Herhaling H1 Inkomen en welvaart

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Herhaling H1 | inkomen en welvaart

Primaire & secundaire  behoeften

Primair = basisbehoeften

• Noodzakelijk
• Geen luxe

Secundair = luxebehoeften

• Niet noodzakelijk
• Luxe

Middelen

Met middelen kun je in je behoeften voorzien.

Voorbeelden van middelen: 

1. Geld
   
2. Tijd

Prioriteiten stellen

De behoefte die jij het belangrijkste vindt. 

Schaarse goederen en vrije goederen

Vrije goederen = gratis  

Schaars goed = heb je productiemiddelen voor nodig om te maken

Hoe word jij beïnvloed?

1. Commerciële beïnvloeding                       2.  Sociale beïnvloeding

= door fabrikanten, winkeliers en verkopers.

= door vrienden, familie en bekenden

Doelgroep = een groep consumenten die dezelfde kenmerken hebben en voor wie een product of reclameboodschap is bedoeld.

Jongeren zijn een belangrijke doelgroep.

1. Makkelijk over te halen om iets te kopen
2. Vaak veel geld vrij te besteden.
3. Invloed op wat er thuis gekocht wordt.
4. In de toekomst vaak ook klant.

Reclame

- Ideële reclame = mensen te laten nadenken over problemen in de maatschappij

- Commerciële reclame = doel meer te verkopen

1. informatieve reclame

2. merkreclame

Soorten inkomens

Primaire behoeften

secundaire behoefte

Om behoeften de voorzien heb je middelen nodig. Welke middelen ken je

1. geld en ruimte
2. ruimte en tijd
3. Tijd en gezondheid
4. geld en tijd

Noem 2 vrije goederen:

Wat is NIET schaars?

1. Elektriciteit
2. Gas uit je gaspit in de keuken
3. Zonlicht
4. Drinkwater

Commerciële beïnvloeding

sociale beïnvloeding

Waarom zijn jongeren een belangrijke doelgroep voor bedrijven?

De marketingmix (de 6 p's)

Hoe krijg je aandacht voor het product?

Op welke manier maak je reclame?

Wat wordt er verkocht?

Welke merken?

Uitgebreid assortiment?

Hoe wordt het verpakt?

Hoe worden producten gepresenteerd?

Hoe staan ze uitgestald?

Hoe ziet de etalage eruit?

Wat voor mensen werken er?

Zijn ze deskundig, beleefd en servicegericht?

Welke prijs krijgt het?

Hoge prijs en luxe imago?

Of juist budgetprijzen?

Welke kortingsacties?

Waar is het te koop?

Via internet of in de winkel?

In stadscentrum of daarbuiten?

Prijs

presentatie

product

personeel

plaats

promotie

Consumentenorganisaties testen producten van verschillende merken.

Wat is een andere taak van consumentenorganisaties?

1. Consumentenorganisaties bepalen hoe lang je garantie krijgt op een product.
2. Consumentenorganisaties geven advies aan winkeliers over de kwaliteit van producten.
3. Consumentenorganisaties geven uitleg over je rechten als consument.
4. Consumentenorganisaties maken wetten met regels over de veiligheid van producten.

Welke van de situaties is geen voorbeeld van duurzaam consumeren?

1. Je eet fairtrade chocola.
2. Je fietst naar je werk.
3. Je koopt brood in een plastic verpakking in plaats van in een papieren verpakking.
4. Je koopt fruit dat zonder bestrijdingsmiddelen is geteeld.

wat is de inkomensvorm van AOW? (algemene oudersdomswet)

1. arbeid
2. bezit
3. overdracht

De hoogte van iemands inkomen wordt bepaald door:

1. Leeftijd en opleiding
2. De mate van verantwoordelijkheid in je beroep en ervaring
3. Je prestaties, hoe zwaar je werk is en de vraag naar werk
4. A, B en C zijn juist

Je krijgt € 30 korting op een jas van € 125.
Hoeveel % korting heb je gekregen?

Welvaart 

Welzijn

Aan de slag!

1. Herhalingsopdrachten H1

2. Rekenopdrachten H1

3. Plusopdrachten H1

Dinsdag 10 oktober -> formatieve toets H1 (laptop mee)

Vrijdag 13 oktober -> PTA H1