Economie --> H15+H16

1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Thijme
30 apr
Milou
28 apr
Wes
1 mei

Slide 2 - Tekstslide

Thomas
4 mei

Slide 3 - Tekstslide

ACTUALITEITEN
  • Any news? 5 min

timer
7:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Planning presentatie
8-mei
8-mei

Slide 6 - Tekstslide

Planning presentatie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

De economische dimensie...
is in twee deelgebieden uitgesplitst en heeft betrekking op:

de bereidheid en het vermogen om een bijdrage te leveren aan het arbeidsproces en aan de arbeidsgemeenschap waar men deel van uitmaakt;
• de bereidheid en het vermogen om op adequate en verantwoorde wijze als consument deel te nemen aan de maatschappij

Slide 9 - Tekstslide

WAT is economie?

Slide 10 - Tekstslide

WAT is economie?

Economie is een wetenschap die zich bezighoudt met de keuzes en het gedrag van mensen, bedrijven en overheden bij het consumeren en produceren.

Slide 11 - Tekstslide

200.000 v.Ch jagers-verzamelaars
Een bestaanseconomie of overlevingseconomie  
De meeste goederen door de producenten zelf worden geconsumeerd.
11.000 v.Ch agrarische econommie
Zelfvoorzienings-
landbouw

Gifteconomie
7.000 v.Ch muntgeld
1600 n.Ch nijverheids-revolutie
Verdienen van loon in plaats van het produceren van goederen voor huishoudelijke consumptie
1600-1800
1750 n.Ch Industriele-revolutie
va 1993
Cyber- of platform
economie

Slide 12 - Tekstslide

WAAROM werken mensen?

Slide 13 - Tekstslide

De piramide van Maslow

stelt dat de mens vijf basisbehoeften heeft

Slide 14 - Tekstslide

blz 189

Slide 15 - Tekstslide

200.000 v.Ch jagers-verzamelaars
11.000 v.Ch agrarische econommie
7.000 v.Ch muntgeld
1600 na Ch. nijverheids-revolutie
1750 na Ch. Industriele-revolutie
va 1993
Cyber- of platform
economie
Belastingen:
  • in het Romeinse Rijk (40 tot 400 n.Ch)
  • in de Middeleeuwen
    het Frankische rijk (400-1500 na Ch.)

  • Vanaf de 12de eeuw groeiden een aantal dorpen --> accijnzen op 1ste levensbehoeften uit die tijd: brandhout, zout, zeep, graan, meel, bier, wijn, vlees, turf en kolen. Tol op bijvoorbeeld het gebruik van markten en bruggen en het vervoer van goederen.
  • 16e eeuw --> de macht van de Spaanse koning Philips II

  • De Staat der Nederlanden ontstond in 1579

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

blz 186
opdr 2

Slide 18 - Tekstslide

Piramide van Maslow
Waar horen hier:
* vrienden
* school
* werk
* vrijwilligerswerk
* mantelzorg
bij?

Slide 19 - Tekstslide

Piramide van Maslow
Waar horen hier:

* vrijwilligerswerk
* mantelzorg
* WIFI

bij?

Slide 20 - Tekstslide

Vast, tijdelijk of zelfstandig? 
Geef een voorbeeld!

Welk dienstverband heb jij (ooit gehad)?

Wat zijn de kenmerken van jouw dienstverband?

Slide 21 - Tekstslide

blz 202

Slide 22 - Tekstslide

blz 204

Slide 23 - Tekstslide

Huiswerk (HW):

H15 (opdr 2, 4, 6, 13) +H16 (opdr2,3,9,11)
PRESENTATIE opdracht Impact Fair'24

Slide 24 - Tekstslide

Planning presentatie

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Rechten en regelingen
Wat als ik ‘zomaar’ 500 euro minder ga verdienen? Of wat als ik ‘zomaar’ ontslagen wordt?

  • CAO!
  • Vakbonden
  • Staken

Slide 27 - Tekstslide

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 28 - Quizvraag

Wat heb je aan de CAO?
A
Heb er helemaal niets aan
B
Zonder cao heb je alleen de minimale bescherming van de wet
C
Wanneer een arbeidsovereenkomst iets bepaalt wat de cao niet toelaat, gaat de cao voor.
D
Een arbeidsovereenkomst geldt alleen voor jou. Een cao geldt voor een hele sector of bedrijf.

Slide 29 - Quizvraag

1

Slide 30 - Video

00:13
Wat wordt ingehouden van het bruto salaris?

Slide 31 - Open vraag

Bekijk jouw laatste loonstrook.
Wat is bij jou afgehouden?


Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

DUURZAAM
                            consuMEREN 
of                             consuMINDEREN?

               

Slide 36 - Tekstslide

WAT is DUURZAAM???
Aanschaf van producten of diensten waarbij schade aan de planeet beperkt blijft.

  • Eerlijke handel
  • Dierenwelzijn (bio-industrie?)
  • Milieu

Slide 37 - Tekstslide

7

Slide 38 - Video

01:08
Waarom is het zo goedkoop?

Slide 39 - Open vraag

01:41
Is €60,- per maand genoeg om van te leven in Combodja?

Slide 40 - Open vraag

01:52
Kunnen de mensen hun huishouden betalen als ze €60,- per mnd verdienen?

Slide 41 - Open vraag

02:33
Hoe heeft Primarkt de markt veranderd?

Slide 42 - Open vraag

03:13
Moeten wij (de klanten) hier iets aan aan doen?

Slide 43 - Open vraag

03:14

Slide 44 - Tekstslide

03:16
Wat kunnen wij (de klanten) aan deze moderne slavernij doen?

Slide 45 - Open vraag

een vraag:
  • Heb jij een spijkerbroek?
  • Hoeveel liters water zitten in jouw spijkerbroek?

Slide 46 - Tekstslide

Om 1 spijkerbroek te maken is 8.000 liter water nodig

Slide 47 - Tekstslide

Kun je hier een voorbeeld van geven?
  • kenmerken van duurzame consumptie en productie? 
  • een voorbeeld van de maatschappelijke functies en (wel/niet) waardering van arbeid?
  • factoren die beïnvloeden de bedrijfscultuur en/of de arbeidsverhoudingen beïnvloeden in Nederland?
  • de rol en invloed van branche- of vakorganisaties?
  • de rol van de overheid op het gebied van arbeid ?
  • een voorbeeld van de verzorgingsstaat?
  • een voorbeeld van de consumentenmarkt?
  • een toepassing van de belangrijkste principes van budgettering?
  • de rol en invloed van consumentenorganisaties?
  • een voorbeeld van de invloed van de media op het bestedingspatroon van consumenten? 









Slide 48 - Tekstslide

Huiswerk (HW):

Portfolio-opdrachten


Slide 49 - Tekstslide

DEBAT

Slide 50 - Tekstslide

Wij gaan debateren over de volgende stellingen:
  • HOE? Wij maken 3 groepen.

    Groep 1 bedenkt een argument VOOR (1min)
    Groep 2 bedenkt een argument TEGEN (1min)

    Debat tussen groep 1 en 2 (30 sec per spreker)

    Let op: 1 voor 1 praten! 

    Groep 3 besluit aan wie ze hun stemmen zullen geven

Slide 51 - Tekstslide

Mensen die in de gevangenis zitten (gedetineerden), mogen niet stemmen!

timer
1:00
timer
0:30

Slide 52 - Tekstslide

Een dictatuur is beter dan een democratie!


timer
1:00
timer
0:30

Slide 53 - Tekstslide

Doodstraf moet direct ingevoerd worden in Nederland



timer
1:00
timer
0:30

Slide 54 - Tekstslide