Begin #1

Doordenkertje:
Kan er iets uit niets ontstaan???
1 / 16
volgende
Slide 1: Woordweb
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Doordenkertje:
Kan er iets uit niets ontstaan???

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Video

Hoe denk jij dat
het universum/wereld is
ontstaan?

Slide 3 - Woordweb

Zodra de mensheid voor zichzelf kon nadenken, dacht ze al na over levensvragen:
Waar komen we vandaan?
Waar gaan we naartoe?
Hoe is de wereld ontstaan?

Mensen hebben verschillende scheppingsverhalen bedacht - of deze zijn hun ingegeven door God - om het ontstaan van de wereld te verklaren.
Tegenwoordig hebben we ook theorieën die deze vraag  beantwoorden zonder over God te hoeven beginnen.

Slide 4 - Tekstslide

Het volgende filmpje beeldt het scheppingsverhaal uit de bijbel - van de Joden en christenen - uit.
Bedenk dat dit een interpretatie is.

Maak een schema in je Ipad/papier met 6 vakken. Deze staan voor 6 dagen. Schrijf, aan de hand van het filmpje, in elk vak wat God doet/maakt op elke scheppingsdag.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

Het Joods/Christelijke scheppingsverhaal staat in het 1e boek van de bijbel: genesis (= 'in het begin')
Kernideeën uit het dit scheppingsverhaal:

* In het begin is er chaos. God schept orde uit de chaos.
* In 6 dagen schept God het universum, met als mens de kroon op zijn schepping.
* Oorspronkelijk was de schepping goed (paradijs). De slechte keuzes van de mens - zonde - hebben ellende gebracht.
* Er is maar één Schepper/één Bron. 
* Het universum is met een plan ontworpen/bedacht.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Schrijf minstens 4 dingen op aan de
(niet door mensen gemaakte) wereld die jij prachtig/wonderbaarlijk/ontroerend vind.

Slide 10 - Woordweb

Elke religie heeft zijn eigen scheppingsverhaal.
In het verhaal van het Noorse heidendom begint alles met chaos (Ginnunggap), vuur en ijs.
Uit de botsing van deze 3 ontstond een reus; Ymir.
De reuzen kregen kinderen; de goden, die uiteindelijk Ymir vermoorden en uit zijn lichaam de wereld maakte.
De goden maken de mensen en houden ze veilig in een ommuurd gebied (Mitgard)

Hetzelfde idee komt terug:
* Orde uit chaos
* Mens moet orde uit chaos maken 
Verschil: er wordt niet uitgelegd waar het vuur en ijs vandaan kwam.

Slide 11 - Tekstslide

De wetenschappelijke manier om het ontstaan van het universum te verklaren is de Big Bang (oerknal). Het universum breidt zich steeds meer uit - alles komt verder van elkaar af te liggen - . Als we dit terugrekenen is alles dus begonnen vanuit één punt. Het universum zou zijn geëxplodeerd en alles is sindsdien gaan uitbreiden.

De Big Bang werd vroeger bespot maar is nu min of meer een bewezen feit.


Slide 12 - Tekstslide

We weten dat er iets als de Big Bang is geweest, maar we weten niet waardoor ze is veroorzaakt of wat er daarvoor is. 


Er zijn veel meningen over het ontstaan van de wereld.
* Sommige mensen geloven in een scheppingsverhaal
* Anderen geloven dat de Big Bang door toevallige processen is ontstaan en er geen God of id is.
* Anderen - zoals de bedenker van de Big Bang theorie zelf - zien in de Big Bang juist het bewijs dat God alles vanuit één punt heeft geschapen.

Slide 13 - Tekstslide

Theïsme : God(en) bestaan
Atheïsme: God(en bestaan niet
Agnosticisme: God(en) bestaan misschien

Slide 14 - Tekstslide

Noem iets wat je nog niet wist
(en hebt geleerd)

Slide 15 - Woordweb

Opdracht:
1)  schrijf de betekenis van de volgende begrippen uit de les in eigen woorden op:
* Levensvragen * Scheppingsverhalen * Genesis * Kroon op de schepping * Religie * Big Bang * Theisme * Atheisme * Agnosticisme
2) (Voor cijfer; hier heb je 4/5 delen van lessen voor. Vandaag maak je een begin)
Lees het christelijke scheppingsverhaal: https://debijbel.nl/bijbel/BGT/GEN.1/Genesis-1
Beeld een scheppingsverhaal naar keuze uit op een creatieve manier. Zorg ervoor dat je de stappen van de schepping laat zien (bv de 6 dagen van genesis). Je mag dit op je eigen manier doen; tekenen, knutselen, iets digitaals, film maken, enz.

Slide 16 - Tekstslide