COPD

L.E. 1.8 
COPD
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

L.E. 1.8 
COPD

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

COPD =
  • COPD is een verzamelnaam voor chronische bronchitis en longemfyseem. 
  • Dit zijn chronische aandoeningen aan de longen waarbij ademhalingsproblemen optreden

Slide 5 - Tekstslide

Chronische bronchitis --> luchtpijptakken voortdurend ontstoken waardoor overmatige slijmvorming ontstaat.

Longemfyseem --> longblaasjes uitgerekt. Ze zijn daardoor minder elastische en de wand is beschadigd.
Opname van zuurstof in het bloed is belemmerd daardoor maar ook door overmatige slijmvorming.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Belangrijkste oorzaak COPD?
A
Ongezonde voeding
B
Roken
C
Zwaar werk
D
Geen lichaamsbeweging

Slide 8 - Quizvraag

Ziekteverschijnselen bij COPD
  • Piepende, zagende of brommende ademhaling
  • Kortademigheid
  • Hoesten
  • Opgeven van slijm
  • 'vol zitten', dat wil zeggen dat de longen zijn gevuld met slijm en vol aanvoelen 

Slide 9 - Tekstslide

VOEDING en COPD
 De patiënten hebben het ontzettend druk met het ademhalen. Dit kost veel energie! Vandaar dat energie rijk dieet gewenst is bij deze patiënten.


Slide 10 - Tekstslide

Zoek op wat een COPD patiënt het beste niet kan eten​

Slide 11 - Open vraag

Antwoord
Melk producten veroorzaken slijmproductie in de longen​
Gebruik liever karnemelk, yoghurt en zure room dan melk. ​

Slide 12 - Tekstslide

Eten en mensen met COPD
  • Rust voor het eten.​
  • Eet vaker op een dag kleinere porties.​
  • Gebruik een goede houding- en ademhalingstechniek tijdens het eten.​
  • Eet langzaam en kauw goed. Slik een hap in één keer door. ​
  • Haal diep adem voordat je een volgende hap neemt. ​
  • Eet voedsel dat makkelijk te kauwen is, bijvoorbeeld zacht voedsel. ​
  • Maak eenvoudig te bereiden maaltijden. ​
  • Gebruik de hoofdmaaltijd op een tijdstip waarop de zorgvrager zich het beste voelt.
  • Energierijk






Slide 13 - Tekstslide

Vervolg
  • Kauw voedsel goed; dit produceert meer speeksel in de mond. ​
  • Drink bij iedere hap voedsel een klein beetje en houd altijd iets te drinken bij de hand. ​
  • Gebruik jus of saus bij de warme maaltijd. ​
  • Beleg boterhammen met een smeerbaar, zacht beleg.



Slide 14 - Tekstslide

Energierijke voeding

Slide 15 - Woordweb

WAT IS COPD?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video