12.1 Werken met formules

12.1 Werken met formules
Je leert van een woordformule een letterformule maken.
Je leert een pijlenketting bij een formule maken.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

12.1 Werken met formules
Je leert van een woordformule een letterformule maken.
Je leert een pijlenketting bij een formule maken.

Slide 1 - Tekstslide

Opgave V6, blz. 167.
Wat is de regel in woorden?

Slide 2 - Open vraag

Opgave V6, blz. 167.
Wat is de pijlenketting?

Slide 3 - Open vraag

Opgave V6, blz. 167.
Wat is de formule?

Slide 4 - Open vraag

Lubbertje loopt een sponsorloop. Hij krijgt van zijn oom vooraf 5 euro en achteraf krijgt hij 1,50 per rondje dat hij heeft gelopen. Maak een pijlenketting bij deze situatie.

Slide 5 - Open vraag

Maak een formule bij de pijlenketting van net.

Slide 6 - Open vraag

Hoe zou je deze formule korter kunnen schrijven?:

aantal uren werk x 34 + 14 = kosten

Slide 7 - Tekstslide

Maken 1-4 op blz. 168/169
Maak eerst opgave 4!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

1) Maken 1 t/m 4 op blz. 168/169
2) Afmaken V1 t/m V8
3) Check door docent
4) Nakijken V1-V8 via Teams
5) Check door docent

Slide 14 - Tekstslide

Hoe maak je van een pijlenketting een formule?

Slide 15 - Open vraag

Hoe maak je van een woordformule en letterformule?

Slide 16 - Open vraag

Wat is het kortst?
A
Pijlenketting
B
Woordformule
C
Letterformule
D
Regel in woorden

Slide 17 - Quizvraag