je vinger op en dan komt de juf kijken naar je werk en als het af is krijg je een nakijkboekje

Deze les kijk je je gemaakte werk zelfstandig na

Als je een vraag hebt steek dan je vinger op

Doelen van de les behaald?

Aan het eind van de les weet ik uit welke onderdelen een cilinder bestaat

Huiswerk?

Geen huiswerk :)

deel 2 van par 1.3

Aan het eind van de les weet ik uit welke onderdelen een balk bestaat

Aan het eind van de les weet ik wat een diagonaal is

Aan het eind van de les weet ik uit welke onderdelen een cilinder bestaat

Aan het eind van de les kan ik een cirkel maken met mijn passer.

1.3 Cilinder en cirkel

Samen: opdracht 37 en 39 op blz. 28 van leerboek

Zelfstandig: opdracht 43, 44, 46, 47 op blz. 31 van leerboek

Kan ik antwoord geven op het doel

geen huiswerk 

Herhalen: Cilinder en cirkel

- Wat zijn gebogen vlakken?

- Een cilinder bestaat uit een grondvlak en

een cilindermantel. Wat is wat?

- Wat zijn een straal en diameter/middellijn

Herhalen: Cirkel

Cirkel maken met een passer

- Wat is een passer?

- Heeft iedereen een passer? ( zo nee, leen er één van de juf)

Met een passer kan je cirkel maken

Cirkel maken oefenen

Pak je passer en maak 3 verschillende cirkels in je schrift:

Je mag zelf weten hoe groot de cirkels zijn.

Cirkel maken met bepaalde maten

1. Maak een cirkel met straal = 3 cm

2. Maak een cirkel met straal = 4 cm

3. Maak een cirkel met diameter = 10 cm (let op!)

Zelf proberen in je schrift. 

Klaar? Laten controleren door de juf en dan mag je aan de slag met opdracht  43, 44, 46, 47 op blz. 31

Aan de slag

Samen: cirkels met passer oefenen

Zelfstandig:  43, 44, 46, 47 op blz. 31 van leerboek

Ben je klaar?
Steek je vinger op en dan komt de juf kijken naar je werk en als het af is krijg je een nakijkboekje

Deze les kijk je je gemaakte werk zelfstandig na

Als je een vraag hebt steek dan je vinger op

Doelen van de les behaald?

Aan het eind van de les weet ik uit welke onderdelen een cilinder bestaat

Aan het eind van de les kan ik een cirkel maken met mijn passer.

Huiswerk?

Geen huiswerk :)