Chronologie (3M, trimester 3)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Herhaling en Chronologie

Hoofdstuk 7

Delen van het Midden-Oosten waren vroeger bezet door?

1. Groot-Brittannie en de VS
2. Frankrijk en Rusland
3. Groot-Brittannie en Frankrijk
4. Nederland en de VS

Zesdaagse Oorlog

Arabisch-Israëlische oorlog

Tekst

Yom Kipoer Oorlog 

Israël tegen Egypte + Syrië

Israël tegen Egypte, Jordanië en Syrië

Suezcrisis

Egypte tegen Fr + GB + Israël

Israël tegen Arabische buurlanden

1948-1949

1956

1967

1973

Welk begrip wordt hier bedoeld?

Palestijnse volksopstand (tussen 1987-1993 en 2000-2005) tegen Israël.

1. Fatah
2. Hamas
3. Hagana
4. Intifada

Welk begrip wordt hier bedoeld?

Israëli’s die zich vestigen in de Gazastrook (tot 2005) en op de Westelijke Jordaanoever.

1. Israëlische nederzettingen
2. Joodse kolonisten
3. bezette gebieden
4. Mandaatgebied Palestina

De leider van de PLO was

1. David Ben Goerion
2. Anwar Sadat
3. Yasser Arafat
4. Osama Bin Laden

hamas

intifada

PLO 

"overwinning". een Palestijnse bevrijdingsorganisatie onder leiding van Yasser Arafat.

"afschudden". opstand van Palestijnen tegen de Israel.

islamitische verzetsbeweging die de bevrijding van Palestina beoogt. Volgens sommigen een terroristische organisatie.

Wie is wie bij de Camp David Akkoorden? Bij welk land hoort hij?

Carter

VS

Begin

Sadat

Egypte

Israël

Wie is wie bij de Oslo Akkoorden? Bij welk land hoort hij?

Clinton

VS

Arafat

Rabin

PLO / Palesijnen

Israël

1920

1900

1932

1945

1946

1947

1952

1956

1948

1918

1964

Suez-crisis 

Begin Arabisch nationalisme

Begin zionisme 

oprichting PLO 

Frankrijk en Groot-Brittannië besturen Midden-Oosten

Ottomaanse rijk verslagen in WOI

Stichting Israël 

Verdelingsplan VN

Irak onafhankelijk

Egypte wordt een republiek 

oprichting VN

Jordanië onafhankelijk

al-Naqba

1967

1973

1990

1987

1993

1994

2000

2005

1979

2007

Tweede intifada

Jom Kippoer- /Ramadan- /oktoberoorlog

ontruiming Joodse nederzettingen in Gazastrook

Akkoorden van Oslo (vrede Israël en PLO)

Zesdaagse oorlog

Gaza oorlog

Vrede Jordanië en Israël

Eerste intifada

Oliecrisis 

Vrede Egypte en Israël (Camp David akkoord)

eerst...

dan...

daarna...

vervolgens...

tot slot...

Stichting Israël 

Begin Arabisch nationalisme

Verdelingsplan VN

Ottomaanse rijk verslagen in WOI

Begin zionisme 

eerst...

dan...

daarna...

vervolgens...

tot slot...

Akkoorden van Oslo (vrede Israël en PLO)

Zesdaagse oorlog

Vrede Egypte en Israël (Camp David akkoord)

Eerste intifada

Jom Kippoer- /Ramadan- /oktoberoorlog

Herhaling en Chronologie

Hoofdstuk 3

1 Cornelis de Houtman had op Java geen last van kooplui uit andere landen.
2 De Nederlanders gingen vooral voor specerijen naar Oost-Indië.
3 De volkeren in de Indonesische archipel hadden weinig met elkaar te maken.
4 Toen De Houtman in 1595 (zie plaatje) in Oost-Indië aankwam, werkte hij voor de VOC.

Zijn de vier bovenstaande uitspraken juist of onjuist?

1. 1. onjuist, 2. juist, 3. juist, 4.onjuist
2. 1. juist, 2. juist, 3. juist, 4.onjuist
3. 1. onjuist, 2. onjuist, 3. juist, 4.onjuist
4. 1. onjuist, 2. juist, 3. onjuist, 4.juist

Wat is modern imperialisme?

1. De Europese inspanningen om ervoor te zorgen dat de bevolking van de koloniën welvarend zou worden.
2. De Europese machtsuitbreiding in Azië en Afrika na 1870, waardoor grote koloniale rijken ontstonden.
3. De Europese ontdekkingsreizen in de zeventiende eeuw, met als doel de relatie tussen Europa en Azië te verbeteren.
4. Geen van de genoemde antwoorden is juist.

Op deze afbeelding zie je Indonesische studenten in Nederland.

Met welke twee begrippen kun je dit in verband brengen?

1. 1. Nationalisme en 2. Ethische politiek
2. 1. Atjeh-oorlog en 2. Ethische politiek
3. 1. Nationalisme en 2. Koelies
4. 1. Koelies en 2. Ethische politiek

eerst...

dan...

daarna...

vervolgens...

tot slot...

Opkomst particuliere bedrijven in Nederlands-Indië

VOC-gebieden worden Nederlands-Indië

oprichting VOC

invoering Cultuurstelsel

VOC failliet

In 1977 gijzelden Molukse jongeren treinpassagiers en kinderen en docenten van een basisschool in Drenthe.

Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen voor de Molukse kwestie die toen speelde.

Welke is een indirecte oorzaak (een dieperliggende reden)?

1. De uitroeping van een eigen staat op het eiland Ambon door Molukkers in 1951.
2. De verovering van de Molukse eilanden door Jan Pieterszoon Coen.
3. De komst van 4.500 Molukse KNIL-militairen en hun gezinnen naar Nederland.
4. Geen van genoemde antwoorden is een indirecte oorzaak.

Welke tekst hoort bij welk begrip? 

Let op!: ieder begrip mag maar één keer worden gebruikt. 

Let op! Er blijft één begrip over.

Er werden handelsnederzettingen op gunstig gelegen plaatsen gesticht. Die bestonden uit een fort, een haven, wat pakhuizen en woningen. Van hieruit werd handel gedreven met de inlandse bevolking.

Begin 1621 verscheen de VOC met twaalf schepen voor het grootste eiland van de Banda-eilanden. De bemanning opende het vuur en kreeg de belangrijkste vestiging van het eiland in handen. Duizenden Bandanezen vluchtten naar de bergen. Hun dorpen werden verwoest. De inwoners werden onthoofd.

De koning van het eiland gaf aan de Compagnie de verzekering dat alle peper en wilde kaneel die in zijn rijk groeiden aan de Compagnie geleverd zouden worden. Verder zou alle peper geladen worden op schepen van de Compagnie, zonder dat andere landen er iets van zouden krijgen.

factorij

monopolie

strafexpeditie

cultuurstelsel

eerst...

dan...

daarna...

vervolgens...

tot slot...

Soevereiniteitsoverdracht

Soekarno roept de onafhankelijkheid uit

ethische politiek

Tweede politionele actie

Japan capituleert

In 1830 voerde koning Willem I in Nederlands-Indië het cultuurstelsel in.

Hoe werkt het cultuurstelsel?

1. Je mag je eigen stukje grond houden
2. Je moet 1/5 deel verplicht verbouwen voor de Nederlanders
3. Je moet specerijen verbouwen voor de Nederlanders
4. Je moet een handelsmonopolie opbouwen

Bekijk de afbeelding. In de legenda zie je een aantal vraagtekens.

Wanneer hoorde het lichtpaarse en donkerpaarse gebied ook bij het Japanse keizerrijk?

1. Tijdens de Eerste Wereldoorlog
2. Tijdens de Politionele Acties.
3. Tijdens de Tweede Wereldoorlog
4. Geen van de genoemde antwoorden is juist

Uit welke periode komt het affiche?

En met welk doel is het affiche gemaakt?

1. periode: 5 mei 1945 - 17 augustus 1945, doel affiche: Indonesië na de Japanse bezetting weer op te bouwen
2. periode: 5 mei 1945 - 17 augustus 1945, doel affiche: Japan uit Indonesië te verdrijven
3. periode: 17 augustus 1945 - 27 december 1949, doel affiche: Indonesië na de Japanse bezetting weer op te bouwen
4. periode: 17 augustus 1945 - 27 december 1949, doel affiche: Japan uit Indonesië te verdrijven

Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde

Indonesische onafhankelijkheid wordt door Nederland erkend

Japanse bezetting van Indonesië

Politionele Acties en Onafhankelijkheidsstrijd

Indonesië heet Nederlands-Indië en is een kolonie van Nederland.

Wat was het doel van de Ethische Politiek?

1. Een einde maken aan het gehate Cultuurstelsel.
2. De discriminatie van de Indonesische bevolking.
3. De deportatie van Javanen naar veraf gelegen eilanden.
4. Het brengen van welvaart en ontwikkeling voor de Indonesische bevolking.

Hieronder staan vijf gebeurtenissen die te maken hebben met de onafhankelijkheid van Indonesië. Sleep deze gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger maar later. Zet de vroegste gebeurtenis bij 1, de laatste bij 5.

1

2

3

4

5

Indonesië wordt een soevereine staat

Japan bezet Nederlands-Indië na de overgave van het KNIL

Nederland voert politionele acties uit in Indonesië

Soekarno roept de onafhankelijkheid van de Republiek Indonesië uit

Soekarno richt de Partai Nasional Indonesia (PNI) op

Lees de volgende uitspraken over de 2 personen in de afbeelding:

1 Na de machtsovername van Soeharto verbeterde de relatie tussen Nederland en Indonesië.

2 Soeharto nam de macht van Soekarno over.

Welke zin is juist?

1. Uitspraak 1 is juist.
2. Uitspraak 2 is juist.
3. Beide uitspraken zijn juist.
4. Beide uitspraken zijn onjuist.

1619

1870-1914

1799

1816

1830

1860

1869

1870

1602

1596

invoering Cultuurstelsel

afschaffing Cultuurstelsel

stichting Batavia

oprichting VOC

Grote uitbreiding Nederlands-Indië 

opening Suez-kanaal

VOC-gebieden worden Nederlands-Indië

Opkomst particuliere bedrijven in Nederlands-Indië

De Houtman op Java

VOC failliet

Max Havelaar

1927

1951

1929

1942

1945

1947

1948

1949

1901

1957

1962

1967

Bloedbad Rawagede 

Eerste politionele actie 

Oprichting VN

oprichting PNI

Molukkers komen aan in Nederland

Japan capituleert

Japan valt Nederlands-Indië aan (en bezet)

Soekarno roept onafhankelijkheid Indonesië uit

Nederlandse bedrijven worden bezit van Indonesië

Soevereiniteitsoverdracht

ethische politiek

Nieuw-Guinea crisis

Soeharto nieuwe President

Soekarno afgezet

Tweede politionele actie

leiders PNI opgesloten