Team A neemt het op tegen
team B. Team A begint hun presentatie met een korte inleiding, vervolgens leidt
team B hun boek in, waarbij de inleiding voldoet aan de eisen in de rubric. Daarna trapt
team A af met het beoordelingswoord ‘sfeervol’.
Team B haakt daarop door te vertellen dat hun boek juist erg avontuurlijk is.
Team A probeert de luisteraar weer voor zich te winnen door te vertellen hoe leerzaam hun boek is. Team B beargumenteert dat hun boek juist goed is opgebouwd etc.
Aan het einde kun je aan de klas vragen wie er voor het boek van team A of van team B kiest. De docent neemt uiteindelijk de beslissing welke presentatie het meest voldoet aan de eisen in de rubric.