Lessenserie ballade

Welkom bij Nederlands!
Pak je leesboek.
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!
Pak je leesboek.

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg ballade
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide



Periode 4
  • Literatuurgeschiedenis
  • Leesvaardigheid (na toetsweek D)
  • Mondeling literatuur (daarna)
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Lezen
timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Aantekeningen
Maak aantekeningen tijdens de lessen!

Slide 5 - Tekstslide



Les 1
Dit moet je kennen en kunnen:
• De definitie van de term ‘ballade’ kennen en in eigen woorden kunnen geven.
• De termen ‘episch- lyrisch’ en ‘dramatisch’ kennen en kunnen toelichten met voorbeelden uit de ballades.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 6 - Tekstslide



Verschillende genres
Epiek = verhalend, vertellend, beschrijvend en dialogerend
Lyriek = dichterlijk (lyriek = dichtkunst)
Drama = theatraal,  in toneel en film (Drama = theaterkunst)










Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 7 - Tekstslide

0

Slide 8 - Video

0

Slide 9 - Video



Ballade
Volkslied/levenslied waarin een verhaal wordt verteld.
Verhaal bevat een levensles, thema heeft dan ook vaak met leven en dood te maken en met goed of slecht gedrag.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 10 - Tekstslide



Ballade: inhoud
Inhoudelijke kenmerken van de ballade:

  1. Gebeurtenissen (ruimte en tijd)
  2. Personages (dialogen, directe rede)
  3. Beschrijvingen (uiterlijk, goed gedrag)

Deze drie staan er dus altijd in.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 11 - Tekstslide



Ballade: vorm
Vormelijke kenmerken:

  1. Coupletten/ strofes, refrein/ veel herhalingen
  2. Rijm (eindrijm en assonantie/ binnenrijm)
  3. Melodie en ritme van een meezinger

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 12 - Tekstslide



Ballade: genres
Epiek = verhalend, vertellend, beschrijvend en dialogerend
Lyriek = dichterlijk (lyriek = dichtkunst)
Drama = theatraal,  in toneel en film (Drama = theaterkunst)

De ballade heeft kenmerken van alledrie

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 13 - Tekstslide



Opdrachten
Luister naar het volgende lied en beantwoord de vragen:
  1. Zou je dit lied een ballade kunnen noemen
  2. Waarom wel/niet?
  3. Vind je dit een emotioneel lied?
  4. Hoezo?
  5. Waardoor wordt die emotie overgebracht/opgewekt?
Zet je antwoorden op papier en lever ze straks bij mij in.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
stopwatch
00:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video



Opdrachten
Luister naar het volgende lied en beantwoord de vragen:
  1. Zou je dit lied een ballade kunnen noemen? Waarom wel/niet?
  2. Vind je dit een emotioneel lied?
  3. Hoezo?
  4. Waardoor wordt die emotie overgebracht/opgewekt?

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 16 - Tekstslide



Nabespreken
Wat hebben jullie als antwoord?
  1. Zou je dit lied een ballade kunnen noemen? Waarom wel/niet?
  2. Vind je dit een emotioneel lied?
  3. Hoezo?
  4. Waardoor wordt die emotie overgebracht/opgewekt?

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 17 - Tekstslide



Opdrachten 2
Luister naar het Egidiuslied.
Beantwoord daarna de vragen:
  1. Werd je meer geraakt door het lied Manuela of het Egidiuslied? Hoe kwam dat?


Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide



Opdrachten 2
Luister naar het Egidiuslied.
Beantwoord daarna de vragen:
  1. Welke versie van het lied vond je het interessantst of het mooist? Waarom?
  2. Werd je meer geraakt door het lied Manuela of het lied Halewijn? Hoe kwam dat?

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide



Huiswerk
Maak nu de drie vragen uit de opdracht.

Deze staan op de laatste pagina.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 20 - Tekstslide



Afsluiting
Zet op je blaadje de definitie van een ballade in je eigen woorden.

Lever al je antwoorden bij mij in.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 21 - Tekstslide



Les 1
Dit moet je kennen en kunnen:
• De definitie van de term ‘ballade’ kennen en in eigen woorden kunnen geven.
• De termen ‘episch- lyrisch’ en ‘dramatisch’ kennen en kunnen toelichten met voorbeelden uit de ballades.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 22 - Tekstslide



Les 2
Dit moet je kennen en kunnen:
• De inhoudelijke en vormelijke kenmerken van de ballade kunnen aantonen in de gelezen en nieuwe voorbeelden (zowel uit de middeleeuwen als uit de renaissance).
• Het begrip intertekstualiteit kennen en kunnen toelichten aan de hand van voorbeelden uit de behandelde teksten.
• Het begrip symboliek kennen, voorbeelden kunnen noemen, en in verband kunnen brengen met overlevering en intertekstualiteit.
• De etymologische link tussen de naam ‘Halewijn’ en Halloween (en culturele verbanden tussen het verhaal van Halewijn en soortgelijke teksten of andere literaire teksten kunnen aantonen).
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 23 - Tekstslide



Heer Halewijn
We luisteren naar het lied van Heer Halewijn.
Lees mee met de tekst. Je maakt straks de drie opdrachten aan het eind van les 1.
We kijken eerst samen naar de opdrachten.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 24 - Tekstslide



Opdrachten
Maak de drie opdrachten aan het eind van les 1 (pag. 8).

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
4:00

Slide 25 - Tekstslide



Symbolen
Voor en tijdens de middeleeuwen had bijna alles een symbolische betekenis. Een stuk hout was niet zomaar een stuk hout, maar het was het symbool voor het kruis waar Christus aan was vastgespijkerd. 
Bloemen en beesten hadden ook een symbolische betekenis. Een roos bijvoorbeeld, verwees naar de liefde en een haas stond voor lafheid.

Waarom zoveel symbolen in de middeleeuwen?

















Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 26 - Tekstslide



Symbolen
De symbolen gingen een eigen leven leiden: ze werden in verschillende verhalen en liederen gebruikt, in een andere streek, zelfs in een andere tijd.

Als een tekst verwijst naar een andere tekst, vooral d.m.v. symbolen, dan heet dat intertekstualiteit.

Bijvoorbeeld:
De film The Matrix verwijst naar Alice in Wonderland.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 27 - Tekstslide



Aan de slag!
Maak opdracht 4 van de lessenserie.

Lees de opdracht goed!
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 28 - Tekstslide



Aan de slag!
Maak opdracht 5 van de lessenserie.

Lees de opdracht goed!
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 29 - Tekstslide



Aan de slag!
Maak opdracht 6 van de lessenserie.

Lees de opdracht goed!
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 30 - Tekstslide



Aan de slag!
Maak opdracht 7 van de lessenserie.

Lees de opdracht goed!
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Aantekeningen
Maak aantekeningen tijdens de lessen!

Slide 32 - Tekstslide



Les 3
• De verschillen en overeenkomsten kennen en kunnen aantonen tussen de middeleeuwse ballade en de ballade in de renaissance.
• Iets weten over Brederode als volksdichter.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 33 - Tekstslide



Startopdracht
Eerder al gedaan, maar misschien niet helemaal goed?

Assonerend rijm = alleen de klinkers doen mee.
bal - kan               stom - kort
Vind vier voorbeelden hiervan in Het lied van de heer Halewijn.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 34 - Tekstslide



Lezen
We gaan twee dingen tegelijk oefenen:

Leesvaardigheid & Literatuur

Je krijgt het boekje van mij.
We lezen de tekst samen.
Markeer belangrijke stukken.
Schrijf lastige woorden op.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 35 - Tekstslide



Lezen
Welke lastige woorden?

Je kunt nu gaan kijken of je het belangrijkste eruit hebt gehaald.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 36 - Tekstslide



Renaissance
In de renaissance verstedelijking.
Literatuur niet meer voor de leuk, maar er moet iets geleerd worden.
Liedboeken waren heel populair.
Ook voor het versieren van een partner.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 37 - Tekstslide



Renaissance
In de renaissance verstedelijking.
Literatuur niet meer voor de leuk, maar er moet iets geleerd worden.
Liedboeken waren heel populair.
Ook voor het versieren van een partner.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 38 - Tekstslide

De rederijkers
  • Eind van de middeleeuwen;
  • Ontwikkeling van de rederijkerskamers : georganiseerde verenigingen van schrijvers;
  • Markeren de overgang naar de renaissance;
  • Zijn ook onderdeel uit van die renaissance.

Slide 39 - Tekstslide

Rederijkerskamers
Om rederijker te kunnen worden moest men over een zekere belezenheid beschikken en de taal goed beheersen.

Rijke mensen die in hun vrije tijd schrijven & lezen.

Slide 40 - Tekstslide

Rederijkers

Slide 41 - Tekstslide

Rederijkers 

Slide 42 - Tekstslide

Gerrit Adriaenszn. Bredero
Man  van/uit het volk

Nog dicht bij de middeleeuwen

Volks met dialect

Geen liefhebber gekunsteld

Slide 43 - Tekstslide



Opdracht 8
Geef voorbeelden uit het Boerengezelschap van epische, lyrische en dramatische delen. Van elk in elk geval twee.

Wat is het verschil met Het lied van Halewijn?

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
5:00

Slide 44 - Tekstslide



Opdracht 9
Spreekt er, vind jij, emotie uit deze ballade? Leg uit:
Nee, want...
Ja, want...
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
2:00

Slide 45 - Tekstslide



Opdracht 10 & 11
Slaan we over.
Ben je nieuwsgierig? Je kunt het altijd even opzoeken. Maar niet nu :-)
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 46 - Tekstslide



Opdracht 12
In strofe 4 worden namen genoemd, maar die lijken minder onschuldig dan die daarboven staan.

Leg dit uit.
Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting
timer
10:00

Slide 47 - Tekstslide



Les 3
• De verschillen en overeenkomsten kennen en kunnen aantonen tussen de middeleeuwse ballade en de ballade in de renaissance.
• Iets weten over Brederode als volksdichter.

Vandaag
  • Lezen
  • Info
  • Uitleg
  • Werken
  • Afsluiting

Slide 48 - Tekstslide