In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
Veiligheid
Belangrijke punten in 12 quizvragen!
Slide 1 - Tekstslide
1. Wat is het eerste punt van de vijf punten van EHBO
A
Kijk wat er gebeurd is en wat het slachtoffer mankeert
B
Let op gevaar
C
Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
D
Zorg voor professionele hulp
Slide 2 - Quizvraag
De 5 belangrijke punten van EHBO
Let op gevaar
Ga na wat er is gebeurd en daarna wat het slachtoffer mankeert
Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
Zorg voor professionele hulp
Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt of zit
Slide 3 - Tekstslide
2. Welk onderdeel hoort niet bij de branddriehoek?
A
lucifers
B
brandstof
C
temperatuur
D
zuurstof
Slide 4 - Quizvraag
3. Wat moet je doen als de vlam in de pan slaat?
A
Met blusdeken blussen
B
Met water blussen
C
Pan van het vuur halen
D
Deksel op de pan doen
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Video
Slide 7 - Video
4. Wat is de oorzaak van deze onveilige situatie
A
De natuur
B
Menselijke fouten
C
Technische fouten
Slide 8 - Quizvraag
De gedeeltelijke instorting van de parkeergarage bij Eindhoven Airport komt door een technische fout in vloerplaten, in combinatie met de krachten die daarop kwamen te staan.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
5. Protocollen welke uitspraak is juist???
A
Regels uit een protocol zijn voorschriften
B
Protocollen zijn vrij in te vullen
C
Regels uit een protocol zijn waarschuwingen
Slide 11 - Quizvraag
6. Deze pictogram betekent:
A
Handen wassen gewenst
B
Handen wassen verplicht
Slide 12 - Quizvraag
7. Dit is een:
A
Ongeaard stopcontact
B
Geaard stopcontact
Slide 13 - Quizvraag
8. Dit is een pictogram van een:
A
Brandalarm
B
Handmelder
C
Noodknop
Slide 14 - Quizvraag
9. De Arbowet gaat over
A
EHBO, veiligheid, ergonomie
B
Ergonomie, gezondheid, BHV
C
Veiligheid, gezondheid, welzijn
Slide 15 - Quizvraag
10. Op dit plaatje zie je een
A
Snelverband
B
Gaaspleister
C
Zalfgaas
Slide 16 - Quizvraag
11. Is dit ergonomisch stofzuigen?
A
Ja, ze heeft rechte benen
B
Nee, haar rug is gebogen
C
Ja, ze gebruikt de stang goed
D
Nee, je moet door de knieën als je onder een tafel stoft