Estar + gerundio

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

We starten in 5 minuten met de les.

¿Qué vamos a hacer hoy?

A. Opstarten: les en absentie

B. Doornemen: Estar + gerundio

C. Oefenen: Estar + gerundio

D. Afsluiting

Después de la clase...

Kan je de gerundio toepassen.

 

Los deberes para la próxima clase:

Leren: Bron 4.1, 4,2, 4.3 pagina. 

Maken: opdracht 29 a en b pagina  31

Lesprogramma

Gerundio

• Wat is de gerundio?
  
• Vorm
  
• Onregelmatige vormen

pagina 43

Je kan de uitleg vinden in pagina 43.

Wat is de gerundio?

Je wilt zeggen dat iets nu aan de gang is of dat je ergens mee bezig is. 

• Voorbeeld: Pablo está hablando con su padre.
• Voorbeeld: Pablo is aan het praten met zijn vader. 

Vorm

Vervoeging van ESTAR + gerundio 

ww -AR	ww -ER	ww -IR
stam + ANDO	stam + IENDO	stam + IENDO
jugar > jugando Vosotros estáis jugando .	hacer > haciendo Maria, ¿qué estás haciendo ?	escribir > escribiendo Mis padres están escribiendo una carta.

De vorm:

Yo                               

tú                              

él/ella/usted           

Nosotros/as        

Vosotros/as        

Ellos/as/ustedes

hablar   --> hablando

comer   --> comiendo

escribir  --> escribiendo

Ik ben aan het praten.

Hij is aan het eten.

Jij bent aan het schrijven. 

Estoy escuchando.

Está jugando al fútbol.

Están hablando.

estoy

estás

está

estamosestáis

están

Klinkerwisseling in de gerundio:

dormir (slapen)

pedir (vragen)

reír (lachen)

elegir (kiezen)

sentir (voelen)

durmiendo

pidiendo

riendo

eligiendo

sintiendo

Bookwidgets

• Klik op de volgende link om verder te gaan met de opdrachten: De werkwoorden estar en ser
• Je gaat de volgende onderwerpen oefenen: werkwoorden estar en ser, en estar + gerundio

ESTAR + GERUNDIO

Mi padre / leer / un libro.

1. está leyendo
2. estás leiendo
3. estáis leyendo
4. estoy leyendo

Wat is de juiste vorm van ESTAR +GERUNDIO:

escribir, tú

1. está escribiendo
2. estás escribiendo
3. estoy escribiendo
4. estamos escribiendo

ESTAR + GERUNDIO:
¿_____ ____ (hacer, vosotros) una tarta ?

1. estamos haciendo
2. estoy haciendo
3. estás haciendo
4. estáis haciendo

ESTAR + GERUNDIO

Ahora nosotros (corre) _____ _______ en el parque.

1. estáis corriendo
2. están corriendo
3. estamos corriendo
4. estoy corriendo

ESTAR + GERUNDIO

Yo (aprender) ___________ español.

1. estoy aprendendo
2. está aprendiendo
3. estoy aprendiendo
4. estoy aprendando

ESTAR + GERUNDIO

Mis padres (dormir) _______________.

1. están dormiendo
2. está durmiendo
3. están durmiendo
4. estan dormiendo

Ik kan de werkwoorden in de vorm "estar + gerundio" in zinnen gebruiken.

😒🙁😐🙂😃

Wat zien we hier?

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 5 (WB p. 9)

1. Waar denk je dat de luisterfragment over gaat?

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 5a (WB p. 9)

2. Wat gebeurt er op plaatje1?

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 5a (WB p. 9)

3. Wat zeggen de jongens op plaatje2 over het meisje?

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 5a (WB p. 9)

4. Aan wie gaat Manolo iets vragen volgens plaatje3?

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 5a (WB p. 9)

¡A escuchar!

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 5b (WB p. 9)

A

B

C

1

2

3

1. Paco viert kerst met zijn moeder. Met wie nog meer?

a) Met zijn vader en zijn zusje.

b) Met zijn neefje en zijn oma.

c) Met zijn stiefvader en zijn broer en zus.

2. Wie is fan van de voetbalclub Real Madrid?

a) Paco's broer.

b) Paco zelf.

c) Paco's stiefvader.

3. Wat vindt Paco van zijn halfzus? 

a) Hij vindt haar wel aardig.

b) Hij vindt haar vervelend.

c) Hij vindt haar fantastisch. 

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 6a (WB p. 9)

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 6b (WB p. 9)

Nummer de plaatjes in de juiste volgorde.

Bron B: La fiesta de barbacoa_Opdr 6c (WB p. 10)

1

2

3

4

Wat vond je van deze les?

😒🙁😐🙂😃

Wat heb je van 

deze les geleerd?

Huiswerk

Los deberes:

Leren: Bron 4.1, 4,2, pagina 41